maandag 19 december 2022

Theoretische eindspelen

Ondanks er vandaag heel veel (uitstekend) studiemateriaal bestaat over eindspelen, zien we dat veel schakers een zeer gebrekkige eindspelkennis hebben. Het helpt evenmin dat partijen steeds sneller worden gespeeld waardoor er weinig of geen tijd is om tijdens de partijen zich te verdiepen in eindspelen (zie sneller deel 2).

Eindspelen zijn nooit echt populair geweest en dat is er de laatste decennia niet op verbetert. Het is geen reclame voor eindspelen dat zelfs heel sterke spelers vandaag durven toe te geven dat ze goed leerden schaken zonder enige noemenswaardige eindspelstudie. Sommigen gaan er zelfs prat op weinig tot geen theoretische eindspelen te kennen. Men vogelt het wel uit aan het bord en het is helemaal geen ramp als dat mislukt want het is niet meer dan statistische ruis op de elo.

In mijn vorig blogartikel gaf ik aan dat ik 1000 klassieke partijen gespeeld heb over meer dan een kwart-eeuw. Ik wou wel eens weten wat er van bovenstaande boude bewering waar was. Hoe vaak kwamen theoretische eindspelen in die 1000 partijen op het bord? Is het inderdaad statistische ruis? Welke theoretische eindspelen kreeg ik exact op het bord? Het kostte mij slechts een uurtje om een overzicht te maken. Het resultaat was hard en kristalhelder.

4 keer werd de Philidor-positie bereikt (en correct gespeeld) waarvan ik eentje toonde in mijn artikel Afbreken. 1 keer won ik een soort positie met verre oppositie (omdat mijn tegenstander het fout speelde). 1 keer speelde ik het eindspel toren tegen paard (zie mijn partij tegen Adrien Demuth in Swindels deel 2) en dat is het ongeveer. Er was nog een complex toren tegen toren + randpion-eindspel die mijn tegenstander (de Chinese grootmeester Wang Rui) verprutste maar ik zie daar geen duidelijke link naar een bekende theoretische stelling.

Dus dat zijn nog geen 10 partijen op 1000. In geen enkele partij kwam de Lucena-positie aan bod. Paard+loper ken ik maar heb ik nog nooit moeten uitvoeren (zelfs online blitz inbegrepen). Ik ken heel wat theoretische vestingen maar ook nog nooit eentje kunnen uitvoeren. Toren tegen toren + loper ook nog nooit op het bord gehad alhoewel ik de 2de lijn verdediging ken en ik de winststellingen al meermaals bekeken heb. De lijst is nog veel langer maar het plaatje is duidelijk. Ik kan alleen maar beamen wat veel sterke spelers al weten dus dat theoretische eindspelen een zwaar overschatte discipline is.

Desalniettemin als zulk theoretisch eindspel uitzonderlijk op het bord komt dan zie ik dat bij heel wat spelers het angstzweet uitbreekt. Dan gaat het niet perse over de elopunten maar wat zullen de anderen over mij denken. Je gaat wel af als een gieter als je een bekend theoretisch eindspel niet kent. Zo moest ik laatst gniffelen toen mijn tegenstander niet wist dat hij de Vancura-stelling in bereik had en daardoor alsnog verloor. Ik gaf na de partij onmiddellijk aan dat hij de h-pion had moeten offeren.
Nu net voor die ultieme ontsnappingskans had ik zelf een heel merkwaardige winst laten liggen. Ik heb in de databases gezocht naar identieke of gelijkaardige stellingen maar ben er geen tegengekomen. Zelfs de eindspelgoeroe kon mij niet helpen maar misschien een lezer wel. Ik kan moeilijk geloven dat het een unieke stelling is met zo weinig materiaal op het bord en een positie die heel  gewoontjes lijkt.
Of bovenstaande positie al eens in de praktijk is voorgevallen of niet, maakt uiteraard niet echt iets uit. Ik vind het persoonlijk jammer maar het is perfect mogelijk om dus met weinig of geen eindspelstudie ver te geraken in het schaken. Nu ik snap ook dat er vele redenen zijn om te schaken en dat sommigen dus nooit eindspelen leuk zullen vinden (net zoals bv wiskunde op school) ongeacht hoe het wordt voorgesteld.

