Deze week werden we in ons klein schaaklandje aangenaam verrast met nieuws over een fenomenale prestatie van Jan Rooze. In Augsburg won sterke Jan niet alleen het tornooi, hij behaalde ook een IM-norm met een enorm overschot. De TPR 2608 is zonder twijfel een grootmeesterresultaat, niet te verwarren met een grootmeesternorm want daarvoor waren niet alle voorwaarden voldaan (aantal GM's). Een wereldprestatie als je beseft dat Jan vandaag de 65 gepasseerd is. Ik vermoed dat je al heel goed zult moeten zoeken om een ander gelijkaardige voorbeeld te vinden. Het is de voorlopige bekroning van het harde werk die Jan in zijn comeback heeft gestoken.
Als ik het goed voor heb dan begon Jan ergens begin 2008 na een lange erg succesvolle beroepsloopbaan opnieuw te schaken. De restanten van zijn repertoire waren compleet achterhaald (ik herinner mij nog de steenwijkervariant en de draak) en ook zijn spel vertoonde duidelijk roest maar Jan liet zich niet ontmoedigen en werkte in alle stilte deze mankementen weg. Het was een titanenwerk maar als ploeggenoot zag ik hoe langzaam maar zeker zijn repertoire terug vorm kreeg en hoe de tijdnoden steeds zeldzamer werden. Dit zien we ook duidelijk terug in zijn laatste partijen van Augsburg.
Vandaag heeft Jan een voldoende gevarieerd repertoire met zowel wit als zwart. Ook de keuze van de systemen vind ik wel doordacht. Zo was ik heel gecharmeerd door het venijnig openingsvariantje in ronde 5 tegen de Brit Rees Ioan waarmee Jan de tegenstander onmiddellijk onder druk zette. Echter zoals vermeld in mijn blogartikel schaakopeningen studeren zijn openingen slechts een klein deeltje in het raderwerk om optimale prestaties neer te zetten. Nog veel belangrijker is stabiliteit. Op schaakfabriek kon je al lezen dat een ijzeren discipline een sleutelrol speelde om de concentratie over 11 ronden zonder rustdag en partijen die tot 7 uren konden duren, te handhaven. Grote blunders werden vermeden terwijl wel tegen bijna 100% werd gekapitaliseerd op blunders van de tegenstanders (ik denk vooral aan ronden 5 en 6 tegen respectievelijk Nuber en Rees).
Nu om zulke score te kunnen neerzetten, volstaat een goed repertoire en concentratie niet. Hiervoor is nog een extra ingrediƫnt nodig en die kunnen we terugvinden in zijn onbevreesde stijl. We kunnen vooral Jans stijl omschrijven als iemand die steeds het initiatief/ aanval opzoekt en niet bang is om hiervoor wat materiaal of structuur op te offeren. Tegen het licht van computerperfectie is het dubieus maar tegen mensen van vlees en bloed is het zeer efficiƫnt waardoor zelfs erg sterke spelers geregeld in het zand bijten. Een partij die aan deze eigenschappen zeker voldoet is zijn indrukwekkende overwinning met zwart tegen de ervaren Tsjechische internationaal meester Ivan Hausner die ik hieronder met enig commentaar bespreek.
Een partij die ook helemaal gekleurd was met de typische Jan Rooze stijl was onze onderlinge van het Deurnse klubkampioenschap 2009. Opnieuw zien we geen vrees om materieel te offeren gewoon om de aanval gaande te houden. De afwerking was vlekkeloos zoals we in de vorige partij gezien hebben.
Met dit soort spel, energie, motivatie,... twijfel ik er niet aan dat een IM-titel nog in de mogelijkheden ligt. We duimen er in elk geval voor.
Brabo
Addendum 17 Januari 2013
Een artikeltje van Jan over zijn ervaringen kan je nu lezen op skdeurne.
Als ik het goed voor heb dan begon Jan ergens begin 2008 na een lange erg succesvolle beroepsloopbaan opnieuw te schaken. De restanten van zijn repertoire waren compleet achterhaald (ik herinner mij nog de steenwijkervariant en de draak) en ook zijn spel vertoonde duidelijk roest maar Jan liet zich niet ontmoedigen en werkte in alle stilte deze mankementen weg. Het was een titanenwerk maar als ploeggenoot zag ik hoe langzaam maar zeker zijn repertoire terug vorm kreeg en hoe de tijdnoden steeds zeldzamer werden. Dit zien we ook duidelijk terug in zijn laatste partijen van Augsburg.
Vandaag heeft Jan een voldoende gevarieerd repertoire met zowel wit als zwart. Ook de keuze van de systemen vind ik wel doordacht. Zo was ik heel gecharmeerd door het venijnig openingsvariantje in ronde 5 tegen de Brit Rees Ioan waarmee Jan de tegenstander onmiddellijk onder druk zette. Echter zoals vermeld in mijn blogartikel schaakopeningen studeren zijn openingen slechts een klein deeltje in het raderwerk om optimale prestaties neer te zetten. Nog veel belangrijker is stabiliteit. Op schaakfabriek kon je al lezen dat een ijzeren discipline een sleutelrol speelde om de concentratie over 11 ronden zonder rustdag en partijen die tot 7 uren konden duren, te handhaven. Grote blunders werden vermeden terwijl wel tegen bijna 100% werd gekapitaliseerd op blunders van de tegenstanders (ik denk vooral aan ronden 5 en 6 tegen respectievelijk Nuber en Rees).
