donderdag 20 februari 2020

15. Ronald "Ronny" Weemaes

15. Ronald "Ronny" Weemaes

 (31 augustus 1955, België – 2 augustus 2018, Kruibeke)


Ronny Weemaes was één van de beste Belgen van midden jaren 70 tot circa 2010. Hij was een natuurtalent – het schaken “zat” in hem, en als junior was hij al Belgische top: in 1969 werd hij NK bij de kadetten in Bredene. Hij won daarna nog de volgende nationale kampioenstitels: kampioen bij de scholieren in Sint-Niklaas 1971, bij de juniors in Menen 1972, bij de juniors snelschaken van 1975. Bij de senioren won hij tussen 1974 en 1983 alle zes NK’s blitz die in die periode werden georganiseerd. Nationaal kampioen in Oostende 1977 en in Sint-Niklaas 1981 (ex-aequo met Meulders).

Daarnaast was hij ook éénmaal NK probleemoplossen en tweemaal NK doorgeefschaak met Eddy Vanderbeken. Vooral die laatste twee titels zorgen ervoor dat zijn repertoire qua “volledigheid” moeilijk geëvenaard zal worden.

Zijn IM-titel behaalde hij dankzij normen in drie zware tornooien: in Dubai 1986, het open tornooi van Luik in 1987, en Thessaloniki 1988, waar hij brons haalde op het vierde bord (+6, =2, -1). Hij speelde zeven olympiades mee tussen 1982 en 1996 en behaalde een goede +24, =27, -13 of 58,6%. In 1982 en 1984 had hij bord 1 en zelfs op dat zware bord behaalde hij telkens circa 55%. Zelf was hij ook trots op zijn prestatie in Moskou 1994, waar hij 50% scoorde tegen grootmeesters, waaronder een remise tegen Jonathan Speelman, die in die periode dicht tegen de wereldtop aan zat.

In 1982 speelde hij met de KGSRL mee in het EK Teams en behaalde ook daar een plusscore (2,5/4), maar het team werd uitgeschakeld in de achtste finales door Sporting Lissabon. Met de KGSRL zou hij zes keer interclubkampioen worden. Hij was trouwens de tweede winnaar van het open tornooi van Gent in 1979 (85 deelnemers). Daarnaast won hij de open tornooien van Rennes, Bethune en Leuven. Ook boekte hij een hele lijst aan ereplaatsen in andere open tornooien: Badalona, Biel, Le Touquet, Bar-Le-Duc, Val Thorens, Avoine, Sas Van Gent en de open van Gent zelf natuurlijk.
Buiten de landsgrenzen werd hij nog eens kampioen van Rotterdam snelschaken en vice-kampioen van Nederland. In Frankrijk lukte hem deze stunt eveneens, door tweede te eindigen in een open NK blitz.

Nog in 1993, 2006, 2008 en 2009 veroverde hij de beker in Deurne; in 2003 was hij verliezend finalist tegen Daniël Sadkwoski. Een overzicht van zijn schaakloopbaan gaf hij op zijn eigen website.
Hij werkte bij General Motors, maar een actieve pensioencarrière als schaker zat er niet in; zijn oude vader wou hem dichtbij hebben en hijzelf had toch niets meer te bewijzen. Jammer genoeg kon hij ook van dit leven niet te lang genieten: begin 2011 kreeg hij een zware hersenbloeding, waarna hij zes weken in coma lag. Daarna had hij veel van zijn fysieke en mentale mogelijkheden verloren en was zijn schaakcarrière, maar ook zijn sociale leven voorgoed voorbij. Zijn laatste jaren bracht hij door in het woonzorg-centrum Wissekerke in Kruibeke, waar hij in de zomer van 2018 overleed.



Bronnen:
·       http://www.swa-hoymans.be/Schaakclub/historiek.htm# Opel Belgium Schaakclub: onder historiek staan enkele biografische schetsen uit Ronny’s schaakleven (de site is tevens bron van de foto’s)

HK5000

dinsdag 11 februari 2020

De expert deel 3

In 2013 schreef ik al op deze blog dat het Hollands een dubieuze opening is omdat wit een heel ruime keuze heeft aan mogelijkheden om zwart het vuur aan de schenen te leggen zie een hollands gambietje deel 2. Ik bedoelde hiermee niet dat de opening theoretisch weerlegd is. Wit heeft enkel veel meer opties t.o.v. meer solide openingen om zwart serieus te testen waardoor de zwartspeler extra veel erg verschillende type stellingen moet studeren.