Voor degene die ondanks bovenstaand artikeltje toch interesse hebben in eindspelen, kan ik het gloednieuwe eindspelboek aanraden van mijn teamgenoot bij De Stukkenjagers en bekende coach + IM Herman Grooten. Sinds deze maand kan je het 480 pagina's tellende Chess endgames for club players aanschaffen bij de meeste schaakwinkels. Uit het gratis beschikbaar extract merk ik op dat Herman zowel de theoretische als praktische kant van eindspelen bespreekt. Dat lijkt mij een belangrijke meerwaarde t.o.v. de meeste bestaande werken over eindspelen die vaak nogal te abstract zijn voor de gemiddelde clubschaker.

Brabo

dinsdag 13 december 2022

Het geheugen deel 3

Volgend jaar word ik op mijn werk gevierd als jubilaris. De tijd vliegt want 25 jaar staat er (straks) op mijn teller. Het bedrijf is een aantal keren veranderd van naam (fusies, overnames...) maar sinds het beëindigen van mijn ingenieurstudies heb ik nooit ergens anders gewerkt. Vroeger werkten veel mensen hun hele leven bij dezelfde werkgever maar dat is vandaag eerder uitzonderlijk.

Nu zelfs bij 1 werkgever krijg je te maken met een verloop van mensen. Pensioenen, ontslagen, nieuwe uitdagingen,... zijn maar een greep uit de vele redenen waarom mensen vertrekken. De meesten zie of hoor je nooit meer. Slechts met een handvol heb ik achteraf nog contact. Een paar keer per jaar komen we daarvoor samen om gezellig tijdens een etentje te praten over hoe het tegenwoordig gaat. Er is hierbij slechts 1 constante namelijk gedane zaken nemen geen keer. Het heeft geen zin vast te zitten in het verleden.

Dat wilt niet zeggen dat ik nooit stil sta wanneer een bepaalde mijlpaal behaald wordt. Integendeel ik hou van cijfertjes en het is ook vaak een leuke reden voor een feestje. Vaak maar niet altijd wat zeker telt voor de 1000-ste partij in mijn persoonlijke database bestaande uitsluitend uit klassieke partijen van mezelf. Ergens begin 1996 installeerde ik voor het eerst een van de primaire Fritz-versies op mijn toenmalige computer (Pentium 90). Met die Fritz maakte ik toen onmiddellijk de persoonlijke database en die heb ik tot vandaag blijven gebruiken.

Gedurende de voorbije jaren heb ik de database heel plichtsbewust blijven aanvullen telkens ik een klassieke partij had gespeeld (gebeurde meestal de dag zelf ). Ik heb nooit intensief klassieke partijen gespeeld maar ook nooit langer stil gelegen dan een paar maanden (zelfs tijdens corona). Dus nu na 26 jaar, gemiddeld een kleine 40 partijen per jaar, bereikte ik nummer 1000.
Er zijn niet veel spelers die 1000 klassieke partijen in een database van zichzelf hebben staan. Er zijn nog veel minder spelers die ook nog erbij kunnen vertellen dat ze stuk voor stuk allemaal in detail werden geanalyseerd. Dat kan je zien aan de letters die het Chessbase-formaat toevoegt als dit het geval is (rode kring laatste kolom). Op het internet vond ik al snel terug wat de betekenis is van die letters.

