De voorbereiding is het halve werk stond er in het vorig blogartikeltje geschreven door gastschrijver Hypekiller5000. Hiermee wordt bedoeld dat goed uit de opening komen een niet te verwaarlozen invloed heeft op het uiteindelijke resultaat. Zelfs op mijn veel bescheidenere niveau toonde ik al 2 jaren eerder aan dat zulk effect zichtbaar is, zie schaakopeningen studeren. Het is dan ook geen verrassing dat spelers die mij beter kennen geregeld kiezen om de grotere lijnen te vermijden zoals bv. Tom Piceu leidt brugge door 1ste afdeling of laatst nog in Open Gent toen mijn tegenstander achteraf toegaf een trouwe blogvolger te zijn. Dit is een nadeeltje van deze blog te schrijven waar ik wel mee kan leven. Uiteindelijk is het ook voor mijn tegenstander een gok om iets te spelen waarmee hij zelf geen of nauwelijks ervaring heeft en niet weet op voorhand of ik het toch niet al eens bekeken heb zie de boemerang.
Als spelers mij minder goed kennen of mijn voorbereiding negeren dan heb ik een beduidend hogere kans om te profiteren van een superieure openingskennis. De meest frappantste voorbeelden op mijn blog zijn beschreven in het artikel de sterktelijst. Na een zoveelste voorbeeld op de blog ontlokte dit de commentaar bij MNb dat ik behoorlijk goed was in het voorbereiden. Later verduidelijkte hij dit standpunt : er is creativeit nodig. Wel in dit artikel zal ik tonen dat creativiteit vaak minimaal is en iedere schaker tot dezelfde conclusies had kunnen komen. Veel belangrijker dan creativiteit is discipline, organisatie en een goede methodologie.
De titel verraadt het al dat ik hierbij intensief gebruik maak van databases of ook wel in het vakjargon pluggen genoemd. Een goed boek over pluggen bestaat bij mijn weten (nog) niet. Er bestaat wel documentatie over hoe chessbase werkt maar je zal geen gids vinden waarin staat welke stappen je na elkaar moet uitvoeren om in een kort tijdsbestek de kans op een succesvolle voorbereiding te optimaliseren. Trouwens het viel mij op dat heel wat schakers bijna compleet analfabeet waren in het gebruik van databases. Ik vond het dus hoogtijd om hier iets aan te veranderen aan de hand van een voorbeeld waarin ik stap per stap met screenshots zal tonen hoe ik te werk ga.
In de laatste ronde van Open Gent werd ik gepaard aan de Belgische FM Marc Lacrosse. De paringen waren bekend rond middernacht terwijl de partij begon om 11 uur 's ochtends. Ik ben geen machine dus ik heb nachtrust nodig. Als we dan nog een uurtje aftrekken om met de auto van thuis naar de tornooizaal te rijden dan is het duidelijk dat er weinig tijd over is om voor te bereiden. Vervolgens blijkt dat Marc op mijn Spaans een grote expert is van het Open Spaans. 51 partijen daterend van 1987 tot 2013 vond ik in de megadatabase zie screenshot hieronder.
51 partijen Open Spaans van Marc in de database |
Wat doe je dan als je 150 elo meer hebt dan de tegenstander, er zeer weinig tijd is om voor te bereiden, het duidelijk is dat je met je normaal repertoire je kansen hypothekeert en het eindklassement met prijzengeld op spel staat? Snel afwijken natuurlijk maar dat past niet in de wetenschappelijke aanpak. Nu ik laat mij ook niet zomaar naar de slachtbank leiden. In het vervolg beschrijf ik hoe ik de nadelen tracht te minimaliseren en zelfs er inslaag om het tot een voordeel te transformeren.
