maandag 26 oktober 2020

Praktisch schaak deel 2

Het lijkt er steeds meer op dat we voor lange tijd niet aan een bord zullen kunnen schaken. Het is te zeggen zonder dat we onszelf in allerlei bochten moeten wringen waardoor er van het oorspronkelijk plezier aan bordschaken nog bitter weinig overblijft. Echter de alternatieven zijn weinig benijdenswaardig. Online schaken kan je niet serieus nemen want je weet nooit tegen wie of wat je precies aan het spelen bent. De laatste maanden kwam het ene na het andere dopingschandaal naar boven in die mate zelfs dat het even werd opgepikt door grote nieuwskanalen zoals the guardian.

Misschien moeten we gewoon maar de computer toelaten zoals bij iccf als we toch niet in staat zijn om de valsspelers te vermijden. Dan is er uiteraard geen probleem meer van valsspelen en krijgen we bovendien als leuke bonus dat de partijen kwalitatief veel hoger en interessanter zullen zijn. Dit lijkt mij ook een stuk leerzamer dan de vele blitz- en bulletpartijtjes die grotendeels tijdsverspilling zijn.

Anderzijds denk ik niet dat er nog veel leuks aan het schaken is wanneer alle partijen in een tornooi zullen eindigen op remise door gebruik te maken van een computer. Dit is exact wat er recent gebeurde in een toptornooi georganiseerd door iccf: Joop van Oosterom Memorial. Alle 28 partijen werden remise ondanks dat er telkens tot de laatste snik werd gestreden voor de overwinning want veel partijen eindigden op een zetherhaling.

Het zat er al een tijdje aan te komen zie mijn artikel van 2015 computers worden autonoom. Of zoals Nigel Short het benoemde op twitter: correspondentieschaken is nog meer dood dan een Noorse blauwe papegaai. Daarop probeerde oud-wereldkampioen correspondentieschaak Leonardo Ljubicic nog de brokken te lijmen door te stellen dat de partijen zeer relevant blijven voor het bordschaken en het onderzoek van openingen maar het kwaad was al geschied. Trouwens ik geloof niet dat er 1 correspondentiespeler is die schaakt om openingsnieuwtjes gratis te doneren aan bordschakers of openingsboeken. Ook correspondentieschaak wordt gespeeld om partijen/ tornooien te winnen dus net als bij gewoon bordschaken. Zonder winnaars/ verliezers is een competitie niet meer zinvol.

Dat laatste was trouwens ook de commentaar op de meest recente finale van het bordwereldkampioenschap. Op 28 november 2018 moest een rapidmatch uiteindelijk uitsluitsel geven over wie wereldkampioen zou worden nadat all 12 klassieke partijen op remise waren geëindigd. Dus ook voor bordschaken (tenminste bij de elitespelers) vroeg men zich af of klassiek schaken nog zinvol was als er geen winnaars/ verliezers meer waren.

Echter hier denk ik dat we te snel conclusies aan het maken zijn. In tegenstelling tot correspondentieschaak hadden zowel Magnus Carlsen als Fabiano Caruana diverse winstkansen in de klassieke partijen. Voor uiteenlopende redenen slaagden ze er niet in die te verzilveren. Ik heb een klein onderzoek gedaan met Stockfish en Leela om deze claim te kunnen staven en stelde vast dat zeker 5 partijen geen remise zouden zijn geweest mits gebruik te maken van de computer vanaf een welbepaalde zet.

M.a.w. ondanks dat de beste spelers intensief trainen met de beste engines, slagen ze er niet in om het niveau van die engines te evenaren in hun bordpartijen. Zoals ik al in deel 1 vermeldde, rekenen wij als mensen heel anders dan schaakprogramma's en kunnen we dus nooit op hetzelfde niveau schaken. Wat vandaag wel mogelijk is, is om een bulletproof-repertoire op te bouwen. Er is zoveel kennis vandaag over openingen beschikbaar dat je in combinatie met analyses van de huidige beste engines kunt openingen selecteren die niet meer weerlegd kunnen worden.

Dit betekent uiteraard niet dat topspelers in het bordschaken geen partijen meer kunnen verliezen in de opening. Ons geheugen is slechts een fractie van een standaard chessbase-database. Bovendien zijn veel stellingen wel heel makkelijk te neutraliseren met een engine maar is het zonder voorkennis een heel ander verhaal aan het schaakbord. Persoonlijk stap ik dan ook steeds vaker af van de wetenschappelijke aanpak zie deel 1 en deel 2. Als er geen weerlegging te vinden is dan kijk je beter naar andere factoren van de opening. Niet zelden weet ik zelfs op voorhand dat wanneer mijn tegenstander de opening even grondig thuis geanalyseerd heeft dan ik en ervoor kiest om de hoofdlijn te spelen dat remise onvermijdbaar wordt als hij het allemaal kan reproduceren.

Op topniveau zien we dan bij openingen met veel verplichte zetten hierdoor partijen wel heel snel zelfs op een klassiek tempo remise worden (zie bv. partij Maxime Vachier-Lagrave - Boris Gelfand gespeeld in 2013 die aan bod kwam in mijn atikel iccf). Echter op mijn niveau merk ik op dat het gevaar voor dit soort non-partijen zo goed als onbestaande is. Ik ken niemand die de openingen even grondig analyseert zoals ik uitlegde in mijn artikel openingen studeren deel 2. Ik ben daarom ook niet meer vies van een  specifieke variant te spelen die geforceerd naar remise leidt zoals in onderstaande opening.
Een partij met die specifieke variant kwam al aan bod in mijn artikel curieuzeneuzemosterdpot deel 2 waarin je kunt zien dat ik vrij makkelijk won dus ondanks de theoretische evaluatie. Ik wil hierbij ook nog even aan toevoegen dat wit iets makkelijker speelt in de slotstelling. Ik bedoel alhoewel alle partijen in correspondentieschaak remise werden met de slotstelling, had ik nog even doorgespeeld in het bordschaken want wit riskeert niets en zwart moet nog enkele accurate zetten vinden.

Dit betekent dus ook dat ik die zogenaamde remisevarianten helemaal niet speel om remise te maken maar wel degelijk om partijen te winnen. M.a.w. dit is iets totaal anders dan op remise spelen met wit tegen een sterkere tegenstander en wit kiest al in de opening een remisevariant. Anderzijds kan je jezelf natuurlijk afvragen of er veel plezier nog aan het schaken is om op deze wijze te spelen.

Dit soort opmerking kreeg ik ook na mijn 7de partij in Open Praag deze zomer. Ik koos toen voor een theoretische lijn waarvan ik wist dat ze in een remise-eindspel uitmondt maar met een pluspion. Mijn tegenstander had echter geen zin in dit soort partij en week snel af met een idee dat hij een jaar eerder met de Duitse grootmeester Artur Joesoepov had bestudeerd en die snel enorme complicaties creëert.
Achteraf ontdekte ik dat het idee ondertussen al weerlegd was in correspondentieschaak. Toen ik mijn tegenstander hierover aansprak, bleek hij hiervan niet op de hoogte te zijn. Hij had misschien het anders ook niet durven te spelen. Ik heb het al eerder aangehaald in de valse waarheid deel 2 dat het kan lonen om verouderde analyses te spelen als je je tegenstander hiermee uit boek kunt gooien.

Anderzijds toonde ik ook nog recent aan in chess position trainer deel 4 hoe gevaarlijk het kan zijn om openingen te spelen die je niet goed kent. Mijn tegenstander in Praag had dus het geluk dat ik zijn idee nog niet op voorhand had bestudeerd.