  • V = the game contains variations (alternate lines)
  • C = the game contains text commentary
  • A = it contains graphic annotations (coloured squares and arrows)
  • F = the game contains correspondence chess commentary
  • I = critical positions (special annotation) are marked in the game
  • T = the game contains training commentary
  • S = the game contains commentary symbols (!, !?, etc.)
  • G = another game is quoted in the notation
  • R = a “repertoire” game
  • M = the game contains multimedia elements (sound, pictures, videos)
  • P = the game starts from an entered position (studies, problems)
Ok, 1000 geanalyseerde partijen dat kan ik ook maken als ik een nachtje automatische analyse doe van mijn eigen database, hoor ik sommigen al denken. Ook als ik erbij vermeld dat alle analyses manueel werden gemaakt (dus varianten, evaluatiesymbolen zie o.a. leestekens en commentaar)? In 2019 schatte ik dat ik gemiddeld iets meer dan 4 dagen bezig ben per partijanalyse (zie Hoeveel tijd spendeer je aan het schaken deel 2?). Een simpel rekensommetje zegt ons dus 4 dagen per partij x 1000 partijen = 4000 dagen of 11 jaar elke dag zonder de minste pauze eigen partijen analyseren (minstens een uurtje per dag maar vaak veel meer). Dan denk ik dat de 1000 toch wel een heel straf getal is maar de lezer staat uiteraard vrij om mij het tegendeel te bewijzen.

Goed zot is wellicht een correcte commentaar want eerlijk gezegd, onthoud ik nog geen 1% van al die analyses. In 2020 schreef ik al in het geheugen deel 2 dat ik erg vaak analyses vergeet. Vandaag is het alleen nog erger geworden. Een paar maanden geleden had ik zelfs de primeur (voor mezelf) om een eigen gespeelde partij te vergeten. Zo speelde ik 1997 onderstaande partij.
Onlangs kreeg ik exact dezelfde opening voorgeschoteld door de Belgische FM Sterre Dauw maar kon mij tijdens de partij helemaal niets herinneren van bovenstaande partij, laat staan iets van de analyses die ik toen gemaakt had. Dus aan het bord moest ik opnieuw het wiel uitvinden.
Er zat 25 jaren tussen beide partijen en ik vermoed dat het dan ook niet zo verwonderlijk is dat iemand een eigen gespeelde partij + analyses vergeet zeker omdat het een vrij saaie en zonderlinge opening betreft.

In elk geval ik ben in mijn praktijk al spelers tegengekomen die zelfs waren vergeten dat ze al tegen mij hetzelfde/ zeer gelijkaardig systeem hadden gespeeld zie FM Arben Dardha in de sterktelijst, GM Martijn Dambacher in de onzin van blitz en uiteraard Robert Schuermans toen hij eens onbewust 17 zetten onze 6 jaar oude partij volgde tot ik afweek zie paswoord. Of nog erger zoals beschreven in playing in a team again waarbij een speler 2 jaar op een rij met dezelfde blunder verloor van dezelfde speler en dan achteraf met een beteuterd gezicht vroeg "Hebben we vorig jaar niet iets gelijkaardigs gespeeld?" Kortom vergeten doet iedereen en als ik vergelijk met andere spelers dan valt het nog mee voor mezelf.

Tenslotte valt het mij ook op dat mijn analyse-stijl drastisch veranderd is over de jaren als ik beide partijeanalyses vergelijk. Ik publiceer niet meer zo graag die oude analyses omdat ze vandaag heel kinderachtig klinken en schaaktechnisch ook veel fouten bevatten. Zo merk ik op dat computers vandaag 5.Lb5 beoordelen als ruim -3 voor zwart dus compleet gewonnen terwijl 25 jaar geleden slechts een klein voordeeltje (10 keer kleiner = -0,3) werd getoond. Dat is een gigantisch verschil in computerevaluatie. Nu ook veel van mijn toenmalige commentaren tonen een gebrek aan schaak-kennis/ inzicht. Ik stel mij daarom soms ook de vraag waarom mijn rating niet mee geëvolueerd is al die jaren (zie ook reactie op mijn artikel "Hoeveel partijen moet ik spelen?").

Enige tijd geleden kreeg ik daarom de terechte opmerking dat het goed zou zijn om die oude analyses eens te up te daten of misschien beter helemaal opnieuw te maken. Het is goed bedoeld advies maar ik denk niet dat hij wist dat ik al 4000 dagen aan die analyses had besteed. Zelfs 1/10 van de tijd opnieuw er aan spenderen zou nog meer dan een jaar werk betekenen. Nee daar zal ik niet aan beginnen maar ik date wel sinds enkele jaren een beperkt aantal oudere openingsanalyses regelmatig op zie regressietesten. Dat is nog net haalbaar. De rest blijft zoals het is. Het zijn stille getuigen van vervlogen tijden en het plezier dat ik toen kon vinden in het schaken ondanks de vele tekortkomingen.