Meer dan een decennium geleden bereidde ik mij voor op schaaktornooien door mijn zelf gemaakte analyses te herhalen. Echter niet alleen werd dit steeds moeilijker door het steeds aangroeiend aantal partijen maar ook ondervond ik dat het rendement belachelijk klein was. Ik spendeerde heel veel tijd aan de herhalingen maar zelden kon ik iets gebruiken tijdens het tornooi. De laatste jaren zien mijn tornooivoorbereidingen er helemaal anders uit. Als ik weinig vooraf geschaakt heb dan maak ik de paar dagen voor het tornooi start, tactische oefeningen op chess tactics server. Verder bekijk of oefen ik niets maar spendeer ik wel een dik uur om al mijn databases up te daten:
- Twic waar men tornooipartijen gespeeld in talloze locaties kan downloaden tot een week geleden
- Computerpartijen van 3 sites: Ccrl, Sddf en Tcec
- Correspondentiepartijen van ICCF maar hiervoor contacteer ik een bevriende correspondentiespeler want zoals aangegeven in een eerder blogartikel is hun database nog steeds afgesloten voor het publiek. Ik heb wel een paar dagen geleden ontdekt dat je er toch nog kunt aangeraken via Openingmaster maar dan tegen betaling.
Dus alle materiaal kan ik gratis verkrijgen. Naast het updaten van de databases, doe ik ook een update van mijn engine openingsboek, zie voor hoe dit in zijn werk gaat naar het artikel groene zetten. Als je dit dan combineert met een goed schaakprogramma zoals Houdini en/ of Stockfish op een moderne portable dan beschik je over een serieus arsenaal aan wapens die in de partijvoorbereidingen gebruikt kunnen worden.
Het heeft weinig zin om dit allemaal te doen als je uiteindelijk onvoldoende tijd hebt om voor te bereiden. Wel als het eerste stukje organisatie is dan is het tweede vooral discipline. Je slaapt niet lang lekker uit maar zet de wekker om 6 uur 's ochtends. Ontbijten gebeurt tijdens het pluggen. Enkel voor het wassen, moet je onderbreken maar 4 uren pluggen ononderbroken hou ik ook niet vol. Een helpende hand van mijn lieve vrouw zorgt ervoor dat ik ook wat eten heb tijdens de partij. Discipline gaat natuurlijk samen met motivatie/ ambities waar ik in tegenstelling tot heel wat andere spelers (van mijn leeftijd) nog geen slijt op zie.
4 uren om een expert met 25 jaar ervaring te bekampen op zijn domein is nog steeds bijzonder weinig. In zulke korte tijdsspanne is het onmogelijk om een uitgebreide openingsanalyse te maken dus is het kwestie van een erg goede methodologie te gebruiken. Hierbij baseer ik mij voornamelijk op 3 instrumenten die ik via de Fritzinterface bestuur:
- de database met tornooipartijen om de zetten van de tegenstander te kunnen bepalen
- de engine openingsboek om eigen zetten en zetten van de tegenstander te bepalen
- de correspondentiedatabase om eigen zetten te bepalen
Dus geen dure Chessbase interface want dat heb je helemaal niet nodig. De premium package van Chessbase kost vandaag 370 euro. Er moeten schakers zijn die dit betalen anders vraag je het niet maar dat is gewoon uitbuiten van de monopoliepositie.
Laat ons starten na de zetten 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4. La4 Pf6 5. 0-0 Pxe4 wat de basispositie is van het Open Spaans. Om te bepalen wat je zelf dus met wit best speelt, maak ik in 1ste instantie gebruik van mijn (zelf gebouwde) engine openingsboek. Voor posities waarvan heel veel partijen terug te vinden zijn in de database en er een duidelijk onderscheid is tussen de kandidaatzetten, is dit veruit de snelste en efficiëntste tool. Met een simpele knop in te drukken "F11" krijg je al het resultaat dus iets sneller bestaat er niet. Let op ik maak continu gebruik van die sneltoetsen dus het is erg belangrijk om een aantal van hen te kennen. Dit blijkt geen evidentie te zijn want in Open Gent kwam een + 2100 speler naast mij staan terwijl ik aan het pluggen was en hij vroeg mij hoe ik het scherm kon krijgen zoals in de eerste screenshot. Wel voor dat scherm moet je 2 keer na elkaar "ALT+Q" indrukken. Deze sneltoetscombinatie laat toe om te switchen tussen 3 verschillende schermen: beschrijving van de partijen, zetten van de partijen, mix korte beschrijving en zetten van de partijen.