Nu om zulke score te kunnen neerzetten, volstaat een goed repertoire en concentratie niet. Hiervoor is nog een extra ingrediƫnt nodig en die kunnen we terugvinden in zijn onbevreesde stijl. We kunnen vooral Jans stijl omschrijven als iemand die steeds het initiatief/ aanval opzoekt en niet bang is om hiervoor wat materiaal of structuur op te offeren. Tegen het licht van computerperfectie is het dubieus maar tegen mensen van vlees en bloed is het zeer efficiƫnt waardoor zelfs erg sterke spelers geregeld in het zand bijten. Een partij die aan deze eigenschappen zeker voldoet is zijn indrukwekkende overwinning met zwart tegen de ervaren Tsjechische internationaal meester Ivan Hausner die ik hieronder met enig commentaar bespreek.
Brabo
Addendum 17 Januari 2013
Een artikeltje van Jan over zijn ervaringen kan je nu lezen op skdeurne.
Leuke analyses!
BeantwoordenVerwijderenDoe zo verder Brabo.
Hey Brabo! Leuke blog heb je hier.
BeantwoordenVerwijderenHeeft Jan echt 42...Pg4+ gespeeld? Kan je dat paard niet gewoon slaan?
Nee, zelfs 42.Tg1 is niet meer gespeeld. Ik heb wellicht zelf wat zitten proberen en het achteraf vergeten te verwijderen. Ik heb het ondertussen aangepast dus nu moet het goed zijn. Knap opgemerkt !
BeantwoordenVerwijderenMijn bewondering voor Jan R. Hij geeft mij hoop voor het geval ik nog eens terugkeer naar bordschaak.
BeantwoordenVerwijderenHeb je 13.exf5 overwogen ipv 13.gxf5 ? Van de halfopen g-lijn ben ik niet zo onder de indruk, omdat zwart genoeg eenheden in de buurt heeft om pion g7 te verdedigen. Om de zwarte koningsstelling open te krijgen heeft wit een pionnenmassa nodig.
13.exf5 Pbd7 14.g5 Pd5 15.Lg3 en zwart heeft ongeveer evenveel reden zich zorgen te maken als wit. Als zwart weer op pion a2 af gaat krijgen we iets als Da5 16.h4 Dxa2 17.h5 Pe5 18.f6 gxf6 19.g6 hxg6 20.hxg6 Pxg6 21.Dh6 f5 22.Lf2 Lf6 23.Ld4. Goed, diepe analyse = foutieve analyse, maar als je zonodig de a-pion wilt offeren (ik ben bekend met het thema uit de Argentijnse aanval tegen de Pirc) kun je maar beter zorgen dat je de gewonnen tempi gebruikt om een stormram in stelling te brengen.
Voor wat 11.Pa4 betreft ben ik nog niet overtuigd dat dit zo heel veel beter is. 14...Db7 is het onderzoeken waard.
Bedankt voor de opmerkingen MNb.
BeantwoordenVerwijderenNee ik heb 13.exf5 in mijn analyses niet bekeken. Het is zeker interessant maar of het echt beter is, is twijfelachtig. De variant die jij opgeeft: 13.exf5 Pbd7 14.g5 Pd5 15.Lg3 Da5 16.h4 Dxa2 17.h5 blijkt te verliezen na Tab8 met de typische computertruuk Da1 gevolgd door Pc3 !!
10.Pa4 Ld7 11.g4 c5 12.Pf5 Lxa4 13.Pxe7 Dxe7 14.Lxd6 Db7 is mogelijk iets beter dan De6 maar m.i. onvoldoende voor gelijkspel na 15.Lxf8 Kxf8 16.e5 Pe8 17.Lc4 Pc6 18.Dd5 Pd8 19.Dxc5+ De7 20.De3 en wits centrumpionnen zijn dreigend.
De bloganalyses van mijn partij tegen Jan zijn gemaakt in 2009 en 2010 zonder Houdini en op een tragere PC dus het verwondert mij niet dat er verbeteringen vandaag kunnen worden gevonden. Ik wil ook opmerken dat mijn analyses van bordpartijen nooit dezelfde nauwkeurigheid halen dan mijn analyses van correspondentiepartijen. Ik zet die waarschuwing niet bij mijn analyses omdat ik veronderstel dat de lezer dit zo wel weet.
Uiteraard. Geldt voor mij ook - in een corr. partij besteed ik heel wat meer tijd dan het half uurtje gisteravond.
BeantwoordenVerwijderenDe stelling wekte vooral mijn belangstelling omdat ik mijn vooroordelen niet zo snel wil opgeven en in de Argentijnse Aanval Pb1 bijna altijd beter is dan Pa4.