Brabo

maandag 5 december 2022

WK Jeugd deel 4

In dit 4de en laatste deel zal ik het hebben over het schaaktechnische aspect van een wk jeugd en dan in het bijzonder voor onze Belgen. Wat heeft een wk jeugd meer dan een ander tornooi en vooral is de grote kost te verantwoorden? Puur op aantal (klassieke) partijen spelen absoluut niet. Voor + 1800 euro kunnen we in België/ buurlanden een veelvoud spelen van de 11 partijen op het wk.

Voor de gratis coaching moet je het evenmin doen. Vele deelnemende landen organiseren voor hun kinderen meerdere trainingssessies vooraf, sturen professionele trainers die internationaal meester en grootmeester zijn mee,...  Daar moet je dus als Belg niet op rekenen want er zijn geen financiële middelen. Het probleem is van oudsher bekend en geraakt niet opgelost. Het bestuur van de Belgische bond vraagt om een hoger lidgeld om een budget vrij te maken voor internationale uitzendingen van onze jeugd. De leden eisen eerst veel betere resultaten van onze jeugd vooraleer ze extra geld willen geven. Het zit muurvast en ik zie geen beterschap op komst of er moet ergens een grote sponsor toevallig opstaan (nog onwaarschijnlijker vandaag in tijden van economische recessie).

Vandaag stuurt de bond enkel een onbetaalde (slechts de reiskosten worden gedekt) begeleider mee. Deze keer hadden we geluk dat de Belgische FM Martin Ahn hiervoor zichzelf als vrijwilliger had opgegeven (uiteraard omdat zijn dochter Anastasia meespeelde). Ik herinner mij van mijn eigen studenten-wk (Rotterdam 1998) dat onze begeleider niet eens de spelregels kende. Dus met Martin hadden we tenminste iemand die tot op een zekere hoogte de kinderen kon helpen met het voorbereiden van partijen en analyseren achteraf.

Ik zeg tot op zekere hoogte want Martin is nog van de oude garde dus niet up te date met de laatste ontwikkelingen op gebied van coaching/ partijvoorbereidingen. Hij keek vreemd op hoe ik vrij snel zijn online account kon achterhalen en had evenmin al gehoord van openingtree wat toch vandaag zo een beetje de standaard is in elke partijvoorbereiding. Kortom ik was niet verwonderd dat de Franstalige jongens vooraf al hadden gekozen om hun eigen betaalde zeer professionele coach (Thibault Real) mee te nemen. Anderen zochten dan weer online contact met hun eigen betaalde coach in België. Tenslotte Evelien wou dat ik haar hielp alhoewel ik haar vooraf had verwittigd heel weinig tijd te hebben. Het was tussen de soep en patatten dat ik haar partijvoorbereidingen maakte en achteraf snel de belangrijkste lessen per gespeelde partij liet opschrijven (in de stijl van een paar punten zoals in En wat hebben we vandaag geleerd ?).

Dan blijft er tenslotte de kans op eeuwige roem over. Iedere deelnemer/ deelneemster krijgt een kans op een wereldtitel die je voor de rest van je leven op je cv kunt plaatsen. Daar doen we het toch voor of niet? Wel zo naief ben ik uiteraard niet. In mei had mijn dochter 1446 elo. Als je weet dat Eline Roebers met 2375 elo er zelfs niet in slaagde om in dezelfde categorie de wereldtitel te pakken en zeer teleurgesteld na enkele nederlagen uit het tornooi stapte dan besef je op voorhand dat Evelien er het heel lastig zal krijgen. Ik vreesde zelfs vooraf dat ze geen enkel punt zou kunnen scoren. Om haar een beetje te wapenen, liet ik ze 3 zomertornooien (Gent, Brugge, Dieppe) spelen waarvan we de partijen samen bespraken.

