woensdag 1 juli 2020

Vakantie deel 7

In de prive krijg je bij een voltijdse job in België 4 weken vakantie die je zelf min of meer kunt kiezen. Dat kan je soms nog aanvullen wanneer je werkgever toelaat om extra presteerde uren te recupereren maar het blijft heel mager. Begin dit jaar twijfelde ik dan ook om mee te spelen in Cappelle La Grande. Ik had al enkele dagen verlof genomen net na nieuwjaar dus nog eens 5 dagen minder zou betekenen dat ik spaarzaam zou moeten zijn in de rest van het jaar.

Vandaag ben ik uiteraard blij dat ik toch meegespeeld heb want sinds de start van de coronacrisis heb ik niet meer geschaakt buitenhuis en ook geen verlof meer genomen. Het bewijst nog maar eens dat je best niet te vaak leuke dingen uitstelt. Je weet nooit wat de toekomst brengt en wat je al gehad hebt, kunnen ze alvast nooit meer afpakken. In elk geval zal ik niet wachten tot mijn pensioen om te kunnen schaken zoals ik sommigen wel zie doen. Dan is de kans wel heel reëel dat het met de steeds stijgende minimum-pensioenleeftijd er nooit meer van komt.

Dus eind februari speelde ik voor het eerst in 15 jaar nog eens een tornooi mee in het buitenland. In 2005 ging ik voor het laatst mee met enkele Deurnse vrienden naar het tornooi met de unieke plaatsnaam Condom (Frankrijk). Het jaar daarna trouwde ik. Met de komst van de kinderen Evelien en Hugo werd die buitenlandse-rustpauze verlengd dus tot recent. 
Kleine kinderen worden groot en bovendien heb ik het geluk dat ze allebei ook graag schaken. Vorig jaar speelden we voor het eerst samen in België een open tornooi : zie mijn artikel uit schaken met het gezin. Dit jaar gaan we een stap verder met het buitenland. Het is trouwens de bedoeling om vanaf nu enkel nog te spelen samen met de kinderen. Dit levert niet alleen gigantische tijdswinst op voor mezelf maar het is ook gewoon veel plezanter samen. 
De kinderen zijn ondertussen voldoende zelfstandig om hun plan te kunnen trekken wanneer mijn partijen soms vele uren langer duren. Bovendien zorgde de organisatie voor enkele pingpongtafels waardoor de kinderen na hun partij ook heel veel plezier konden maken. Hugo had weinig moeite om nieuwe Franse vriendjes te maken zie sfeerfoto hierboven.

Ook hadden we op voorhand een afspraak gemaakt met de Belgische familie Smolders (3 jonge broers die schaken) en die net zoals wij in de Panne (half uurtje rijden) een logement hadden. De kinderen die vroeg klaar waren met hun partij zouden door mama Smolders al worden naar huis gebracht. De kinderen die laat met hun partij klaar waren, gingen met mij mee.

Een win/win want zo konden de jongsten op tijd naar bed en kon ik zorgeloos voluit mijn eigen partijen spelen. Op 1 uitzondering na tegen de Belgische IM Francois Godart (25 zetten) speelde ik elke partij tot op het bot. Zelfs in de laatste ronde tegen de Franse grootmeester Adrien Demuth weigerde ik remise o.a. omdat ik nog geen afscheid wou nemen. Ik had de internationale schaakscene duidelijk gemist in de voorbije 15 jaar.

Zelf verwachtte ik niets op voorhand van het tornooi. De Belgische interclub verliep voor mij desastreus dit jaar waarbij ik afklokte met 2,5/9 en ondertussen was mijn fide-elo gezakt op het laagste niveau sinds 18 jaar. Echter 1 aspect gaf mij stiekem toch hoop want deze keer zou niemand (behalve de meegereisde Belgen uiteraard) mij kennen. Ik heb een vrij sterk vermoeden dat ik mezelf bijzonder kwetsbaar gemaakt heb in België door zo vrijuit informatie over mezelf te delen op mijn schaakblog. 

Toeval of niet, feit is dat ik in tegenstelling met bijvoorbeeld Brasschaat vorig jaar eindelijk nog eens kon tonen dat ik het schaken niet verleerd was. Hierbij mag ik zeker niet niet vergeten mijn echtegenote te bedanken voor haar steun tijdens het tornooi. Op dag 3 hoorde ik van een Belgische FM dat hij nog steeds geen ontbijt had gekregen omdat niemand in zijn vriendengroep ervoor gezorgd had. Dan ben ik niet verwonderd dat de resultaten van sommige Belgen op zijn zachtst gezegd niet fantastisch waren. Ontbijt, lunch of avondeten stond niet alleen telkens klaar voor mij maar was ook een feest. Mijn echtgenote maakte het zelfs iets te gezellig door een fles wijn mee te brengen die ik met lichte tegenzin opzij zette om pas na het tornooi te kraken. Op mijn leeftijd is het heel waarschijnlijk dat alcohol een negatieve invloed heeft op mijn schaakspel.