Echter vorige maand schreef Sim Maerevoet in ideeën deel 2 dat er meerdere systemen zijn tegen het Hollands die voordeel geven dus de opening echt wel weerleggen. Het is enkel een kwestie van studie om zwart in verlegenheid te kunnen brengen. Spijtig genoeg ben ik steeds meer overtuigd dat Sim gelijk heeft. De laatste maanden heb ik bijna niets anders gedaan dan gaten te repareren in het Hollands. Vooral sedert ik begonnen ben met het analyseren met de nieuwe engine lc0 zijn tal van nieuwe hardnekkige problemen opgedoken in het Hollands. Lc0 maakt voortdurend brandhout van mijn oude analyses die varianten als speelbaar beschouwden.

Het lijkt mij een kwestie van tijd dat ik de pijp aan maarten zal geven. Trouwens ondanks Sim vertelde dat hij nog niet Lc0 gebruikt, hoorde ik wel al dat vele andere sterke schakers op de trein zijn gesprongen. Computers worden autonoom is recent duidelijk in een hogere snelheid geraakt. Bij het Hollands staat dus het water aan de lippen. Andere openingen zijn er al erger aan toe en zijn ondertussen kopje onder gegaan. In de vorige interclubronde kloeg de Belgische FM Frederic Verduyn over het bankrupt van het schaken door de computers. Ik wil niet doemdenken maar we zullen moeten aanpassen of (veel) elo verliezen.

Dit kan betekenen andere openingen spelen maar ook simpel tornooien kiezen waarbij je voorbereidingen veel minder hoeft te vrezen. Bovendien merk ik op dat steeds vaker tornooien met standaardschaak kiezen om het aantal speeldagen te beperken en dus meerdere partijen per dag te laten spelen. De tijd die je krijgt om iets voor te bereiden wordt hierdoor tot een minimum gereduceerd. Zo werden de paringen van de beslissende laatste ronde van Open Leuven 2019 minder dan een half uur vooraf aangekondigd waardoor van een serieuze voorbereiding helemaal geen sprake was.

Dit aspect komt nog veel meer tot uiting in rapid of blitz-tornooien. Op een enkeling na bereidt niemand zich specifiek voor op een speler. Daar is het dus veel makkelijker om weg te komen met een dubieuze opening. Sim antwoordde mij laatst dat een voordeel van het Hollands is dat het makkelijk speelt voor zwart maar daar ben ik het helemaal niet eens mee. Ik heb in de eerste jaren met het Hollands meerdere miniatuurtjes (minder dan 20 zetten) verloren met zwart. Echter na 25 jaar onafgebroken Hollands spelen heb je natuurlijk een enorme berg ervaring opgebouwd. Dit viel mij ook op de voorbije 2 jaren in de rapidtornooien die ik meespeelde. In die tornooien speelde ik uitsluitend het Hollands als ik de kans kreeg. Ik verloor er slechts 1 keer mee en won er talloze partijen mee o.a. zelfs van IM Tom Piceu, FM Sim Maerevoet, FM Warre De Waele, FM Sterre Dauw (mijn leerling is me zonet op de fide-elolijst voorbij gegaan)....

In deel 1 en deel 2 toonde ik aan dat het vandaag praktisch onmogelijk is geworden om te wedijveren met voorbereidingen van spelers als je enkel specialiseert in 1 opening. In dit artikel wil ik eens de andere kant tonen en dat een openingsexpert zijn soms voordelen oplevert tot ver in het middenspel/ eindspel. De pionstructuur speelt hierbij een grote rol maar ook het kennen van bepaalde stukken-maneuvers is erg nuttig zoals Sim al in zijn meest recente artikel opmerkte. Onderstaande koningsaanval tegen de Draak is wellicht 1 van de meest bekende opening/middenspel-thema's maar toch kom je soms nog spelers tegen die elke ervaring missen.
Na de partij vond ik in de database terug dat exact dezelfde partij nog minstens 2 keer gespeeld werd. 