Desalniettemin sommige thuisblijvers spaarden hun kritiek niet. Ze vonden het belachelijk hoeveel geld er gespendeerd werd aan dit soort wks/ eks voor de Belgische delegatie. Telkens leidt het enkel tot gezichtsverlies en massaal elo-verlies zie België resultaten wk 2022 Mamaia of België resultaten ek 2022 Antalya. Dat is trouwens een trend die ruimer is dan enkel de Belgen. Vorig jaar werd op chessbase hierover een interessant artikel gepubliceerd: Why do some countries always gain and other always lose rating points?

1 van de redenen die de auteur opgeeft, is dat kinderen uit Westerse landen niet dezelfde motivatie hebben als Aziatische kinderen. Of harder gezegd dat Westerse kinderen lui zijn. Ik kan de auteur geen ongelijk geven. Ik was erg verrast om te horen dat sommigen van onze delegatie zelfs niet eens hun computer mee hadden genomen naar het wk. Anderen hadden dan weer de hele zomer geen enkel schaakstuk aangeraakt. Dan ben je toch niet serieus bezig met het schaken. WK-toeristen, anders kan ik ze niet noemen.

Echter het gebrek aan motivatie verklaart niet alles. Sommige spelers in onze groep pakten het wel serieuzer aan en moesten toch nog vaak heel wat elo-verlies incasseren omdat de tegenstanders veel sterker waren/ speelden dan hun rating. In de reeks van Evelien won de Vietnamese  Nguyen Hong Nhung ei zo na de gouden medaille (gedeeld 1ste maar 2de op scheiding) ondanks een deficit van meer dan 500 elo t.o.v. Eline Roebers zie Eindstand wk 2022 Mamaia - 16G. In dezelfde eindstand zie je tal van abnormaliteiten. De reden ligt bij de kosten van de eloverwerking. Fide vraagt 1 euro per speler per tornooi.  Dat is voor arme landen te veel geld als je weet dat de dagloon van een arbeider er soms slechts 1 euro is.

Voor Westerse landen is dat uiteraard peanuts waardoor in België al enkele jaren de roep steeds luider klinkt om definitief komaf te maken met de Belgische elo en enkel nog de fide te gebruiken. In Frankrijk doen ze dit al dus waarom niet hier? Wel de reden ligt in artikel 1.6 van fidehandboek : FinancialRegulations2021: "The maximum amount of rating fees paid by one federation (including fees for rapid and blitz tournaments) cannot exceed an annual amount of EUR 35,000 in 2022-2023 and an annual amount of EUR 40,000 in 2024-2025. The maximum amount of rating fees for the subsequent years is subject to approval by the General Assembly in 2025." Door deze cap betaalt een Fransman dus ongeveer 1/10 van een Belg bij een volledige eloverwerking door fide. Heb ik al gezegd dat onze bond een heel krappe budgettering heeft?

Ik wijk af want ik moet het dringend hebben over hoe die Aziatische spelers zo goed spelen ondanks dat ze zo weinig partijen met eloverwerking op de teller hebben staan. Wel ik vond van meerdere zogenaamde beginners vaak duizenden partijtjes online terug met heel hoge online ratings die duidden op een veel hogere speelsterkte dan hun huidige fiderating. Bovendien veel van die online partijen werden gespeeld op een langzaam tempo waarvan ik vermoed dat ze achteraf werden besproken door een coach.

Het belang van coaches heb ik al meermaals aangetoond en was in dit wk meer dan ooit relevant. De elofavorieten zijn hierbij vaak in het nadeel omdat er van hen veel (meer) partijen in de database staan waarvan de tegenstanders gebruik kunnen maken. Dat zorgt er dikwijls voor dat het zelfs bij een eloverschil van 500 elo nog steeds heel lastig is om te winnen. In onderstaande partij zien we hoe een 1600 speelster maar eventjes 20 zetten theorie speelt waarna Machteld Van Foreest als eerste afwijkt van de theorie met een mindere zet.
 
Ik kende toevallig deze opening omdat ik ze eens in 2016 uitgebreid bestudeerd had zie schaakopeningen studeren deel 2 . Ik was heel verwonderd toen ik dit partijtje zag passeren bij het naspelen van de partijen uit de eerste ronde. Hoe is het mogelijk dat een 1600 dit allemaal kent? Zelfs als FM kende ik het bijlange niet zo diep in 2016.