Bovenstaand screenshot geeft mooi weer dat 8.dxe5 de kritieke zet is in deze stelling en die kies ik dus ook. Nu zullen sommige aandachtige lezers opmerken (mits te kijken naar het 1ste screenshot) dat Marc een zet eerder ook al Le7 heeft gespeeld i.p.v d5. Dit klopt tussen 1995-1996 koos Marc 4 keer voor Le7. Echter in alle andere partijen werd d5 gekozen. Het is dus logisch om prioriteit te geven aan d5 en als er nog tijd over is om dan pas terug te keren naar Le7. Het is geen overbodige luxe om ook de oude varianten in iemands repertoire te bekijken want als een speler onraad voelt dan durft er wel eens worden gekozen voor een oude liefde. Marc gaf trouwens achteraf toe dat hij overwoog dit te doen want hij kende mij natuurlijk wel daar we samen enkele jaren interclub voor Lille EDN gespeeld hebben.
Meer dan een decennium geleden bereidde ik mij voor op schaaktornooien door mijn zelf gemaakte analyses te herhalen. Echter niet alleen werd dit steeds moeilijker door het steeds aangroeiend aantal partijen maar ook ondervond ik dat het rendement belachelijk klein was. Ik spendeerde heel veel tijd aan de herhalingen maar zelden kon ik iets gebruiken tijdens het tornooi. De laatste jaren zien mijn tornooivoorbereidingen er helemaal anders uit. Als ik weinig vooraf geschaakt heb dan maak ik de paar dagen voor het tornooi start, tactische oefeningen op chess tactics server. Verder bekijk of oefen ik niets maar spendeer ik wel een dik uur om al mijn databases up te daten:
- Twic waar men tornooipartijen gespeeld in talloze locaties kan downloaden tot een week geleden
- Computerpartijen van 3 sites: Ccrl, Sddf en Tcec
- Correspondentiepartijen van ICCF maar hiervoor contacteer ik een bevriende correspondentiespeler want zoals aangegeven in een eerder blogartikel is hun database nog steeds afgesloten voor het publiek. Ik heb wel een paar dagen geleden ontdekt dat je er toch nog kunt aangeraken via Openingmaster maar dan tegen betaling.
Dus alle materiaal kan ik gratis verkrijgen. Naast het updaten van de databases, doe ik ook een update van mijn engine openingsboek, zie voor hoe dit in zijn werk gaat naar het artikel groene zetten. Als je dit dan combineert met een goed schaakprogramma zoals Houdini en/ of Stockfish op een moderne portable dan beschik je over een serieus arsenaal aan wapens die in de partijvoorbereidingen gebruikt kunnen worden.
Het heeft weinig zin om dit allemaal te doen als je uiteindelijk onvoldoende tijd hebt om voor te bereiden. Wel als het eerste stukje organisatie is dan is het tweede vooral discipline. Je slaapt niet lang lekker uit maar zet de wekker om 6 uur 's ochtends. Ontbijten gebeurt tijdens het pluggen. Enkel voor het wassen, moet je onderbreken maar 4 uren pluggen ononderbroken hou ik ook niet vol. Een helpende hand van mijn lieve vrouw zorgt ervoor dat ik ook wat eten heb tijdens de partij. Discipline gaat natuurlijk samen met motivatie/ ambities waar ik in tegenstelling tot heel wat andere spelers (van mijn leeftijd) nog geen slijt op zie.