Aan de tegenovergestelde kant van bekende thema's is wellicht onderstaand voorbeeld dat ik ontdekte tijdens het analyseren van mijn partij tegen Jan Rogiers en die ik integraal al publiceerde op deze blog zie the hyper modern french.
In het rapidtornooi van Gent (24 november 2019) miste ik de kans niet om hetzelfde uiterst merkwaardig thema uit te voeren in een partij tegen Robert Decruyenaere. We spelen dezelfde opening maar een iets andere variant. Echter het thema komt zo laat in de partij en de posities zijn zo verschillend dat ik mij afvraag of het puur toeval is. Ik vermoed daarom dat het thema al ook met totaal andere openingen is voorgekomen. De lezers kunnen het in een reactie vertellen.
Ervaring in openingen bestaat dus in diverse vormen. Ik overdrijf zeker niet dat je na +25 jaar Hollands spelen veel meer weet dan enkel de openingszetjes in het Hollands. Net daarom vind ik het dan ook zo lastig om het Hollands over boord te gooien. Ik schreef eerder in dit artikel dat het een kwestie van tijd is maar na +25 jaar heb ik geen haast. Onze nationale jeugdleider Arben Dardha vertelt in een recent interview over zijn zoon Daniel dat tijd kostbaar is. De tijd tikt inderdaad heel snel voor onze jeugd en eenmaal ze volwassen zijn, wordt het veel moeilijker om nog grote sprongen voorwaarts te maken. Dit is voor mij als 43 jarige natuurlijk veel minder of helemaal niet van tel. Er zijn nog een aantal varianten in het Hollands die ik wens nader te bestuderen en pas daarna zal ik in het reine zijn om het dikke boek te sluiten.

Brabo

dinsdag 4 februari 2020

Vakantie deel 6

Als je enkele leuke kampen wilt versieren voor je kinderen deze zomer moet je er niet alleen erg vroeg bij zijn maar moet je ook nog heel snel zijn. Elk jaar kom je dezelfde titels tegen : zomerkamp boeken bijna net zo moeilijk als ticket voor tomorrowland dit is wat je moet weten voor stormloop dit weekend en al 3 op 4 kampen van kazou volzet. Dit zijn artikels die gepubliceerd werden begin januari.

Omdat we vorige jaren nooit zo vroeg onze vakantie planden, werden onze kinderen dan ook telkens in het verleden verplicht om een keuze te maken uit het resterende minder interessante aanbod van kampen. Kleine kinderen maken daar niet echt een probleem van maar kleine kinderen blijven niet klein. Nu ze tieners zijn, eisen ze terecht meer inspraak op de invulling van hun vrije tijd. Begin januari gaf ik hen dan ook de boodschap om niet te wachten met het maken van plannen voor deze zomer. Je moet nu al zoeken en informatie verzamelen.

Mijn zoon Hugo had onmiddellijk de knoop doorgehakt. Hij wou de grote vakantie alleen maar schaken. De laatste tijd heeft niet het coronavirus maar wel de schaakmicrobe hem opnieuw zo te pakken dat hij zelfs thuis herbegonnen is met te werken aan schaken. Hij had al eerder mij gezegd dat hij wou snel sterker worden als schaker maar tot voor kort dacht ik dat het bij loze woorden zou blijven. Echter op 1 januari besliste hij zelfstandig om dagelijks puzzels op chess.com te gaan oplossen en dat houdt hij ondertussen nog steeds vol. Daarnaast begon hij ook online te experimenteren met allerlei openingen. 2 weken geleden stelde hij plots ook voor om onze handicapwedstrijden te hervatten. In 2018 waren we gestopt bij 18 minuten tegen 1 minuut+15 seconden maar ik ondervond al snel dat dit niet meer werkte. Slechts bij de veel kleinere handicap van 10 tegen 2 minuten werd het opnieuw spannend. Zijn recente sprong naar +1700 elo was geen toeval en onze recente partijtjes doen vermoeden dat de rek er nog lang niet uit is.

Het is natuurlijk geweldig om te zien dat je eigen zoon vrijwillig kiest om dezelfde passie na te jagen. Het spreekt voor zich dat ik mezelf hiervoor graag wegcijfer maar ik bots hierbij spijtig tegen limieten. Ik had het nooit verwacht maar recent heb ik al enkele keren zijn uitnodigingen om thuis tegen hem te schaken geweigerd omdat ik ook andere taken heb zoals eten maken, boodschappen doen,... Ook voor deze zomer heb ik hem al duidelijk gemaakt dat ik niet in staat ben hem de hele zomer te laten deelnemen in schaaktornooien of schaakkampen.