Trouwens ik wil ook nog een keertje een lans breken om de partijen van onze Belgische kinderen zeker niet te publiceren. Evelien had 1 partij in de publieke database die ze had gespeeld in het -1800-tornooi van de Brugse meesters afgelopen zomer. 3 van haar tegenstandsters in het wk gaven achteraf toe dat ze die ene partij hadden gebruikt om voor te bereiden op haar. In de laatste ronde kwam ze hierdoor verloren uit de opening.
 
Als je ziet dat de open van Cap d'Agde zelfs de klassieke partijen van + 2600 elo spelers niet publiceert dan waarom blijven we onszelf dit nadeel toekennen. Wat is het nut van partijen gespeeld door 1400 elo spelers te publiceren? Nochtans blijven er stemmen opgaan om nog meer te publiceren zie verslaggeving KBSK. Publicitair geloof ik er niet in en dat bewijst o.a. de open van Cap d'Agde die dit jaar zelfs helemaal volzet was met ongeveer 1000 deelnemers. Het is een geluk dat in de onderlinge confrontatie tussen broer en zus, een partij die ook gepubliceerd werd in de Brugse meesters, door beiden afgeweken werd van het normale repertoire (en dus onbruikbaar/ misleidend was voor de tegenstandsters van Evelien op het wk).

Het is tijd om deze zeer uitgebreide bespreking van het wk in Mamaia af te ronden. Ik vermoed dat het voor sommigen erg negatief allemaal klonk en wellicht heb ik ook enkele personen op zijn zachtst gezegd geïrriteerd. Nu de reacties staan open op al mijn artikels om verduidelijkingen of correcties te kunnen aanbrengen. Mijn bedoeling van de artikels was in de eerste plaats mensen te informeren want ik vermoed dat de meesten geen flauw idee hadden van wat een wk/ ek- jeugd behelst. Als de artikels ook iets in beweging zet zodat het in de toekomst beter wordt dan is dit ook mooi meegenomen.

In elk geval in de huidige context acht ik de kans heel klein dat ik nog naar een wk/ek zal gaan. Ik werd uitgenodigd net na het wk om met zijn zoon Hugo naar het EK in Antalya te gaan maar daar heb ik voor bedankt. Mijn zoon wou er enkel naar toe gaan omdat hij dan niet naar school zou moeten en er een zwembad was (profiteur en toerist eerste klas).

Anderzijds laat ik de deur nog wel op een kier open staan voor dit soort evenementen op voorwaarde dat er volgende keer absolute prioriteit wordt gegeven aan het schaken (vandaag is mijn initiële wk-doelstelling van Evelien aan te zetten om meer te schaken niet behaald). Ik vond het de moeite waard om te proberen want het wk is zonder twijfel een unieke en mooie ervaring voor tieners (dus + 12 jaar). De 4 blog-artikels zijn hiervan het bewijs. Spijt hadden we zeker gehad indien we niet waren geweest.

Brabo

donderdag 1 december 2022

WK jeugd deel 3

Mijn dochter Evelien droomt ervan de wereld te verkennen. Ze heeft hiervoor zelfs een lijstje gemaakt waar ze alvast wilt mee starten : Londen, Rome, Madrid, New York, Seoel, Tokyo... Ik ken enkele collega's die op 2 a 3 uitzonderingen na in alle landen van de wereld zijn geweest. Echter ik heb niet dit soort ambities. Ik zet ook wel graag een stapje in de wereld maar ben al tevreden met de buurlanden. Trouwens (ver) reizen kost een bom geld of je doet het voor je werk.

Dus ze zal moeten wachten met die dromen maar daar dacht Evelien anders over toen ze in mei hoorde dat ze uitgenodigd was voor een wk jeugd in Roemenie. "Papa, ik heb nog nooit een verre reis gemaakt" (Rusland telt niet mee want dat zijn altijd familiebezoeken en is ondertussen ook al 4 jaar geleden door eerst covid en nu uiteraard de politieke spanningen) en "het is gratis" (ondertussen weten we ook hoe gratis het was). Tja als je oogappel zoiets zegt dan wist ik onmiddellijk hoe laat het is. We zouden gaan.