4 uren om een expert met 25 jaar ervaring te bekampen op zijn domein is nog steeds bijzonder weinig. In zulke korte tijdsspanne is het onmogelijk om een uitgebreide openingsanalyse te maken dus is het kwestie van een erg goede methodologie te gebruiken. Hierbij baseer ik mij voornamelijk op 3 instrumenten die ik via de Fritzinterface bestuur:
- de database met tornooipartijen om de zetten van de tegenstander te kunnen bepalen
- de engine openingsboek om eigen zetten en zetten van de tegenstander te bepalen
- de correspondentiedatabase om eigen zetten te bepalen
Dus geen dure Chessbase interface want dat heb je helemaal niet nodig. De premium package van Chessbase kost vandaag 370 euro. Er moeten schakers zijn die dit betalen anders vraag je het niet maar dat is gewoon uitbuiten van de monopoliepositie.
Laat ons starten na de zetten 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4. La4 Pf6 5. 0-0 Pxe4 wat de basispositie is van het Open Spaans. Om te bepalen wat je zelf dus met wit best speelt, maak ik in 1ste instantie gebruik van mijn (zelf gebouwde) engine openingsboek. Voor posities waarvan heel veel partijen terug te vinden zijn in de database en er een duidelijk onderscheid is tussen de kandidaatzetten, is dit veruit de snelste en efficiëntste tool. Met een simpele knop in te drukken "F11" krijg je al het resultaat dus iets sneller bestaat er niet. Let op ik maak continu gebruik van die sneltoetsen dus het is erg belangrijk om een aantal van hen te kennen. Dit blijkt geen evidentie te zijn want in Open Gent kwam een + 2100 speler naast mij staan terwijl ik aan het pluggen was en hij vroeg mij hoe ik het scherm kon krijgen zoals in de eerste screenshot. Wel voor dat scherm moet je 2 keer na elkaar "ALT+Q" indrukken. Deze sneltoetscombinatie laat toe om te switchen tussen 3 verschillende schermen: beschrijving van de partijen, zetten van de partijen, mix korte beschrijving en zetten van de partijen.
Openingsboek voor wits 8ste zet |
Vanaf zet 9 schakel ik over van de engine openingsboek naar de correspondentiedatabase om op een snelle wijze de kritieke hoofdlijn te vinden. De engine openingsboek geeft geen duidelijk onderscheid meer tussen de diverse kandidaatzetten maar dat wordt op een snelle wijze opgelost door een filter te doen in de correspondentiedatabase. Met de sneltoets "F12" ga je snel naar de database en met de sneltoetsen "CTRL+F" open je de filter. De filter die ik gebruik is een selectie van partijen gewonnen door wit in de laatste 4 jaren. Hieronder een screenshot van welke data ik gebruikte naast natuurlijk de positie zelf die opgezocht wordt.
Input filter correspondentie-database |
Het resultaat van zulke filter kan je hieronder bekijken. Het is te zeggen nadat ik ook nog een switch heb gedaan met de sneltoetscombinatie "ALT+Q" naar een zettenoverzicht van de partijen.
Output filter correspondentie-database voor zet wits 9de zet |
In een oogopslag zien we dat vandaag 9.Pbd2 als de kritieke voortzetting wordt beschouwd want hiermee worden de meeste partijen vandaag gewonnen in correspondentieschaak. Door het uitgebreid gebruik van computers in correspondentieschaak en het zeer trage speeltempo van de partijen kun je gerust stellen dat in correspondentieschaak de kwalitatief beste partijen terug te vinden zijn. Dit proces herhaal ik zet na zet voor al mijn zetten die ik onmiddellijk tracht te memoriseren.
Ondertussen bepaal ik de antwoorden van mijn tegenstander door te kijken naar de partijen die hij gespeeld heeft. Zo zie ik dat hij op 9.Pbd2, 7x geantwoord heeft met Lc5 in de periode 1987-2001; 2x met Pc5 in 2010 en 10x met Le7 in de periode 2003-2013. Dit alles kan worden afgeleid uit het 1ste screenshot maar vaak is het handig om gewoon een nieuwe filter te laten lopen op de tornooidatabase maar dan specifiek op de positie na 9.Pbd2 en Marc Lacrosse als zwartspeler.
