donderdag 9 april 2020

Het geheugen deel 2

De handicaps die ik mezelf aansmeer in de opening door te weinig te variëren en een ondermaats openingsepertoire, heb ik altijd proberen te compenseren met de partijvoorbereiding. Op deze blog heb ik talloze voorbeelden gegeven over hoe ik mezelf allerlei nieuwe technieken heb aangeleerd om de partijvoorbereiding tot een ultiem wapen te smeden. Ik vermoed zelfs dat ik hierin vaak verder sta dan menig professionele schaker. Het is een discipline die gebaseerd is op een goede organisatie, hard werken en een eeuwige nieuwsgierigheid naar vernieuwingen. Kortom het is niet iets waar de meeste schakers zin in hebben en wellicht is dit dan ook de hoofdreden waarom mijn partijvoorbereidingen verkeerdelijk werden geïnterpreteerd als een uitgebreide of zelfs absolute openingskennis.

Niet verwonderlijk merk ik dan ook op dat in 90% van mijn 124 partijen waarbij de tegenstander op de hoogte is van mijn legendarische partijvoorbereidingen, de tegenstander beslist om als eerste af te wijken van zijn eerder gespeelde partijen enkel en alleen maar om mijn voorbereiding te vermijden. Dus het aantal partijen zoals in mijn artikel curieuzeneuzemosterdpot deel 2 is bijzonder schaars. Spijtig zoals ik al zei in een reactie op mijn artikel verrassingen deel 3 want partijen zouden theoretisch veel interessanter worden wanneer beide partijen zich op hetzelfde zouden kunnen voorbereiden. Ik herinner mij de anekdote dat 2 spelers uit het Brugse op voorhand afspraken om 1 bepaalde opening te spelen maar dit is de uitzondering op de regel. Voor de meeste schakers moet het gevecht op het bord gebeuren en is men helemaal niet geïnteresseerd in academische evaluaties van een opening.

De vraag is natuurlijk dan in hoeverre mijn tegenstanders zichzelf een handicap geven door iets te spelen waarmee ze nog geen ervaring hebben. Wel o.a. in mijn artikel de expert toonde ik aan dat een partijvoorbereiding bijna altijd baas is over een expert. Desalniettemin als ik mijn eigen partijen bekijk dan stel ik vast zelfs als men op de hoogte is van mijn blog/ reputatie dat 40% nog steeds niet de moeite doet om iets voor te bereiden. Ja soms is er heel weinig tijd maar meestal is het desinteresse. Het bewijst nogmaals mijn stelling dat veel schakers grote luieriken zijn of misschien ben ik hier te streng en is schaken voor hen slechts een spelletje. 

Echter dat betekent ook dat 60% van mijn tegenstanders die mijn reputatie kennen wel thuis eerst eens kijken naar hoe ze mij het best kunnen verrassen. Dit zijn voor mij de echt moeilijke partijen. Zelfs als ik de opening zonder kleerscheuren overleef dan zit ik vaak nog met een stevige tijdsachterstand opgezadeld. Dit overkwam mij meerdere keren dit seizoen. Bovendien merk ik recent dat ik steeds meer problemen krijg met het herinneren van mijn analyses. Dat ik een oude partijvoorbereiding niet kan herinneren is jammer maar aanvaardbaar als je slechts enkele minuten er eens aan gespendeerd heb. Pijnlijker vind ik wanneer ik vele uren analyse in een opening heb gestoken om dan net die te vergeten in een bordpartij. Het voorbije jaar alleen al gebeurde het 8 keer en daarbij zaten zelfs 3 opeenvolgende partijen bij. De eerste stelling kwam al aan bod in mijn artikel verrassingen deel 3. Eind 2018 had ik de opening grondig bestudeerd maar tijdens de partij kon ik mij een cruciaal detail niet meer herinneren.
De volgende partij werd gespeeld in het clubkampioenschap van Deurne tegen Marcel Van Herck. Marcel bereidt zich normaal niet voor maar voor mij maakt hij graag een uitzondering alhoewel ik vrij zeker ben dat het minder dan een uurtje betreft. In elk geval zorgt hij er steeds voor dat ik niet mijn voorbereiding kan gebruiken maar deze keer had ik hem bijna toch te pakken. De sub-variant zat in mijn voorbereiding maar niet de sub van de sub-variant. Spijtig want ik had het nochtans enkele maanden eerder goed bestudeerd met een computer maar weeral kon ik het mij niet meer herinneren.
De week daarna was het weer prijs met mijn lekkend geheugen. Ik ben al 2 decennia bevriend met de Belgische FM Marc Lacrosse dus Marc weet dat hij best mij niet te lang in de voorbereiding laat spelen. In onze recentste partij gespeeld in de Nederlandse interclub kiest hij daarom om aan het bord iets speciaals te spelen. Groot was zijn verbazing toen ik achteraf hem vertelde dat ik het nog bestudeerd had maar de analyses deels kon reproduceren.
Het probleem is natuurlijk dat ik de analyses maak maar ik die niet achteraf regelmatig herhaal en dus vergeet. Voorlopig zie ik ook niet goed hoe dit kan worden opgelost. Chess Position Trainer ben ik recent vaker beginnen gebruiken maar met dit programma zit ik aan de limiet. Om een goed rendement te verkrijgen met CPT moet je een goed evenwicht behouden van complexiteit en tijd om te trainen. Daarnaast is het zaak om ervoor te zorgen dat de varianten actueel zijn en correct geëvalueerd. Onderstaand screenshot toont de huidige stand van mijn wit repertoire (ongeveer 2600 posities) dus dat is al een flinke boterham voor een amateurschaker.
De varianten die ik vergat in de 3 stellingen van het artikel zijn erg zeldzaam: met de 1ste geen enkele partij in de megadatbase, de 2de slechts 3 partijen in de megadatabase, de 3de opnieuw geen enkel partij in de megadatabase. Het geeft aan hoe grondig mijn openingsanalyses tegenwoordig zijn maar tezelfdertijd dat die analyses voor een amateurschaker niet meer te onthouden zijn. Die massa varianten inbrengen in CPT zou zelfs contraproductief zijn om de basis nog te kunnen onderhouden. Zelfs als ik weet dat mijn tegenstander een bepaalde variant zal spelen die ik grondig geanalyseerd heb, is het al niet evident om alles in te studeren. Mijn geheugen is niet slecht maar ik moet er mij bij neerleggen dat ik steeds vaker zal dingen vergeten als ik nog meer analyses zal maken. Dit is echter voor mij geen reden om ermee te stoppen want ik beleef ook nog steeds veel plezier aan het analyseren.

Brabo

Geen opmerkingen:

Een reactie posten