Meer en meer spelers kiezen daarom ook vandaag voor openingen waarin geforceerde lijnen minder en minder voorkomen. Niet zomaar is daarom o.a. het rustige Italiaans en het Berlijns zo populair geworden zelfs bij amateurs in de laatste jaren. Dit laat toe om weer echt te schaken i.p.v. te kijken wie het beste geheugen heeft. Nu ook daar zien we de kapers al aan de kust. Ik denk aan de volgende zeer recente publicaties the modernized berlin wall defense en uiteraard The Italian Renaissance deel 1 en deel 2. Nergens ben je nog veilig.

Brabo

woensdag 21 oktober 2020

Nieuwe viewers deel 2

Vorige week heb ik alle 244 artikels van mijn Engelstalige schaakblog gemigreerd naar de Chessbase-viewer. Iets meer dan 10 uren kostte het me op de html-code manueel aan te passen dus geen leuk werkje dat je vaak wilt doen. Het is natuurlijk de bedoeling om in het vervolg er enkel nog die viewer te gebruiken.

Ik was al enige tijd met het idee aan het spelen om van viewer te veranderen op die site maar ik maakte er pas nu werk van. Door de corona-crisis zijn al mijn gewone schaakactiviteiten onderbroken. Bovendien had ik de waarschuwing gekregen dat tegen eind dit jaar flash niet meer ondersteund zou worden. Enkele browsers zoals chrome ontmoedigen al geruime tijd het gebruik van flash waardoor ik al midden 2017 had beslist om te veranderen naar de Chess.com-viewer. Meer en meer lezers klaagden toen dat ze problemen hadden met de flash-viewer en ik vermoed dat sommigen hierdoor ook hun interesse voor deze blog hebben verloren.

Tenminste zo ben ik zelf wanneer ik blogs lees. Tenzij de blog super interessant is, ben ik niet bereid om veel energie erin te steken om bijvoorbeeld uit te zoeken hoe flash te laten werken voor die blog. Trouwens er bestaan wellicht honderd(en) schaakblogs en eerlijk gezegd 99% of zelfs meer is totaal niet de moeite om te lezen. Dus een aantrekkelijke blog moet niet alleen iets interessants te vertellen hebben maar moet ook makkelijk te lezen/ consumeren zijn.

Anderzijds vermoed ik dat sommigen zich zullen afvragen wat het nut is om al die oude artikels op te frissen. Als ik rondom kijk dan zie ik dat bijna geen enkele (schaak-) blogger dit doet. De meeste informatie op blogs is dan ook heel snel verouderd. Tornooien (tenminste voor corona) volgen elkaar in sneltrein-tempo op. Zo goed als niemand kijkt nog naar een tornooiverslag van x maanden/ jaren geleden. Als het niet nieuw is dan verliest de informatie heel snel haar waarde. Wel net daarom heb ik ervoor opgelet in mijn artikels dat nieuws nooit het hoofdthema is. Ik kan immers nooit concurreren met professionele nieuwssites. Ik heb dus van bij de start beslist dat mijn blog een andere invalshoek moest hebben zodat lezers hier iets uniek konden vinden die mij toch de moeite waard leek.

Plagiaat is enorm verspreid bij bloggers maar ik ben zeker dat dit hier niet het geval is. Soms neem ik wel eens een quote mee maar dan wordt die verwerkt in een thema waardoor het een totaal ander verhaal wordt. Trouwe lezers weten ook dat in mijn artikels veel persoonlijks steekt (eigen partijen, ervaringen of interpretaties, ...) waardoor ik ook soms eens tegen een heilig huisje schop. Dat niet iedereen het altijd hiermee eens is, leidt soms tot interessante discussies. Dit is dan ook waarom ik niet alles van deze Nederlandstalige blog vertaald heb naar het Engels. Bepaalde onderwerpen zoals onze Belgische schaakbond hebben weinig of geen waarde voor een internationaal publiek. In elk geval ben ik ervan overtuigd dat veel artikels op deze blog goed de tand des tijds kunnen weerstaan waardoor het mij dus wel zinvol lijkt om die oudere artikels levend te houden.

Dit valt ook af te leiden uit de blog-statistieken. Elke dag worden nog oude artikels opgevraagd zelfs x maanden/ jaren na publicatie. Zelfs ik doe dit geregeld want ik herinner mij bijlange niet meer wat ik hier allemaal al heb neergeschreven en soms wil ik wel een bepaald detail terugzien. Dus het was voor mij een eenvoudige beslissing om beide blogs zo lang mogelijk in een goede conditie te houden. Moeilijker vond ik welke viewer hiervoor ik het best gebruik.

Eerder schreef ik al dat ik midden 2017 koos om vanaf dan te werken met de Chess.com-viewer. In die tijd leek het mij de best beschikbaar viewer zie nieuwe viewers deel 1. De viewer van Chessbase werd functioneel als iets beter beschouwd maar was in tegenstelling tot de Chess.com-viewer toen niet gratis waardoor bijna geen enkele blogger het gebruikte. Ik vermoed dat dit wellicht ook een rol heeft gespeeld bij Chessbase om hun viewer in 2018 dan ook maar gratis aan te bieden. Het heeft weinig zin om een mooi programma achter een betaalmuur te houden als niemand het gebruikt.

Ondertussen zijn meer en meer bloggers recent naar de Chessbase-viewer overgestapt ook omdat Chess.com niet omkijkt naar de collateral damage die ze veroorzaken na software-updates van hun viewer. Veel oude artikels zien er vandaag erg lelijk uit door die ongevraagde software-updates: een artikel uit 2016 op de blog van de Australische grootmeester David Smerdon. Wanneer je net alle html-code hebt aangepast om de layout terug te herstellen, kwam er weer een update door Chess.com die een lelijke tweede scrollbar rechts plots creëerde zie: een artikel uit 2019 op de blog van de Macedonische grootmeester Alex Colovic.

Ik heb geen garantie dat dit niet zal gebeuren met de Chessbase-viewer. Desondanks vind ik het voldoende redenen om voor mijn Engelstalige blog de Chessbase-viewer een kans te geven i.p.v. de Chess.com-viewer. Ik vind het ook leuk dat in tegenstelling tot de Chess.com-viewer alle partijen bewaard worden in de html-code van mijn blog en niet op hun website. Betreffende functionaliteit zie ik weinig verschil of tenminste niets belangrijk. In beide viewers kan je analyseren, partijen downloaden, de layout naar keuze aanpassen ... Het is wel zo dat na een zoveelste update van de Chess.com-viewer je nu eerst wordt omgeleid naar hun website. Persoonlijk denk ik dat het iets makkelijker is om op de blog te blijven, zoals mogelijk is met de Chessbase-viewer met "the maximize board" optie (zie beneden rode cirkel).

Om terug te keren naar de blog moet je simpel opnieuw dezelfde knop drukken (klik dus niet op x in de rechterbovenhoek zoals ik eerst dacht want dan sluit de volledige browser).

Spijtig zijn er ook enkele minder leuke kantjes aan de Chessbase-viewer. Zo werden tijdens de migratie van de Chess.com naar de Chessbase-viewer bij een aantal partijen sommige symbolen niet correct geïnterpreteerd. Uiteindelijk om geen uren hieraan te spenderen, heb ik ze weggelaten ook al omdat de gebruiker altijd het wieltje beneden het diagram kan gebruiken om onmiddellijk een evaluatie te zien door een sterke engine.

Een ander probleem verschijnt wanneer ik meerdere blogartikels in 1 keer op het scherm wil tonen. Ik vermoed dat het iets te maken heeft met het niet correct afsluiten van een script in html want de viewer van het ene artikel blijkt de viewer in het andere artikel te interfereren. Op deze Nederlandstalige blog heb ik gekozen om in 1 keer 7 artikels onder elkaar te tonen maar voor de Engelstalige blog heb ik noodgedwongen mij moeten beperken tot 1 artikel per keer. We zien dit probleem duidelijk wanneer je bijvoorbeeld kiest voor de artikels van september. Nu mijn artikels zijn meestal vrij lang dus echt problematisch lijkt het mij niet dat de lezer slechts 1 artikel per keer kan lezen.