Onbetaald verlof nemen is geen optie zeker in het huidige klimaat van werkonzekerheid en met schaken kan ik niet de rekeningen betalen. Hugo is zonet 11 jaar geworden en dat vind ik nog veel te jong om hem al belangrijke verantwoordelijkheid voor zichzelf te laten opnemen. Trouwens ik ben hierbij ook kieskeurig als het gaat om andere volwassenen te vertrouwen. Dit is geen overbodige luxe want schakers zijn vaak niet de meest sociale mensen. Zo kreeg ik vorig jaar net voor de start van een interclubronde een telefoontje dat er geen vervoer terug was voorzien voor mijn kinderen. Kan je inbeelden hoe ik mij voelde om te horen dat mijn kinderen van 10 en 12 jaar aan hun lot zouden worden overgelaten na een uitwedstrijd terwijl ik net zou beginnen te spelen meer dan 100 km verder? Je moet dan ook weten dat mijn echtgenote niet met de auto rijdt en openbaar vervoer op zondag bijzonder slecht is.

Ik ben overtuigd dat veel spelen cruciaal is voor de ontwikkeling zie o.a. hoeveel partijen moet ik spelen maar dat zal voorlopig onder strikte voorwaarden gebeuren. Dus als compromis vind ik Hugo de helft van de grote vakantie te laten schaken al een heel mooie uitdaging. Ook op vsf-bestuursniveau heeft men ondertussen begrepen dat veel spelen gestimuleerd moet worden. De participatie-reward is hierbij een leuk initiatief alhoewel het natuurlijk onmogelijk de gemaakte kosten recupereert.

Daarom ook dat ik meen dat dit geen spelers gemotiveerd heeft om extra tornooien te doen spelen. Voor 100 euro zal geen enkele ouder bereid zijn om meer tornooien te begeleiden. Dit betekent niet dat er geen groep jeugdspelers was die het afgelopen jaar een echte tour van tornooien hebben gespeeld. Nee zo beslisten een aantal tieners om er gewoon zonder ouders op uit te trekken. Ouders waren blij dat ze hun vrijheid hadden herwonnen. Tieners waren blij dat ze eindelijk konden doen wat ze zelf willen.  Ik zag dat ze geweldig veel fun hadden op de tornooien (getuige de plotse rage van de gekleurde kapsels).  Schaken met vrienden heb ik al eerder aangehaald als een succesformule.

Echter op sommige momenten moet plezier ook plaatsmaken voor verantwoordelijkheid en dat ging niet altijd van een leien dakje. Ik zag en hoorde dan ook meerdere schandaaltjes het voorbije jaar. Tijdens de meest recente open van Le Touquet maakten het sommigen zelfs zo bont dat we achteraf ons luidop de vraag stelden of dit misschien de reden was waarom voor volgend jaar de organisatie beslist had om het tornooi te laten doorgaan buiten de herfstvakantie. De Franse arbiters kregen het geweldig op hun heupen van het gekonkelfoes met elkaar tijdens de wedstrijden. Daarnaast leek het of vuilbakken onbekend zijn in België voor onze tieners.

Tijdens Open van Leuven sprak ik met enkele buitenlanders en ook zij waren hoogst verwonderd over hoe onze jeugd zich gedroeg tijdens het tornooi. Hun tieners worden altijd begeleid door hun ouders. Op hun tornooien zelfs met veel jeugdspelers is het steeds muisstil. Iedereen bereidt zich  voor op de wedstrijden en neemt zijn partijen 100% serieus. Kortom ik denk dat we best eens aandacht in de schaakles mogen schenken aan niet alleen het schaaktechnische maar ook aan normen en waarden.