Ik geef dus prioriteit aan 9..., Le7 maar opnieuw vergeet ik niet later als er tijd over is om ook de andere zetten te bekijken. 10.c3 blijkt voor wit de kritieke zet waarna we opnieuw kijken naar wat Marc al eerder gespeeld heeft. Na 10.c3 speelde hij, 3x Dd7 in de periode 2003-2004, 5x 0-0 in de periode 2008-2012 en 2 keer Pc5 in 2013. Alhoewel 0-0 vaker werd gespeeld, zal ik toch Pc5 prioriteit geven omdat dit recenter werd gekozen. Voor zet 11 herhalen we nog eens dit proces zodat we voorlopig na 11 zetten de volgende hoofdlijn verkrijgen: 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0-0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.Pbd2 Le7 10.c3 Pc5 11.Lc2 d4
Als we nu opnieuw de eerder vermelde filter gebruiken op de correspondentie-database dan zien we al dat de oogst klein wordt maar desondanks nog steeds bruikbaar.
Output filter correspondentie-database voor wits 12de zet |
Slechts 13 partijen maar in 10 van de 13 partijen werd 12.Pb3 gespeeld dus kies ik deze zet. Echter nu hebben we een probleem want er staan geen partijen meer in de database van Marc met 12.Pb3. Hoe kunnen we raden wat zwart zal spelen? Wel hiervoor gebruik ik opnieuw het engine openingsboek waar alle relevante bordpartijen in staan vermeld. Iemand die al 25 jaar dezelfde opening speelt zal wellicht wel op de hoogte zijn van wat topspelers spelen in deze stelling.
Openingsboek voor zwarts 12de zet |
12...d3 blijkt de geliefkoosde voortzetting van de meeste topspelers (het openingsboek werd opgebouwd met enkel partijen van de sterkere spelers). Ik geef dus de prioriteit aan 12...d3 maar kijk indien er tijd over is zeker ook eens naar de alternatieven. Voor wits 13 de zet gebruik ik opnieuw de filter op mijn correspondentiedatabase waaruit blijkt dat 7x Lb1 tegen 3x Pxc5 werd gekozen in de gewonnen partijen voor wit. 13.Lb1 wordt dus geselecteerd. Er waren een zet geleden al geen partijen meer van Marc in de tornooidatabase dus ik gebruik voor zwarts antwoord opnieuw het openingsboek. Dit proces blijf ik herhalen tot we aan wits 26 zet geraken !! De kritieke hoofdlijn is dan 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0-0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.Pbd2 Le7 10.c3 Pc5 11.Lc2 d4 12. Pb3 d3 13.Lb1 Pxb3 14.axb3 Lf5 15.Le3 0-0 16.Te1 Dd5 17.Ld4 d2 18.Te2 Lxb1 19.Txb1 Pxd4 20.Pxd4 Lg5 21.g3 c5 22.Pf5 Dd3 23.Pd6 Dg6 24.h4 Lxh4 25.Txd2 Le7 26.Ta1
Deze laatste witte zet blijkt alleen in correspondentieschaak gespeeld te zijn en niet eerder in tornooischaak of tenminste er zijn geen referenties in mijn tornooidatabase. Het is dus onmogelijk om nog verder te voorspellen wat zwart zal spelen maar dat hoeft ook niet meer. Zelfs al komt de hele lijn op het bord dan nog heb je eigenlijk een stelling waarin partijen in correspondentieschaak met wit gewonnen zijn. Naar alle waarschijnlijkheid zal zwart dit niet weten want anders had hij wel afgeweken. Het volstaat nu om de gewonnen correspondentiepartijen eens na te spelen om zo een idee te krijgen hoe de slotstelling verder kan ontwikkelen.