Tenslotte krijg ik ook het gevoel dat de Chessbase-viewer minder stabiel is op smartphones. Ik lees bijna nooit blog-artikels erop maar ik vermoed dat sommige lezers dit wel doen wanneer ze naar school/ werk aan het pendelen zijn. Ik aarzel dus om dezelfde migratie uit te voeren voor deze Nederlandstalige blog. Het zal mij wellicht ook 2 keer zoveel tijd vergen. Ook lijkt het mij interessant om 2 viewers te onderhouden zodat een update of stopzetting van een viewer minder impact heeft op de blogs. Grote bedrijven zoals Chess.com en Chessbase zullen wellicht niet snel verdwijnen maar je weet nooit wat de toekomst brengt. Hoe denken jullie hierover?

Brabo

zondag 11 oktober 2020

Chess position trainer deel 4

De Russische topgrootmeester Alexander Grischuk is een fenomeen in het schaken. Het is te zeggen vooral naast het bord, zorgt hij steevast voor interviews die op je lachspieren werken. Zo vond ik enkele maanden geleden schitterende compilaties van deze interviews die in deze triestige tijden van geen bordschaken mij toch even konden opmonteren zie Thug Life Compilation deel 1, deel 2 en deel 3.

Niet verwonderlijk wordt hij dan ook regelmatig uitgenodigd om tornooien live te becommenatarieren. Dit was veelvuldig het geval in de Magnus Carlsen Chess Tour met zijn onlinetornooien. Alexander stelde niet teleur want zo herinner ik mij een leuke quote over openingen van hem tijdens Legends of Chess die ik op twitter las: "It used to be like memorising a poem, because it would be some moves you found yourself, then when computers just appeared it would be like memorising a poem in not your native language & nowadays it's like memorising random numbers - it's impossible".

Computerprogramma's worden steeds sterker waardoor ze steeds vaker ook zetten voorstellen die voor ons mensen nog heel moeilijk of zelfs niet meer te begrijpen zijn. Echter dit betekent niet dat we die random zetten zoals Alexander Grischuk ze noemt, niet moeten leren. Ze zijn wel degelijk (veel) beter dan wat we zelfstandig zouden kunnen analyseren en het is vandaag ook naïef om te hopen dat je tegenstander geen computer in de voorbereiding zal gebruiken om je eigen gemaakte brouwsels in een mum van tijd te weerleggen.

Ik bedoel willens nillens zijn we vandaag verplicht om in klassiek schaken mee te gaan in de wedren van openingen studeren als we tegen spelers boven 2200 elo spelen. Vanaf 2200 elo mag je er prat op gaan dat vandaag de overgrote meerderheid met een computer zich voorbereidt. Daarbij heb je steeds de keuze voor ofwel in de breedte of in de diepte te werken. Enkele maanden geleden schreef ik over de obstakels die ik ontmoette bij het studeren in de diepte zie het geheugen deel 2. De varianten komen zo zeldzaam op het bord dat het je niet meer lukt om die analyse van x maanden/ jaren geleden nog te herinneren wanneer het moet.

Echter in Open van Praag deze zomer ondervond ik ook voor het eerst de nadelen van meer in de breedte te willen werken (alhoewel dit nog heel beperkt is in vergelijking met de meeste topspelers). Ik schreef vorige maand nog in mijn artikel regressietesten dat veel varianten uit mijn repertoire recent zijn verdwenen en vervangen door (hopelijk) betere maar daarom scoor ik (nog?) niet beter in de praktijk, eerder in tegendeel. Een mooi voorbeeldje hiervan zijn mijn recente experimenten met c6 in de Leningrader. In de 6de ronde ontsnapte ik met een blauw oog door in een verloren positie remise te krijgen omdat mijn tegenstander nogal krap zat met zijn resterende tijd.

De 8ste ronde was nog erger. Deze keer stond ik al na 12 zetten compleet verloren tegen een 150 punten lager gekwoteerde tegenstander en mocht ik opnieuw op mijn blote knietjes bedanken voor het halfje dat ik cadeau kreeg.

Dit hadden dus makkelijk 2 nederlagen kunnen zijn en wellicht had ik dit ook verdiend. Nieuwe openingen spelen zonder enige kennis is bijzonder riskant tegen ervaren schakers. Ik snap dus heel goed waarom veel amateurschakers dezelfde openingen blijven spelen.

Anderzijds zoals ik al schrijf in de commentaar van de 2 partijen, was ik niet totaal onvoorbereid voor deze nieuwe opening. De varianten die op het bord waren gekomen, had ik wel degelijk vooraf ingestudeerd aan de hand van chesspositiontrainer en de methode die ik uitlegde in deel 3 enkele maanden geleden. Desalniettemin kon ik tijdens de partijen die kennis niet reproduceren.

Dit is dus iets totaal anders dan een oude analyse die ik vergeten ben. Hier spreken we over het vergeten van relatief korte varianten die ik slechts enkele dagen eerder nog meermaals (tot zelfs 10 keer) had ingestudeerd. Behoor ik tot de jonge dementen en moet ik mij er bij neerleggen dat openingen studeren voor mij een hopeloze zaak is geworden? Ik voel het niet zo aan en ik vermoed ook dat de waarheid elders ligt.

Vooreerst is de variantenboom die ik als cruciaal beschouw van de Leningrader in korte tijd gegroeid tot een serieuze kanjer. Onderstaand overzicht toont de verdeling in complexiteit van mijn huidig zwartrepertoire en daarop zie je duidelijk dat de Leningrader de grootste slokop is.
Met net geen 400 zetten voor de Leningrader kan je jezelf afvragen of ik niet overdrijf en het mezelf niet nodeloos moeilijk maak. Een andere speler die ook de Leningrader af en toe speelt, vertelde mij dat hij zonder veel kennis toch succesvol ermee is. Echter hij speelt uitsluitend tegen spelers die minder dan 2000 elo hebben en dat is toch een totaal ander soort schaken. Dit zien we trouwens ook in de 2 partijen die ik in dit artikel eerder toonde. Bovendien vind ik 400 zetten helemaal nog niet veel als je dat vergelijkt met bv. het boek van Adrien Demuth die op zich al 400 pagina's beslaat. Met 1 (halve) zet per pagina besef je dat je slechts het topje van de ijsberg leert.

Daarnaast denk ik ook dat ik op de verkeerde wijze gewerkt heb met chesspositiontrainer. In onderstaande scherm zie je dat er 3 opties zijn om stellingen te studeren: systematisch, random of fotografisch. Ik koos voor systematisch maar dit was duidelijk een verkeerde keuze voor mij met deze opening.
Foto training is gewoon kijken naar zetten. Misschien werkt dit voor mensen met een fotografisch geheugen maar dat is niets voor mij. Reeds op school moest ik hard werken om woordjes Frans/ Engels ... in te studeren. Dit lukt enkel bij mij door veelvuldig herhalen en het actief neerschrijven van de afgedekte nieuwe woorden. Willekeurig had oorspronkelijk mijn voorkeur maar bij chesspositiontrainer is willekeurig echt wel willekeurig. Zo kan je makkelijk de ene variant 10 keer op het scherm krijgen en de andere slechts 1 keer. 400 zetten op die wijze instuderen, duurt een eeuwigheid zonder maar te spreken dat het vaak tijdsverlies is om 10 keer een variant opnieuw te moeten beantwoorden die je al van de eerste keer correct had.