Ja dit is typische praat voor iemand die een oude zak aan het worden is. Ik ben zeker aan het overdrijven want het is nog nooit zo goed gegaan met onze jeugd. Wel dan stel ik voor dat je eens het nieuwe huisreglement van het aankomende bjk leest op de officiële site van het bycoo. Ik heb daar niets mee te maken dus het werd volledig onafhankelijk geschreven. Trouwens ik vind het reglement zo absurd, grappig en tezelfdertijd droevig dat ik het integraal publiceer:

Houdhoudelijk reglement

versie: 15 december 2019
EEN SCHAKER DRAAGT ZELF ZIJN VERANTWOORDELIJKHEID!
  1. Dit reglement is van toepassing op het Belgisch Jeugdkampioenschap Schaken.
  2. In het algemeen geldt dat iedere speler – zoals in een schaakpartij – zelf verantwoordelijk is voor zijn handelingen; ingeval van een minderjarige is/zijn de ouders of zijn wettelijke vertegenwoordiger te allen tijde verantwoordelijk; zij dragen elke burgerlijke verantwoordelijkheid.
  3. Indien de ouders of wettelijke vertegenwoordiger die verantwoordelijkheid willen overdragen/delen aan een begeleider (van een club) betreft dit een overeenkomst tussen deze.
  4. Zoals het in een echte schaaktraditie past, wordt in geen enkel geval enige verantwoordelijkheid afgewenteld; zij wordt zeker niet overgedragen aan de organisator of één van diens vrijwilligers.
  5. Er wordt niet aanvaard dat een minderjarige zonder ouder, wettelijke vertegenwoordiger of begeleider aanwezig is of verblijft.
  6. De ouder(s), wettelijke vertegenwoordiger die in strijd met het bovenvermelde onder 5, de minderjarige achterlaat op dit kampioenschap, blijft verantwoordelijk.
  7. Er wordt door de organisatoren op voorhand te kennen gegeven dat er door hen op geen enkele manier toezicht uitgeoefend wordt op de minderjarigen uitgezonderd tijdens de duur van de effectief gespeelde schaakpartijen en nevenactiviteiten.
  8. Iedere ouder of wettelijke vertegenwoordiger wordt aangeraden duidelijke afspraken te maken met de (club)begeleider van het kind, indien hij/zij zelf niet aanwezig blijft om toezicht uit te oefenen op het kind.
  9. Verblijf: elke speler en zijn ouder(s), wettelijke vertegenwoordiger of begeleider is verantwoordelijk voor het logement; hij zal dit in goede staat onderhouden, zal zorg dragen voor de verblijfsaccommodatie en zal elke schade vergoeden die de verhuurder claimt, zonder daarin de organisatoren op welke manier dan ook te betrekken.
  10. Hetzelfde geldt voor de andere dan slaaplokalen, waaronder recreatieruimten, speellokalen, toernooizalen, enz...
  11. De begeleider van een speler wordt geacht actief het betrokken kind te begeleiden en preventief op te treden teneinde elk mogelijk schadegeval te vermijden; hij zal al het mogelijke doen om het kind nauwgezet te volgen en toezicht uit te oefenen.
De eerste keer dat ik de 11 puntjes had gelezen, viel ik bijna van mijn stoel. 11 punten die allemaal eigenlijk hetzelfde zeggen van hou je manieren. Komaan je klinkt echt wel wanhopig als organisator wanneer je zegt dat je verantwoordelijk bent als ouder/wettelijke vertegenwoordiger ook als je er niet bent terwijl er ook geëist wordt dat je er net wel altijd bent. Dat laat verstaan dat het vorig jaar totaal niet meer onder controle was en er ook dit jaar weer gevreesd wordt voor nieuwe schandalen.

Het zou uiteraard spijtig zijn dat we worden verdreven uit de toplokatie die we vandaag mogen gebruiken voor het bjk. Echter ik denk niet dat je met een goed verborgen huisreglement kunt garanderen dat het deze keer wel allemaal goed zal verlopen. In de eerste plaats moeten de ouders realiseren dat tieners over het algemeen nog onverantwoordelijk zijn om hen al alleen te laten meerdere dagen op verplaatsing. Ik heb makkelijk praten omdat ik zelf schaak en dus het begeleiden bijna automatisch gebeurt maar je kan nu eenmaal niet de verantwoordelijkheid doorschuiven aan een kind. Arbiters/ organisatoren spelen ook beter veel korter op de bal wanneer er wantoestanden ontstaan want anders worden de problemen alleen maar groter. Het is geen reclame voor een tornooi zoals op Open Brasschaat wanneer verantwoordelijke ouders eerst moeten klacht indienen vooraleer een arbiter gaat optreden.

Brabo