(°28 september 1969, Moskou)
Vladimir Chuchelov: tot
1994 voor Rusland, daarna België
Vladimir Chuchelov, geboren in de grootstad Moskou, is tot circa 1994 blijven uitkomen voor Rusland, maar maakte toen de switch naar België. Met de muur die vijf jaar eerder gevallen was en het feit dat hij geen absolute topper was, was het voor hem gunstiger om te verhuizen naar een Westers land – en dat werd België.
Voor zijn emigratie was hij al internationaal actief: hij won als jongeman, met net iets meer dan 2300 elo, het HSK tornooi van Hamburg in 1991, en haalt daarop 9/9 in het scheveningen trainingstornooi tegen een Duitse selectie. In 1991 wordt hij trainer van de club Rochade Eupen, en dankzij gulle sponsoren en zijn inbreng, is de club tot op heden één van de sterkste van het land. Chuchelov won er talrijke interclubtitels mee, maar was ook actief in interclub in het buitenland. In Duitsland speelde hij even voor Hamburg, maar vooral voor Katernberg; in Nederland speelde hij bij Bussum, en vanaf 2001 tot 2006 voor Breda; daarna voor HSG. In Nederland werd hij acht keer kampioen tussen 2002 en 2011. In Frankrijk dan speelde hij enkele jaren bij Mulhouse Philidor en daarna voor Evry Grand Roque.
Terug naar het begin: hij zwerft van de ene open naar de andere. Zo wint hij het open NK van Nederland in 1992 (gedeeld met Cifuentes). Rapidtornooien liggen hem bijzonder goed, en in enkele daarvan scoort hij prima, bv de Buehl rapid in 1992. De Wurzburg open in 1992 wint hij net niet: tweede op een half punt achter oude rot Uhlmann, maar in de kleine Dresden open die daarop volgt, deelt hij wel de lauwerkrans met Uhlmann – ze laten een behoorllijk lokaal veld achter zich. Daarna wint hij het tornooi van Gifhorn (20 km ten oosten van Hannover), voor spelers als Baburin en Chabanon. In 1993 wint hij de open van Hoei – gedeeld met Pascal Vandevoort.
In het voorjaar van 1994 – hij is dan net boven 2500 elo komen piepen – wordt hij derde in het open rapid tornooi van Eupen, achter Khalifman en Kovalev, maar in een deelnemersveld met Rausis, Kupreichik, Glek, Vaganian, Smagin, Arbakov, is dat een prachtig resultaat. Het is slechts de inleiding op één van zijn grootste successen: hij wint Cappelle-la-Grande samen met het drietal Miles, Khuzmin en Hebden.
In 1995 wordt hij verdiend IGM en zorgt met zijn intrede in het Belgische schaakwereldje voor een serieuze injectie van schaakkennis. Hij vestigt zich in Eupen, waar hij de charme en rust van het Duitstalige dorp sterk weet te appreciëren – een sterke tegenstelling met het altijd levendige Moskou.
In een interview dat hij gaf voor het clubblad van Rochade Eupen-Kelmis, gaf hij wat toelichting bij het bestaan als schaakprof. Het opvallendste punt dat hij naar voor bracht was dat hij zijn leven (trainer- en secondantschap, tornooien spelen) zeer goed moest plannen, om zowel fris als voorbereid aan de start van nieuwe tornooien te komen. Met zijn Russische achtergrond stelt het Belgische schaakwereldje weinig voor; er is duidelijk talent genoeg, maar onvoldoende structuur en ondersteuning. Ook hebben de spelers het volgens hem moeilijk om gestructureerd aan hun schaken te werken (met Brabo als de bekende uitzondering).
In België wordt hij nationaal kampioen in Gent 2000, het jaar erop gevolgd door een derde plaats in het sterk bezette NK van Charleroi 2001, dat door Gurevich met overmacht wordt gewonnen. Vanaf dan krijgt zijn werk als trainer echter meer en meer voorrang, en dat is duidelijk merkbaar in het aantal partijen dat hij zelf achter het bord zit: van zo’n 90 per jaar in 2000 tot 0 in het jaar 2014 – en sindsdien bijna geen meer. Zijn speelsterkte piekte enkele keren boven 2600, maar is nu quasi bevroren op zo’n 2550. Dat hij nog een geducht speler bleef, bewees hij in Cappelle-la-Grande in 2011, dat hij gedeeld met Einar Gausel won.
Hoewel hij een zeer sterk speler is (piekrating van meer dan 2600 elo), kan ook hij niet overleven als speler alleen, en bouwde hij een mooie carrière als trainer en secondant uit. Zo coachte hij onder andere Anish Giri, Fabiano Caruana, Robin van Kampen, Tania Sachdev, Lisa Schut en Georg Meier. In 2010 werd hij FIDE senior trainer, en dat liep dus zo goed, dat hij na midden 2013 zelfs geen partijen meer speelde in de Belgische competitie.
Net als spelers uit het voormalige Oostblok, die voor en na hem kwamen, heeft hij gedurende een twintigtal jaar het Belgische niveau opgekrikt, en daarin ligt zijn grootste verdienste. Vanuit Eupen zorgt hij door zijn successen als trainer voor extra weerklank van zijn naam, wat hem tot in de wereldtop van het schaken heeft gebracht als secondant. Een plaats binnen de top-15 Belgen aller tijden, lijkt me een correcte evaluatie van Chuchelov.
Een partij ter illustratie: zijn miniatuurtje tegen Arlandi, een mooie illustratie dat “rustige” openingen, zoals de London of Konings-Indisch in de voorhand, een vreselijke aanval kunnen voortbrengen als de tegenstander even niet oplet. De analyses zijn voor 99% van Luke McShane uit Chessbase.
HK5000
Geen opmerkingen:
Een reactie posten