Met systematisch krijg je alles exact 1 keer voorgeschoteld (tenzij je het verkeerd hebt want dan wordt het herhaald). Dit lijkt het beste maar er is 1 groot nadeel aan deze methode. De varianten/ zetten die op het scherm worden getoond, gebeuren steeds in exact dezelfde volgorde. Na een tijdje keek ik zelfs niet meer naar wat er exact op het bord stond want ik wist dat de ene zet na de andere moest komen. Ik misleidde mezelf dus tijdens het studeren. Ik dacht dat ik de opening had gestudeerd maar ik had in werkelijkheid een lange reeks zetten geleerd en dat brak mij zuur op in de bovenstaande partijen. Ik slaagde er niet in om ergens midden in de zettenreeks terug in te pikken ook al omdat er geen informatie was over waar ik precies zat in die zettenreeks.

Hieruit zijn een aantal belangrijke lessen te trekken te beginnen met de methode van studeren. Randomness (willekeurigheid) is noodzakelijk om in de oefeningen te steken. Ik heb de ontwikkelaar van chesspositiontrainer hierover gemaild of er misschien een update met verbetering van het programma mogelijk zou zijn. Het zou zeer interessant zijn wanneer de willekeurige selectie rekening kan houden met de reeds goed opgeloste varianten.

Een snelle tussenoplossing zou het opsplitsen kunnen betekenen van een opening bestaande uit 400 zetten in kleinere stukjes zodat we met de willekeurige selectie toch minder vaak dezelfde stellingen terugzien. Dit heeft wel als nadeel dat er minder gemixt kan worden en dat je meer tijd verliest met het switchen tussen de blokken.

Tenslotte is het ook zo dat ik misschien sowieso niet kan verwachten dat ik (als amateurschaker) onmiddellijk zo een grote hoeveelheid concrete zetten perfect van buiten kan kennen. Het is wellicht ook 1 van de belangrijkste redenen waarom (top-) spelers zelden de Leningrader wensen te spelen. Enkel als je op voorhand weet welke variant wit zeer waarschijnlijk zal spelen dan is een gokje ermee aantrekkelijk. Een andere speelbare optie werd opgegeven in het artikel ideeen deel 2. Je kiest een zijlijn als verrassingswapen maar dan zijn we echt wel op korte termijn aan het kijken terwijl ik toch verkies om iets lange tijd (meerdere malen) te kunnen spelen.

Brabo

zondag 4 oktober 2020

Het thuisvoordeel

Schakers die musiceren en muzikanten die schaken, er zijn er heel veel. Zelf schreef ik 2 jaar geleden in mijn artikel jubileum over hoe ook ik eerst vooral muzikant was en pas als volwassene de switch maakte naar uitsluitend schaken. Een andere misschien minder bekende maar minstens even populaire combinatie is voetbal en schaken. Hierbij speelt onze huidige wereldkampioen schaken Magnus Carlsen uiteraard een belangrijke rol. Niet alleen is Magnus een begenadigd voetballer maar daarnaast is hij ook een grote fan van Real Madrid. In dezelfde adem moet ik dan ook zijn voormalige trainer Simen Agdestein vermelden die zowel in het schaken als in het voetbal ooit voor de nationale Noorse ploeg speelde.

Ook bij onze Belgische jeugdschakers zijn er heel veel voetballers die dus naast het schaken ook competitiewedstrijden voor hun voetbalclub spelen. Die voetbalmicrobe wordt trouwens ook op jeugdschaaktornooien doorgegeven. Zo herinner ik mij een leuke anekdote toen we terugkeerden van een schaaktornooi waaraan Hugo had deelgenomen. In de auto vroeg ik aan hem of hij het leuk had gevonden. 'Ja', zei hij enthousiast, 'ik heb 2 goals gemaakt'. De schaakresultaten waren voor hem duidelijk minder belangrijk dan de fun die hij had gehad bij het voetballen wanneer er gewacht moest worden tussen de partijen.

Ik was bijgevolg dan ook niet verrast toen Hugo steeds meer aandrong om een stap verder te zetten met het voetballen. Ik hield de boot aanvankelijk af maar op een bepaald ogenblik besefte ik dat als hij echt dolgraag wilt voetballen dat ik dit als goede ouder moet ondersteunen. Bovendien was er recent ook veel tijd vrijgekomen daar we gestopt waren met schaaklessen zie kinderen leren schaken deel 4. Dus ging ik een paar maanden geleden op zoek naar een voetbalclub voor hem maar dit bleek niet eenvoudig. De meeste voetbalclubs staan niet te springen om een 11 jarige onervaren jongen op te nemen. Het is niet zo als bij het schaken dat meedoen in het voetbal belangrijker is dan winnen. Als je pas op 11 jaar begint met voetballen in een club dan sta je al 5 jaar intensief trainen achter op de meeste andere spelers en dat betekent dat je geruime tijd niet het team/ de club kunt helpen in de competities.

Ik moest Hugo dan ook lange tijd teleurstellen tot vorige week ik plots een berichtje kreeg van een voetbalclub in de buurt dat Hugo mocht meetrainen. Men kampt er met veel afzeggingen en een extra speler zou in de toekomst meer dan waarschijnlijk van pas komen. Hugo was superblij maar dit betekende wel dat we dringend de nodige schoenen, scheenlappen, truitje,... nog moesten aankopen. Het was niet goedkoop maar het was de moeite waard toen ik na de eerste training vorige vrijdag hoorde van Hugo dat hij zich super geamuseerd had (en achteraf thuis heel snel als een blok in slaap viel).
Einde eerste voetbaltraining met Hugo helemaal rechts op de foto.

Het is een compleet andere wereld dan het schaken en dat betekent dus dat we in de toekomst veel zullen bijleren. Zo was de befaamde buitenspel-val al onmiddellijk voor Hugo een harde les tijdens de eerste training. Het thuisvoordeel is ook zoiets waarmee hij wellicht later kennis zal maken wanneer hij wedstrijden mag meespelen.

Zo waren er laatst ook heel wat artikels in het nieuws over de invloed van de corona-maatregelen op het thuisvoordeel zie bv. bundesliga bewijst zonder fans is er amper thuisvoordeel of  de vloek van het lege stadion drie redenen waarom thuisvoordeel eerder thuisnadeel is met premier league als uitzondering of belgie lijkt trend bundesliga te volgen geen publiek meer uitzeges. Supporters stuwen de eigen spelers vooruit en arbiters zijn iets milder voor de thuisploeg want vrezen boze reacties van de supporters bij een foute beslissing.

Zoiets hebben we natuurlijk niet tijdens het schaken tenzij in de regels van Floor zie aflevering Fanatiek vanaf 7min 20sec (niet vergeten op te klikken want hilarisch !). Ieder van ons gezin is absolute fan van dit kinderprogramma die terecht al enkele prijzen heeft gewonnen. En toch wil ik het in dit artikel over dit thema eens hebben want er valt zelfs in het schaken iets over te vertellen.

Zo gaf oud-wereldkampioen Viswanathan Anand eens in een interview aan dat het voor hem eerder een nadeel dan een voordeel was om in zijn eigen thuisstad Chennai het wereldkampioenschap in 2013 te spelen. In eigen land kon Magnus Carlsen slechts 2 van de 7 georganiseerde toptornooien winnen ondanks hij steeds de elofavoriet was zie Norway Chess. Ik kan het niet meer exact terugvinden maar ik dacht dat het de Franse topgrootmeester Maxime Vachier-Lagrave was die vorig jaar de Chess-tour in Parijs won door in een hotel te logeren ondanks dat hij op wandelafstand woonde van de tornooizaal. De afleidingen/ verleidingen zijn thuis nu eenmaal veel groter en schaken doe je het best wanneer die er niet zijn.