De kogel was nog maar door de kerk of het eerste probleem dook al op. Hoe regelen we het met de school? Het wk zou doorgaan de 2de en 3de week van september. Evelien is nog nooit zo lang afwezig geweest van school en bovendien het ritme/ niveau in het 4de jaar latijn ligt bijzonder hoog. Was afstandsonderwijs een mogelijkheid? Kon Evelien het lesmateriaal doorgestuurd krijgen zodat ze tijdens het tornooi toch enigszins de leerstof kon bijhouden? De schooldirecteur vertelde dat ze ons in mei niet kon helpen want pas eind augustus zou bekend geraken in welke klas Evelien zou zitten en dus wie de leerkrachten zouden zijn. Echter eenmaal het schooljaar startte was het pure chaos. Er waren 2 schooldagen voor vertrek en de nieuwe boeken konden we niet meer meekrijgen.

Tijdens het tornooi bestookten we de leerkrachten met telefoontjes, berichten en mails om leerstof op te zenden en videocalls voor afstandsonderwijs op te zetten maar dat bracht weinig zoden aan de dijk. De meesten negeerden onze oproepen, verborgen zich achter technische problemen of maakten zich er van af met onrealistische werkopdrachten. Het gevolg kan je al raden. Zowel school als het schaken liep zeer stroef. Niet alleen geraakte Evelien achter op school maar ook haar partijen speelde ze onvoorbereid en overspannen. Het bevestigt wat ik al eerder vermoedde: school en schaken gaan niet samen (in schakende vrouwen deel 2 schreef ik dat WIM Puteri Munajjah Az-Zahraa Azhar van Maleisië totaal niet voorbereid was op mij, achteraf hoorde ik dat ze tijdens het tornooi bezig was met haar universiteitsstudies).

Voor de 2de tornooiweek kon ik Evelien dan toch overtuigen om even niet aan school te denken en zich helemaal op het schaken te concentreren. Ze was trouwens de enige in de Belgische delegatie die school trachtte te combineren met schaken. De anderen hadden al nare ervaringen hiermee of vonden school sowieso geen prioriteit. Die beslissing was een gamechanger voor Evelien. De partijen/ resultaten verbeterden zienderogen en ze maakte eindelijk ook tijd om echt te genieten. Trouwens ik moet toegeven dat we echt geluk hadden met de samenstelling van de Belgische delegatie dit jaar. Het klikte tussen onze kinderen geweldig goed. Ik vermoed dat het te maken had met dat er geen introverte (gesloten) of extraverte (zeer uitbundige) kinderen bij waren maar ook dat we geen supersterren waren. De Hollandse wereldtoppers zoals Machteld Van Foreest en Eline Roebers die nochtans zelfde leeftijd en taal spreken, zonderden zich in het tornooi totaal af en kon je enkel af en toe een glimp van opvangen tijdens de buffets.

Ik hoorde van enkele medereizigers dat de groepssfeer onder de Belgen wel anders is geweest op vorige wks en eks. Er werd bij ons voortdurend geswitcht tussen Nederlands, Frans, Engels en Duits waardoor we een hechte groep werden. Hierbij wil ik in het bijzonder onze delegatieleider Martin Ahn bedanken. Elke avond offerde hij zichzelf helemaal op om de groep te animeren/ sturen/ trainen. Martin spreekt bovendien vloeiend de 4 talen. Opnieuw ik heb gehoord dat in het verleden spelers vaak aan hun lot werden overgelaten dus verwacht niet als je zelf ooit mee wilt doen dat zoiets standaard is. Een sfeerbeeld van een typische avond zie je hieronder genomen door Martin.
Onze 8 Belgische kinderen en een Zuid-Afrikaanse vriendin

Zeker in de 2de week durfde het wel eens laat worden toen het heel gezellig was. In het begin van het tornooi ging ik later naar bed dan mijn dochter. Op het einde was het steevast mijn dochter die later naar bed ging dan ikzelf. Trouwens de Belgische delegatie werd meerdere keren op de vingers getikt met een briefje die vroeg om stilte want na 22 uur werd verwacht dat alle activiteiten stopten (wat uiteraard veel te vroeg was, zeker als je weet dat de partijen maar starten om 14u). Dat briefje werd vervolgens overal verspreid onder de kamerdeuren in het hotel door onze kinderen die steeds verder de grenzen waren aan het aftasten. Nu niet alles was kattenkwaad. Sommigen hadden ook echte artistieke talenten zoals onderstaande knappe sketch toont.

