Schakers heb je in alle maten en gewichten maar ik durf absoluut niet te stellen dat schaken voor iedereen is. Als ik met niet-schakers (familie, collega's...) praat dan begrijpt men zelden waarom iemand uren wilt spenderen aan houtjes schuiven op een bord. Openlijk durven ze het niet te zeggen maar ik hoor ze dan denken "Je bent een rare". Om schaker te willen zijn, moet je dus een beetje apart zijn. Het lijkt mij daarom ook geen toeval dat heel wat schakers een sterk karakter hebben en durven tegen de stroom in te zwemmen. In tornooien kom je daardoor soms heel kleurrijke figuren tegen. Wie herinnert zich nog de schaker met zijn papegaai? Wie kent de schaker van Mercatel die steevast in het paars is gekleed?
![]() |
Bron: website van Mercatel |
Alexandre Bacrot waar ik het vorig artikel al over had, is zeker ook geen gewone sterveling. Zo is Alexandre Bacrot, de zoon van de sterke Franse grootmeester Etienne Bacrot. Ik herinner mij nog goed hoe in 1997 Etienne Bacrot met blokletters werd aangekondigd in het Franstalige magazine Europe-echecs als jongste grootmeester ooit in de wereld (dat was dus nog voor ik toegang had tot het internet / het Franstalige magazine raad ik aan om je kennis van het Frans op een plezante en educatieve manier te verbeteren). Vader Bacrot is dus een zeer bekende grootmeester maar zoon Bacrot is titelloos ondanks al ruime tijd te beschikken over een + 2400 elo. Dat is vreemd maar ook weer niet zo vreemd als je mijn artikel Fidetitels deel 2 hebt gelezen waarin ik uitlegde dat steeds meer spelers niet wensen te betalen voor fide-titels.
In mijn vorig artikel illustreerde ik Alexandres allesbehalve orthodoxe manier van op winst spelen maar na de partij werd ik getrakteerd op zijn wellicht meest straffe stoot. "Sorry dat ik op winst speelde maar je bent al oud en ik had gezien dat je 's ochtends een lange partij had gespeeld." Ik moest even naar adem happen toen ik dit hoorde. Sorry zeggen omdat je op winst speelt, vind ik onzin maar dat ik als een oudje speelde, vond ik er los over. Ik was het daar niet mee eens maar ik laat de lezer zelf oordelen.
Pas nadat de emoties gezakt waren, besefte ik dat Alexandre het niet zozeer over mijn spel had maar eerder dat ik niet meer tot de jongsten behoor. Ik ben tenslotte 7 jaar ouder dan zijn papa Etienne en dan snap ik dat vanuit zijn perspectief ik al heel oud ben. Trouwens toen ik de eindstand bekeek, moest ik opnieuw slikken. Ik was met mijn 48 jaar de oudste in de top 50 !! De gemiddelde leeftijd in de top 50 was 25,5 jaar. De eerste speler die ouder was, stond op plaats 53: de Franse grootmeester Jean-Marc Degraeve. Wat is hier aan de hand? Op 48 jaar ben je toch niet versleten als schaker? Welke lessen moet ik hier uit trekken? Laat ons eens kijken hoeveel open tornooien onze Belgische oudere toppers spelen.
![]() |
Hoeveel open tornooien speelden de Belgische oudere toppers in het voorbije jaar? |
Er zijn 18 Belgen die ouder zijn dan mezelf en een hogere rating hebben volgens de huidige Belgische elolijst. 2/3 van die 18 spelers heeft geen enkele open gespeeld tussen mei 2024 en mei 2025. Slechts de 2 professionals Igor Glek en Alexander Dgebuadze spelen gemiddeld minstens 1 open tornooi per maand. Ik kom op plaats 3 met slechts 3 schamele opens op een heel jaar. M.a.w. het is uitzonderlijk dat sterkere "oudere" amateurschakers nog meespelen in een open tornooi.
Bovendien merk ik ook op dat in de onderste regionen van Cappelle La Grande wel nog heel veel oudere spelers meespeelden. Ruim 150 spelers waren ouder dan ik. Zij zijn het levende bewijs dat schaken ook nog kan in open tornooien op oudere leeftijd. Is het angst om eloverlies van de oudere toppers dat ze niet meer willen spelen in open tornooien? Is het omdat open tornooien spelen veel meer energie vergt voor een topper dan de modale amateurschaker die een vakantie combineert met luchtig geschaak?
Misschien moet ik beslissen om ook zo een amateurschaker te worden. Ik bereid geen enkele partij meer voor en studeer geen schaak meer. Ik speel nog mijn partijen maar die analyseer ik nooit meer. Ik blijf gezellig uren hangen aan de bar tijdens de après-schaak na elke ronde. Ik maak mij niet meer druk als ik te laat aan het bord ben. Ik neem zeker byes als ik nog iets leuks in de omgeving wil bezoeken.
Dat kost me wellicht 100 of misschien zelfs 200 elo. Daar ben ik nog niet klaar voor. Ik stel mij bovendien de vraag of ik dan niet beter zoals de vele Belgische oudere toppers gewoon geen open tornooien meer speel. Met de vrijgekomen tijd en geld zou ik heel wat andere leuke dingen kunnen doen. Ik denk dan in de eerste plaats aan eens een grote reis van 1 of 2 weken met echtgenote en eventueel kinderen naar Italië, Griekenland of andere zuiderse locatie. Sinds mijn huwelijksreis (Italië in 2006) hebben we zoiets niet meer gedaan.
Ach volgend jaar word ik 50 jaar en mag ik meespelen in een heleboel seniortornooien. Ik heb al leuke aanbevelingen gekregen van iets oudere schakers. Dan ben ik plots weer het kakkernestje (Wordt dat woord in Nederland gebruikt?). Nee ik zal nog even blijven werken aan het schaken. Als ik een paar weken geen competitieschaak meer heb gespeeld dan voel ik het al knagen. De schaakmicrobe zal mij niet zo makkelijk loslaten. Ik vrees dat jullie nog voor een tijdje met mijn artikels opgescheept zullen blijven.
Brabo