Een uitzondering die ik opmerk op het thuisnadeel is af en toe bij de arbitrage. Zo herinner ik mij een anekdote uit een Frans tornooi die ik speelde in 2005. Met slechts seconden resterend op de klok claimde mijn tegenstander remise op en de arbiter kende die tot mijn grote verwondering onmiddellijk toe.

Ok het staat uiteraard remise want ik kan hem niet in tempodwang krijgen. Anderzijds moet wit blijven opletten waar hij zijn stukken zet en een fout is snel gebeurd als je niet meer kunt nadenken. Ik vermoed dan ook dat sommige arbiters anders hadden gejureerd. Nu Fransen zijn chauvinisten en als buitenlander moet je niet verwachten dat je het voordeel zult krijgen bij twijfel. Ik ben daarom ook blij dat we vandaag bijna altijd met increment spelen zodat dit soort pijnlijke discussies niet meer voorvallen.

Dit betekent niet dat we van alle conflicten in het schaken verlost zijn. Zo kwam mijn zoon Hugo al wenend de hotelkamer binnen na de laatste ronde in Open Praag. Ook hier speelde de arbiter een cruciale rol waarbij het thuisvoordeel duidelijk was. Hugo sprak geen woord Tsjechisch dus was kansloos en gaf gedegouteerd enkele zetten later op.

Hugo's tegenstander was slechts 9 jaar oud dus dan begrijp ik wel dat een j'adoube fout kan lopen maar dat betekent nog niet dat je daarom de fout door de vingers kunt zien. Dat deed de arbiter m.i. duidelijk wel door de jonge lokale held volledig in bescherming te nemen. Achteraf werd ik zelfs niet meer in de buurt toegelaten van de speler/ ouder om verhaal te halen. Het is ook compleet absurd om je koning zogezegd recht te zetten als een zet daarmee prompt mat in 1 zou zijn.

Het is een pijnlijke les die Hugo de eerste prijs van de -12 kostte en misschien hem ook voor een stuk nog meer naar het voetballen geduwd heeft. Anderzijds vermoed ik dat gelijkaardige zaken ook zullen gebeuren in het voetbal. In het buitenland/ bij uitwedstrijden, zorg je er beter voor dat het resultaat niet afhangt van een arbitrage. Speel gewoon beter want het heeft geen enkele zin om achteraf te protesteren.

Dit wil niet zeggen dat alle arbiters zo zijn. Er zijn er best ook die heel neutraal kunnen arbitreren. Zo vernam ik uit 2de hand een anekdote over onze enige Belgische internationaal scheidsrechter Geert Bailleul. Niet voor niets heeft hij deze status verworven. Zo liet hij in zijn Brugge prompt de zitplaatsen omdraaien net voor het aanvangsuur van de interclub wanneer bleek dat enkel de uitploegen met hun gezicht in de volle zon zouden moeten spelen. Thuisploegen weten ondertussen dat ze geen cadeaus moeten verwachten.

Brabo

vrijdag 25 september 2020

Regressietesten

Ongeveer 20 jaar was ik al aan het schaken toen ik eindelijk werk begon te maken van mijn openingsrepertoire. Ik heb mij achteraf regelmatig afgevraagd waarom ik uberhaupt zo lang daarmee gewacht heb. Ik ben niet alleen veel te lang slechte openingen blijven spelen (en doe ik wellicht nog altijd voor een stuk met het Hollands) maar meestal wist ik totaal niet waarmee ik bezig was in de opening. Ik hoop nog vele jaren te kunnen schaken maar die 20 jaren die wellicht mijn beste waren, krijg ik niet meer terug.

20 jaar of langer geleden zei ook niemand dat je openingen moet studeren. De Gentse FM Gunter Deleyn vertelde mij net voor de lockdown dit jaar zelfs dat het in zijn jonge jaren totaal ongehoord was om openingsboeken te raadplegen. Dit werd bekeken als pure doping en een kaakslag voor het schaakspel die een zuivere intellectuele strijd tussen 2 mensen moest zijn. De tijdsgeest is duidelijk veranderd. Vandaag lees ik dan ook steeds vaker dat coaches zelfs al vrij vroeg ook aandacht schenken aan openingen.

Dus pas rond 2013 begon ik eindelijk openingen serieus te bestuderen. Ik vermoed dat het een mix van factoren moet geweest zijn die mij overtuigd heeft om ermee te starten. Vooreerst waren mijn openingsdebacles beschreven in een artikel van 2012: een uitgebreid zwartrepertoire een openbaring voor mij. Ik realiseerde dat ik nergens stond met mijn repertoire. Ja ik had uiteraard ook vroeger al eens gekeken naar openingen maar dat volstond duidelijk niet om goed door de opening te komen tegen een meester. Bovendien dwongen de snelle technologische ontwikkelingen mij ook tot actie indien ik niet snel wou afglijden op de ladder. Steeds meer van mijn partijen verschenen in de databases en de steeds sterkere engines toonden vaak haarfijn aan waar mijn openingen tekort schoten.

In 2016 schreef ik op deze blog voor het eerst over die verandering in mijn aanpak van openingen zie openingen studeren deel 2. Toen had ik het vooral over de methode zelf en hoe traag het ging om op die wijze mijn repertoire aan te pakken. Vandaag 4 jaar later gebruik ik nog steeds dezelfde aanpak en sta ik uiteraard een pak verder. In 2016 had ik ongeveer 100 openingen in detail bekeken. Vandaag zijn dit er reeds meer dan 300 (de definitie van een opening blijft voor mij een stelling waarvan er ongeveer 100 partijen in de megadatabase staan waarbij 1 van beide spelers minstens 2300 fide-elo heeft).

Ik weet niet hoeveel openingen ik uiteindelijk moet bekijken vooraleer ik mijn hele repertoire behandeld heb. Ik vermoed dat je dit wel zou kunnen uitrekenen aan de hand van een script die je eigen repertoire koppelt aan een megadatabase maar ik weet al op voorhand dat het resultaat mij niet zou plezieren. Ik ben er vrij zeker van dan ik nog niet eens halfweg ben. Echter dit betekent niet dat ik vandaag al geen vruchten kan plukken van het geleverde werk. Mijn database van +300 in detail geanalyseerde openingen is een oase aan killernieuwtjes en ideeën. Dit komt zeer geregeld van pas in mijn partijen en dan spreek ik niet alleen over het weerleggen van varianten maar ook het verrassen van mijn tegenstanders.

Daarnaast heeft de studie ook geleid tot talloze aanpassingen aan mijn repertoire zelf. Vele varianten verdwenen uit mijn repertoire en werden vervangen door (hopelijk) betere. De trouwe lezer herinnert zich wellicht nog deel 1 en deel 2 van Hollandse stappen in de Engelse opening. Daarbij zijn het niet enkel oude maar ook recente openingen uit mijn repertoire die op de schop gaan. Van de +300 in detail geanalyseerde openingen die ik tussen 2013 en 2020 maakte, zijn er ondertussen al 60 weggegooid. Dus al de gemaakte analyses die daaraan gekoppeld zijn, zijn uiteindelijk ook waardeloos geworden.

Dit vond ik toch zonde en daarom doe ik sinds een paar jaar ook regressietesten. Oude (weerlegde) openingen bekijk ik nu soms opnieuw met nieuwere en veel krachtigere beschikbare hardware en software. Ik kijk ook of er met die openingen recent toppartijen zijn gespeeld, die de evaluatie zouden kunnen veranderen. Ik noem het regressietesten omdat de terminologie bekend is uit de software-wereld. Wanneer nieuwe software wordt toegevoegd aan oude software (bijvoorbeeld bij een nieuwe release) dan is het belangrijk dat de programmeur checkt dat de oude software nog werkt. Niet zelden zorgt de nieuwe software voor onverwachte neveneffecten op de oude software waardoor bepaalde oude functies niet meer werken naar behoren. Het opnieuw testen van de oude software wordt in het jargon van de programmeurs regressietesten genoemd.