Rowan Atkinson had het met zijn Mr Bean niet beter kunnen doen. De sketch is gebaseerd op het dagelijks gevecht die we hadden met de obers tijdens het buffet. Als je even wegkeek dan waren ze weg met je eten en drinken. Op een bepaald moment had Evelien er zelfs even genoeg van en nam haar eten terug uit de handen van de ober waarna hij glimlachend afdroop.

Kortom het zat snor onder de Belgen maar ook daarbuiten werden contacten gelegd. Zeker Evelien profiteerde van haar talenknobbel (die ze van haar mama heeft want ik heb altijd hard moeten werken aan talen). Evelien spreekt naast uiteraard Nederlands, vloeiend Engels, vrij goed Frans maar ook een mondje Spaans en Russisch. Dat laatste leverde ook nog een leuke anekdote op. In de lift hoorde ze enkele jonge Moldaven in het Russisch zeggen dat de Fransen stinken. Groot was hun verwondering dat Evelien hen later die avond vertelde dat ze het niet zo netjes vond wat ze daar hadden gezegd. Na de verwerking van de initiële shock werd hierover samen nog lang gelachen.

Ik heb ook nog een tip die ik eigenlijk al vooraf aan de Belgen had gegeven maar toen genegeerd werd. Zorg ervoor dat je als deelnemer een klein cadeautje kunt geven aan je tegenstanders/ nieuwe vrienden. Een kleine magneet, sleutelhanger of vlaggetje die een link vormt naar je land/ stad is een ijsbreker en kost slechts enkele euro's (dus een peulschil in vergelijking met de totale kost van het wk). Evelien was bijzonder blij toen ze onderstaande heel leuke sleutelhanger kreeg van haar Franse tegenstandster net voor de start van hun onderlinge partij. Daarna was het resultaat van die partij onmiddellijk al niet meer zo cruciaal.

De Française was afkomstig van het eiland Corsica vandaar de schildpad zie ook A Cupulatta.

Evelien geraakte in gesprek met tal van nationaliteiten en ik vermoed dat ze enkele leuke en misschien zelfs blijvende internationale vriendschappen er aan heeft overgehouden. Zo snapshat ze nog tot op vandaag met een Bulgaarse meisje.

In elk geval het wk voldeed compleet aan haar verwachting om de horizonten te verruimen. De andere Belgische kinderen die deelnamen aan het wk zijn allemaal vrienden geworden (dus dat is leuk voor tornooien in de toekomst). Zoiets smaakt naar meer maar eenmaal thuisgekomen werd ze ook onmiddellijk met de voetjes op de grond weer geplaatst. Toen ze een dag erna naar school opnieuw moest, werd haar geen enkel respijt gegeven. Al op maandag moest ze testen afleggen van leerstof die ze zelfs nog niet eens had ontvangen. Wij dachten tevergeefs dat de resultaten niet zouden meetellen.

De eerste weken na het wk waren dan ook bijzonder lastig. Het duurde even vooraleer de mindere resultaten/ achterstand op school werden weggewerkt. Evelien stelt voor haarzelf zeer hoge eisen (dus zeker niet ik) dus het kostte haar enorme inspanningen om terug dat zeer hoog niveau te behalen maar ze deed het. Ik snap nu meer dan ooit waarom Daniel Dardha (zie Amateurs) ervoor koos om te stoppen met school. Het is gewoon onmogelijk om school en schaken goed te combineren. Scholen schermen met het schoolreglement dat je vooraf ondertekende en doen niet de minste inspanning om tegemoet te komen. Ik ben heel trots op mijn dochter Evelien hoe ze het allemaal heeft aangepakt. Volgende week volgt het laatste en schaaktechnische deel van het wk.

Brabo