Dus ik geloof dat persoonlijke resultaten makkelijk een paar honderd punten kunnen schommelen door de randvoorwaarden. Jezelf goed omringen tijdens een tornooi lijkt mij dus zeker een aanrader. In het verleden ging ik geregeld mee met mijn Deurnse vrienden naar buitenlandse tornooien maar pas vandaag besef ik ten volle de waarde hiervan zie deze memorabele fotoalbums. Ook tijdens Cappelle La Grande liep alles op wieltjes voor mij. Ik moest mij evenmin bezig houden met de kinderen waardoor ik tijd had om mijn partijen goed voor te bereiden. Ik had ook alle materiaal mee hiervoor zoals chess position trainer, de laatste updates van ultracorr x, mijn meest recente gespeelde online blitzpartijtjes, ....

Dit laatste kwam bijvoorbeeld heel goed van pas in de voorbereiding op de Bulgaarse grootmeester Radoslav Dimitrov. Tijdens de voorbereiding had ik gezien dat hij in ongeveer 1 op 40 partijen 1.b3 speelde. Daarop antwoord ik standaard met 1...f5. Echter na 2.Lb2 Pf6 krijg ik de laatste jaren online heel vaak 3.Lxf6 tegen en sommigen zien dit als een soort weerlegging. Je kan het vergelijken met 2 andere bekende systemen waarmee ik ervaring heb in het Hollands: 1.d4 f5 2.Lg5 Pf6 3.Lxf6 en 1.d4 f5 2.Pc3 Pf6 3.Lg5 d5 4.Lxf6. De eerste is niet goed voor zwart terwijl de tweede ok is. Het verschil zit hem in het feit dat wit onmiddellijk c4 kan spelen. Nu met 1.b3 heeft wit dus ook een onmiddellijk c4 maar daarentegen is b3 ook een kleine verzwakking en moet wit ook nog een extra tempo aan d4 spenderen. M.a.w. het is bijlange niet zo duidelijk dat het inderdaad een weerlegging is. Uiteindelijk door de openingslijnen van al mijn verloren online blitzpartijtjes te bekijken met een engine was ik zelfs in staat om de lijn te rehabiliteren. Mijn tegenstander was duidelijk verrast dat ik zo snel en accuraat zijn opening kon neutraliseren o.a. met een topnieuwtje 6... Df7!
Dan denk je wellicht dat ik geluk had dat ik net op die 1 op 40 openingen mezelf had voorbereid maar dan denk je verkeerd. Ik was wel degelijk ook voorbereid op de 39 andere mogelijkheden met vaak allerlei nieuwtjes ontdekt en uitgewerkt met de computer. Op mijn artikel de sterktelijst deel 2 kreeg ik kritiek dat ik te veel hamer op de voorbereiding. Ik heb toen gereageerd dat ik in een later artikel zou aantonen dat we het belang van een voorbereiding niet mogen onderschatten. Wel mijn partij tegen Radoslav is bewijs 1. Bewijs 2 had ik al gegeven in mijn artikel schaakidolen waarin ik aantoonde dat ik 18 zetten voorbereiding op het bord kreeg tegen de Franse grootmeester Adrien Demuth dankzij een doorgedreven voorbereiding van vele uren tot middernacht (opnieuw dus door ook alle andere openingen in zijn repertoire volgens de megadatabase bestudeerd te hebben). Echter daar houdt het nog niet bij op want onderstaande partij is bewijs nummer 3. In die partij is mijn tegenstander de internationaal meester Michael Wiedenkeller die zowel Zweeds als Luxemburgs kampioen is geweest. Ook hij werd verrast met een staaltje van mijn voorbereiding. Zelf had ik het systeem nog nooit eerder gespeeld zelfs niet in blitz. Daarentegen kan je van Michael 2 partijen terugvinden in de database met het systeem waarvan de meest recente al dateert van 2010 dus 10 jaar geleden. Desalniettemin lag ik al snel 40 minuten voor op de klok tijdens de partij.
De grote tijdshandicap heeft zeer waarschijnlijk mijn tegenstander een half punt gekost. Dit is op zich minstens even belangrijk dan de objectieve evaluatie van een stelling. Ik zou nog verder kunnen gaan met o.a. mijn partij uit de 4de ronde tegen Francois Godart waarin opnieuw de voorbereiding een sleutelrol speelde maar ik geloof dat ik mijn stelling voldoende heb bewezen (ik wil die partij ook nog reserveren voor een later blogartikel). Ik ben dus absoluut zeker dat je met een voorbereiding het verschil kunt maken. Natuurlijk kan je jezelf afvragen of leute maken niet veel belangrijker is dan een of meerdere extra halve punten te scoren. In het verleden hebben mij meermaals amateurs (waaronder zelfs FMs) verteld dat ze zulke inspanningen nooit zouden willen doen voor het schaken omdat je er toch geen geld mee kunt verdienen.

In die zin kan ik nooit weerleggen dat ik te veel hamer op de voorbereiding. Ik zal sommigen ook nooit kunnen overtuigen dat mijn eigen partijen goed voorbereiden voor mij net een belangrijk deel is van mijn plezierbeleving in het schaken. Ik ben dan ook gelukkig niet de gemiddelde schaker.

Brabo

1 opmerking:

  1. Als CORR speler heb ik veel bijgeleerd zeker over de software maar voorbereiding is ook bij ons heelbelangrijk je bent een voorbeeld voor de nieuwe opkomende spelers die er alle baat bij hebben om je blog te volgen dank Helmut om je kennis te delen je bent een voorbeeld voor vele...

    BeantwoordenVerwijderen