Ondertussen doe ik zo al een jaar of 4 regressietesten dus analyseren van mijn oude (weerlegde) openingen in de hoop van ze terug leven in te blazen. Bovendien tussen 2 speelbare openingen (oude en nieuwe) kunnen kiezen, is altijd een pluspunt in standaard-schaken. Echter de resultaten vallen tot nu toe erg tegen want ik heb hiermee nog geen enkele opening kunnen reanimeren. Af en toe is er wel eens een subvariant die iets minder slecht blijkt te zijn dan oorspronkelijk gedacht maar van een echte ommekeer is nooit sprake. Een mooi voorbeeldje hiervan zijn mijn recente regressie-testen van de opening 1.d4 f5 2.Lf4.

Online zie ik dat de opening enorm aan populariteit aan het winnen is. Volgens mijn database heb ik het ondertussen al in meer dan 500 blitzpartijtjes ontmoet. Ik was dan bijgevolg ook nieuwsgierig wat het nieuwe boek van de Servische grootmeester Nikola SedlakPlaying the Stonewall Dutch hierover zou vertellen.

Slechts 1 pagina over deze variant kon ik terugvinden en dat is een teleurstelling. Dit staat in schril contrast met de 38 pagina's !! in het boeThe Modernized Dutch Defense die ik al eerder in mijn artikel chess position trainer deel 3 aankondigde. Mijns inziens zijn de 38 pagina's zeker terecht en dus onderschat Nikola deze variant enorm.

Voor een ruimere beoordeling van Nikola's boek verwijs ik naar de commentaar die ik al schreef op chesspub. Dit artikel gaat dan ook over regressietesten en anders maak ik een te grote digressie.

Dus ik keer terug naar waarom de regressietesten weinig of geen resultaten opleveren voor mij. Meer dan waarschijnlijk moeten we dit linken aan de ouderdom van mijn analyses die gemiddeld slechts 5 jaar geleden zijn gemaakt. In 2016 schreef ik in mijn artikel vooruitgang van schaakprogramma's deel 2 dat het sterkste schaakprogramma de voorbije jaren gemiddeld 55 elo per jaar verbeterde zonder rekening te houden met de hardware. Met de opkomst van de neurale netwerken is die trend absoluut niet afgevlakt, eerder integendeel. M.a.w. op 5 jaar tijd is de kwaliteit van mijn analyses met minstens 200 elo en wellicht een pak meer verbeterd.

Desalniettemin leidt deze duidelijke boost aan sterkte dus zelden (zeg nooit nooit) tot het weerleggen van mijn oude weerleggingen. Ik heb hiervoor geen sluitende verklaring maar wel een theorie gebaseerd op het dagelijks werken met de sterkste schaakprogramma's. Vooreerst 5 jaren geleden waren engines al ongelooflijk sterk (veel sterker dan onze huidige wereldkampioen Carlsen) waardoor de kwaliteit van die analyses al erg goed was (dit is een enorm verschil t.o.v. bijvoorbeeld analyses gemaakt in het pre-computertijdperk). Als een engine 5 jaar geleden ontdekte dat iets niet werkte dan stel ik vandaag vast dat nieuwe programma's dit niet meer kunnen rechtzetten. 

De toegenomen sterkte van de nieuwe schaakprogramma's zit dan ook vooral in het vinden van nieuwe complexere weerleggingen in stellingen waarvan vroeger werd gedacht dat ze ok waren. Dit is ook de reden waarom ik vorig jaar schreef in mijn artikel computers worden autonoom deel 2 dat veel dubieuze openingen vandaag onder druk staan. Steeds meer openingen/ varianten worden theoretisch gesloten en die deuren gaan niet meer open.

Ik wil ook nog even meegeven dat dit geen reden is om pessimistisch te zijn over het schaken. De computer mag dan wel veel deuren gesloten hebben maar het heeft tezelfdertijd ook talloze nieuwe deuren geopend. Ik vind dagelijks nieuwe en prachtige varianten. Het is dus vooral een kwestie van durven los te laten en bereid te zijn om je repertoire aan te passen wanneer je ziet dat een opening niet meer werkt.

Brabo

vrijdag 11 september 2020

De schaakmicrobe deel 3

Nog tijdens Open van Cappelle La Grande (eind februari) was het mij al duidelijk dat het coronavirus geen lachertje zou zijn ondanks dat de berichtgeving het probleem toen nog minimaliseerde. Echter ik had toen eveneens nog goede hoop dat we er snel zouden vanaf geraken. China kon het dus ik veronderstelde dat Europa en zeker België met zijn veel hogere gemiddelde levensstandaard dit ook makkelijk zou kunnen. We weten ondertussen dat dit dus niet gebeurde.

We faalden omdat we niet wilden/ in staat waren om aan onszelf de draconische maatregelen op te leggen die noodzakelijk waren om het coronavirus definitief te doen verdwijnen. Zowel economische belangen als het taboe van de individuele vrijheden stonden in de weg van een doeltreffende aanpak. Het gevolg is dat we 6 maanden later er nog steeds mee zitten en het ziet er nu naar uit dat dit zo zal blijven tot er een goed werkend vaccin voldoende verspreid zal zijn bij de bevolking.

Uiteraard zijn mensen vandaag deze situatie moe. Virologen en beleidsmakers blijven ons wel oproepen om vol te houden en ons voor te houden dat dit een nieuw normaal is maar steeds minder mensen zijn hiertoe bereid. Tegen alle adviezen in trokken 3 miljoen Belgen toch naar het buitenland op vakantie. Na maanden van een complete stop aan schaaktornooien, merk ik dat steeds meer clubs een (kleinschalige) competitie opstarten. M.a.w. steeds meer mensen nemen steeds grotere risico's en dat zien we de laatste paar maanden ook in het aantal besmettingen.

Hoe je het ook draait of keert, fysiek schaken is niet zonder risico's. Het Belgisch kampioenschap in Brugge mag dan wel goed zijn verlopen zonder besmettingen, de recente uitbraak na de Spaanse ploegencompetitie laat verstaan dat zelfs het nemen van een resem hygiëne-maatregelen zoals mondmaskers, gels,... geen garantie biedt op 100% veiligheid. Het blijft vandaag gissen over welke risico's er exact zijn. Elk contact vermijden blijft de enige echte regel die ons absoluut beschermt. Niet verwonderlijk stapten daarom vele deelnemers uit het Spaans individueel kampioenschap  (dat net volgde op de Spaanse ploegencompetitie) ondanks dat de autoriteiten claimden dat het gevaar onder controle was.

Zelf heb ik mij ook lang gehouden aan elk contact te vermijden. De angst zat er bij mij zeker in om ziek te worden. Echter langzaam begon ook het gemis steeds meer te knagen. In de eerste maanden viel het nog mee omdat ik de massa vrijgekomen tijd gemakkelijk kon invullen met andere activiteiten maar dit werd steeds moeilijker. Je kan je huis niet blijven opruimen en mijn tuin had er nog nooit zo verzorgd uit gezien. Aan mijn partijen van Cappelle La Grande spendeerde ik 2 maanden analyse maar op een bepaald moment is dat vaatje ook leeg gedronken. Mijn huisgenoten had ik Catan, Rummikub en Risk aangeleerd maar na een tijdje hadden ze er genoeg van om boksbal voor mij te zijn. Om het even welk spel ben ik fanatiek in en het is uiteraard niet leuk wanneer ik als enige online mezelf allerlei gevorderde technieken aanleer waardoor ik bijna alles win.