Duurt dit proces lang? Nee met een blad papier bij de hand waar je de zetten van de tegenstander + je eigen geselecteerde zetten noteert en het efficiënt gebruiken van de sneltoetsen kan je in enkele minuten een lijn doorlopen. Daarna nog enkele minuten om de slotstelling te begrijpen en je kan overstappen naar de volgende lijn. In 4 uurtjes kun je met deze methodologie heel wat varianten bekijken. In elk geval was Marc onder de indruk van wat ik allemaal toonde in de post-mortem.
En de opening van de partij zelf? Wel ik zal niemand verrassen dat de kritieke hoofdlijn op het bord kwam want anders had ik geen artikeltje kunnen schrijven. Marc wijkt uiteraard ergens af maar voor de rest van het verhaal verwijs ik naar de viewer. De annotaties heb ik achteraf toegevoegd.
Toeval of valt er toch iets te zeggen voor de wijze van mijn database-gebruik? De waarheid zal wel ergens in het midden liggen. In elk geval geloof ik wel in mijn aanpak en zie ik resultaten. Dit jaar opnieuw 7/9 in Gent maar met een beduidend hogere TPR van 2383 elo.
Dus weinig creativiteit maar wel organisatie, discipline en methodologie zijn de sleutels. Nee ik beweer niet dat je hiermee altijd en overal een passend antwoord kunt vinden. Er zijn stellingen die je niet op deze wijze kunt oplossen en waar veel meer eigen inbreng noodzakelijk blijft. Er zijn ook enkele valkuilen die ik wel eens in een ander blogartikel zal bespreken. De lezer moet dus dit artikel begrijpen als een gids waarmee een groot aantal openingsproblemen in een erg korte tijd kunnen worden opgelost.
Brabo
Deze laatste witte zet blijkt alleen in correspondentieschaak gespeeld te zijn en niet eerder in tornooischaak of tenminste er zijn geen referenties in mijn tornooidatabase. Het is dus onmogelijk om nog verder te voorspellen wat zwart zal spelen maar dat hoeft ook niet meer. Zelfs al komt de hele lijn op het bord dan nog heb je eigenlijk een stelling waarin partijen in correspondentieschaak met wit gewonnen zijn. Naar alle waarschijnlijkheid zal zwart dit niet weten want anders had hij wel afgeweken. Het volstaat nu om de gewonnen correspondentiepartijen eens na te spelen om zo een idee te krijgen hoe de slotstelling verder kan ontwikkelen.
Duurt dit proces lang? Nee met een blad papier bij de hand waar je de zetten van de tegenstander + je eigen geselecteerde zetten noteert en het efficiënt gebruiken van de sneltoetsen kan je in enkele minuten een lijn doorlopen. Daarna nog enkele minuten om de slotstelling te begrijpen en je kan overstappen naar de volgende lijn. In 4 uurtjes kun je met deze methodologie heel wat varianten bekijken. In elk geval was Marc onder de indruk van wat ik allemaal toonde in de post-mortem.
En de opening van de partij zelf? Wel ik zal niemand verrassen dat de kritieke hoofdlijn op het bord kwam want anders had ik geen artikeltje kunnen schrijven. Marc wijkt uiteraard ergens af maar voor de rest van het verhaal verwijs ik naar de viewer. De annotaties heb ik achteraf toegevoegd.
Dus weinig creativiteit maar wel organisatie, discipline en methodologie zijn de sleutels. Nee ik beweer niet dat je hiermee altijd en overal een passend antwoord kunt vinden. Er zijn stellingen die je niet op deze wijze kunt oplossen en waar veel meer eigen inbreng noodzakelijk blijft. Er zijn ook enkele valkuilen die ik wel eens in een ander blogartikel zal bespreken. De lezer moet dus dit artikel begrijpen als een gids waarmee een groot aantal openingsproblemen in een erg korte tijd kunnen worden opgelost.
Brabo