In mijn artikel online schaaktornooien gaf ik nog mee dat ik mezelf dan maar steeds meer begon toe te leggen op online schaken maar dat was slechts een doekje voor het bloeden. Steeds vaker had ik geen idee wat te doen met de vrije tijd. Gemakshalve stortte ik mezelf daarom maar op mijn werk. Ik nam geen verlof en werkte extra lange dagen om de vrije tijd te beperken tot ik gecontacteerd werd dat ik nu toch echt wel mijn vakantieplanning moest doorgeven. Mijn oorspronkelijke bedoeling was elke verlof uit te stellen tot wanneer de coronacrisis zou bezworen zijn maar dit bleek dus niet haalbaar te zijn.

6 weken verlof had ik nog staan dus ik moest een aantal weken dringend opnemen maar een staycation dicht bij de deur zag ik helemaal niet zitten. Uiteindelijk hakte ik de knoop door. Mijn angst voor het coronavirus zou mij niet langer bepalen wat ik wel of niet zou doen. Schaken maakt mij gelukkig en daarvoor ben ik bereid om risico's te nemen. Een schaaktornooi moest en zou ik vinden en dus ging ik op zoek. 

Het Belgisch kampioenschap in Brugge was de meest voor de hand liggende keuze maar zoals ik in het vorig artikel al aangaf is spelen met mondmasker voor mij geen optie. Echter veel alternatieven bestaan er niet in corona-tijden en al zeker niet zonder mondmasker. Ik stelde al snel vast dat er in de buurlanden Nederland, Duitsland, Frankrijk voor mij niets was. Noodgedwongen zocht ik verder. Ik overwoog tornooien in Zwitserland en Oostenrijk maar mijn oog viel uiteindelijk op een tornooi in Tsjechië (Praag): 9 ronden standaard schaken (tempo interclub) met speelzaal in het hotel waren we konden verblijven. Er was geen verplichting van mondmaskers. 1000 km dus nog net te doen met de auto (vliegtuig met mondmasker zag ik niet zitten),  2 speelgroepen volgens rating waardoor mijn kinderen ook zeker leuke tegenstand zouden kunnen krijgen. Na enig aarzelen hapte ik toe maar ik besefte tezelfdertijd ook dat er geen garanties waren.

Dat laatste werd snel duidelijk toen de tweede corona-golf begon. Elke dag naarmate we dichterbij het tornooi kwamen, werd de situatie onduidelijker en complexer. Tot de laatste minuut was ik aan het twijfelen om de stekker uit het avontuur te trekken en wellicht had dat elke redelijk persoon ook al lang gedaan want het avontuur waarin ik ons gezin stortte, grensde dan ook aan het onwaarschijnlijke.

Vooreerst werd Praag al snel zone oranje dus veel corona-besmettingen maar nog net niet genoeg om reizen te verbieden. Vervolgens werd Antwerpen getroffen door een zeer snel stijgend aantal corona-besmettingen. Voor Nederland werden we zelfs zone rood dus verboden terrein. Een week voor het tornooi kondigde dan de Tsjechische regering plots aan dat voor alle binnen-evenementen met meer dan 100 deelnemers men verplicht een mondmasker zou moeten dragen. Dat zag ik uiteraard niet zitten en dus contacteerde ik de organisatie om onze deelname te annuleren (op dat moment zaten ze al aan 250 deelnemers) maar zij stelden mij gerust dat die regelgeving niet van toepassing zou zijn tijdens het tornooi. Schaken wordt in tegenstelling tot in België als sport gezien in Tsjechië en sporters zijn vrijgesteld van mondmasker tijdens het uitoefenen van hun sport. Ik moest hen vertrouwen op hun woord dus comfortabel voelde ik mij niet meer (onnodig bleek achteraf).

Echter de grootste tegenslag gebeurde 2 dagen voor ons vertrek. Mijn echtgenote werd ziek en zat te snotteren met lichte koorts. Dus beslisten we om onmiddellijk een coronatest te laten uitvoeren. Hierbij werd ons gevraagd om met de rest van het gezin ook onmiddellijk in quarantaine te gaan tenminste tot we zeker waren dat de test negatief was. Echter de vrijdag van vertrek was het resultaat nog steeds niet beschikbaar en langer wachten zou betekenen dat we tenminste de start van het tornooi zouden missen. Tja dan mis je de start van het tornooi zou je veronderstellen maar dan hou je geen rekening met het creatieve denken van een fanatieke schaker. Ik overtuigde mijn vrouw dat ik alleen kon vetrekken samen met de kinderen en dat zij dan onderweg van thuis het resultaat van haar test zou doorbellen. Mits we in de auto zouden zitten al die tijd, was er geen risico voor anderen. Dit betekende ook dat indien de test positief zou zijn dat we onmiddellijk zouden terugkeren en het avontuur voorbij zou zijn.

Maar enkele uren na ons vertrek kwam dan gelukkig het verlossende bericht dat het een gewone verkoudheid betrof van mijn echtgenote en dus geen corona. Als Russische heeft ze niet de immuniteit tegen ons klimaat waardoor ze elk jaar meerdere keren ten prooi valt aan verkoudheden. Uitzieken is dan altijd de boodschap maar dat betekende dus wel dat ik er alleen voor stond een hele week in Tsjechië met de kinderen. Mocht het gedoe met de coronatest er niet zijn geweest dan had ik zeker nog een andere volwassen (schaker) uitgenodigd want uiteindelijk was alles al gereserveerd.

Alsof dit al niet genoeg was, kwam een dag voor het vertrek plots ook het bericht dat Duitsland van Belgen uit de provincie Antwerpen eist dat ze een negatieve coronatest kunnen voorleggen of 14 dagen in quarantaine gaan. Nu had ik om de reis meer dragelijk te maken op voorhand een stop gepland met overnachting in de prachtige Duitse stad Dresden (op 150km van Praag) om dan de volgende ochtend rustig de laatste kms te doen. Echter 24 uren voor vertrek krijg je zulke test onmogelijk nog georganiseerd. Ik belde het hotel op waar we zouden verblijven maar die hadden nog niets gehoord van de zonet aangepaste wetgeving. Ja maar dat zou wel eens anders kunnen zijn wanneer ik een dag later voor hun deur zou staan. Ach dat risico kon er nog wel bij, dacht ik en in het slechtste geval zouden we dan maar moeten overnachten in de auto.

Gelukkig hoefde de soep niet zo heet te worden opgedronken als ze werd voorgeschoteld. In Dresden maakte niemand een probleem van onze euros zodat we een gezellige eerste dag van onze schaakvakantie er konden afronden met ons drietjes. De volgende dag bij het ochtendkrieken waren we al op weg naar Praag. Het volgend obstakel was het Tsjechisch wegenvignette want dat moest ik ook nog snel op de kop tikken om boetes te vermijden. Dit lukte in het eerste tankstation over de Tsjechische grens maar niet zonder slag of stoot want Tsjechisch spreek ik niet en mijn erbarmelijk Duits werd aanvankelijk slecht begrepen.

De resterende 100km verliep vlotjes dankzij mijn gps en enkel ter plaatste was het nog even uitzoeken waar ik mijn auto veilig zou kunnen parkeren. Eenmaal dat achter de rug konden we dan eindelijk ons aanmelden voor het tornooi en het hotel (zelfde locatie dus). Een vriendelijke man hielp ons in het Engels en stelde ons gerust dat alles in orde was met de kamers en de inschrijving. Nog even uitrusten op de kamer en om 16 uur konden we opnieuw echt schaken. Met meer dan 300 spelers (50% meer dan vorig jaar) waren we. Zelfs een +2600 elo-speler deed mee ondanks een eerste prijs slechts van 500 euro (en die hij zelfs niet gewonnen heeft). Ik ben duidelijk niet de enige die klassiek bordschaken erg gemist heeft in de voorbije maanden.

9 ronden “echt” schaken. Ik heb er elke minuut weer van genoten en rondom mij zag ik dat velen er zo over nadachten. Het viel mij ook op dat er heel veel jeugd aanwezig was, meer dan eerdere tornooien waaraan ik deelnam. Ik vermoed dat corona ook hier deels verantwoordelijk voor was want jeugd wordt nu eenmaal als meer corona-bestendig beschouwd. In elk geval was het voor het eerst dat ik mezelf als een oudje beschouwde. 7 van mijn 9 tegenstanders waren veel jonger dan ik: 12 jaar, 13 jaar, 14 jaar,…. Trouwens die jonge spelertjes hadden allemaal ratings tussen 2000 en 2100 en hadden al diverse jeugdtitels op zak. Je hoort het al dat het niet het tornooi was om te hopen op ratingwinst maar dat kon bij mij de pret absoluut niet drukken.

Trouwens tegen de 3 jongste scoorde ik 2,5/3 dus de 20 fide-elo die ik verloor had eerder te maken met het feit dat ik vaak te traag speelde (typisch voor mij na maanden geen klassieke partijen gespeeld te hebben) en ook het feit dat ik in elk van mijn 9 partijen met nieuwe openingen te maken kreeg. Zeker in 4 partijen kwam ik met een verloren positie uit de opening en kon ik enkel trachten ratingverlies te beperken soms door tactische remisevoorstellen.

Ik heb in elk geval nu weer voor vele weken plezier thuis aan analyses die ik kan maken want zulk tornooi spelen gaat voor mij veel verder dan enkel de tijd die je aan het bord zit. Bovendien ook ter plaatse namen we zeker de tijd om ook het prachtig centrum van Praag te bezoeken. Hierbij zagen we ook een pluspunt van de coronacrisis want het was er overal erg kalm. Het moet al een eeuwigheid zijn geleden dat je in volle zomervakantie overdag nog zo weinig volk voor de beroemde astronomische klok kon vinden in hartje centrum van Praag.
Daarnaast is het Madame Tussauds- museum in Praag ook een aanrader om met kinderen te bezoeken. De poppen zijn levensecht en volgens bezoekers van andere Madama Tussaud-museums van bijzonder goede kwaliteit. Af en toe moest ik wel een woordje uitleg geven aan mijn kinderen want bepaalde sterren zijn natuurlijk van voor hun tijd.
Freddie maakte geen probleem van mijn anti-corona-pose.
Een tornooi zelf spelen en ook nog voor 2 kinderen zorgen is geen sinecure maar het lukte. Warme maaltijden waren te verkrijgen in het restaurant van het hotel en mijn kinderen vonden die gelukkig ok. Daarnaast was er een supermarkt op een paar honderd meter van het hotel waar we heel goedkoop allerlei extraatjes konden kopen.

Voor de terugreis besliste ik wel wijselijk om niet meer te stoppen in Duitsland. Ik had graag nog Leipzig bezocht maar ik vermoedde dat men een week na de nieuwe wetgeving strenger zou zijn op Belgen uit de provincie Antwerpen. Ik heb ook geen enkele Belg gezien onderweg toen we terugkeerden. In een kleine 9 uren later waren we terug thuis vanuit Praag dank aan de Duitse snelwegen.

Eenmaal thuis contacteerde ik onmiddellijk onze huisarts om een coronatest te laten doen. Dit is geen verplichting voor Praag maar gezien het hoog-risico door het spelen in een zaal met meer dan 300 spelers zonder mondmasker, vond ik dit toch absoluut noodzakelijk (mijn angst was zeker nog niet verdwenen). Wij gaven weliswaar geen hand aan onze tegenstanders en zetten altijd een mondmasker op als we niet speelden maar de overgrote meerderheid trok zich niets aan van corona. Dit werd extra in de verf gezet door mijn tegenstander van de 4de ronde. Een jonge gespierde man met tatoeages gaf mij net geen dreun op mijn gezicht toen ik weigerde bij aanvang van de partij hem een hand te geven.
3 dagen na de test (niet echt aangenaam met een stok diep in je neus) kregen we gelukkig negatief voor ons allen terug. Er werd ons wel gevraagd om contacten nog voor 2 weken te vermijden omdat zulke testen geen absolute zekerheid geven. Die periode is ondertussen voorbij dus de schaakmicrobe heeft gewonnen van het coronavirus. Echter ik snap ook dat het volgende keer andersom kan zijn. Een aanrader kan ik dus dit avontuur niet noemen want je moet zonder twijfel een heel fanatieke schaker zijn om er uberhaupt aan te beginnen. Ik ben dan ook vooral dankbaar dat ik dit hier kan vertellen. Alhoewel dit avontuur mij geweldig veel plezier verschafte, zal ik het enkel opzoeken bij gebrek aan een beter en veiliger alternatief.

Brabo

donderdag 3 september 2020

De schaakmicrobe deel 2

In België is er vandaag geen plaats voor het schaken en dan bedoel ik natuurlijk fysiek schaken aan een bord. Dat is de conclusie die ik maak nu het al 6 maanden tornooi-afzeggingen regent en het er naar uit ziet dat er nog lang geen opklaringen op komst zijn. Het verslag van de voorbije algemene bondsvergadering blijft op zich wachten maar eigenlijk weten we al de uitkomst. Er wordt niet geschaakt tot er een goedwerkend vaccin voor iedereen beschikbaar zal zijn en dat betekent dus dat we misschien wel nog x jaren zullen moeten wachten.

De overgrote meerderheid van de (Belgische) schakers ligt er niet wakker van. Als je echt wilt schaken, zijn er talloze mogelijkheden online die zowel goedkoper zijn als organisatorisch gemakkelijker. De meesten vinden het ook totaal absurd om je leven te riskeren voor een spelletje. Trouwens tijdens de 2de wereldoorlog werd ook nauwelijks of niet geschaakt gedurende meerdere jaren en daarna werd weer snel de draad opgepikt. Een succesvolle comeback hebben al talloze schakers in het verleden gemaakt zie bijvoorbeeld sterke Jan die na decennia werken als topprioriteit alsnog erin slaagde om internationaal meester te worden eenmaal hij gepensioneerd was.

Desalniettemin vrees ik dat we ook een groot risico nemen voor het Belgisch schaken als we gewoon wachten op het vaccin. Nu al hoor ik dat er veel spelers hun lidmaatschap niet meer vernieuwen. Waarom zou je ook als je toch niet kunt spelen en er niets gepland staat. De maatschappij is vandaag ook totaal anders dan net na de 2de wereldoorlog dus herstel zou wel eens veel langer kunnen duren of zelfs helemaal nooit meer hetzelfde niveau als voorheen kunnen bereiken. Tenslotte denk ik aan de kleine groep schakers die echt de schaakmicrobe goed te pakken hebben. Wat als schaken je leven is?
leuke artikels met o.a. dit soort schaak-logos kan je aankopen op de website
https://shop.spreadshirt.nl/chesstshirts/collections
gecreëerd door Patrick Verrijssen (ex-speler bij mijn club Deurne)
Die mensen staan vandaag in de kou. Slechts 1 lichtpuntje was er afgelopen maanden met de organisatie van een beperkt Belgisch kampioenschap in Brugge. Mits het naleven van een resem corona-regels was het de enige mogelijkheid in België om officiële partijen te spelen en zelfs dan ging dit recht tegen de publieke opinie in. Dit werd bijvoorbeeld duidelijk toen 2 TV-reportages vrt en focus-wtv werden gemaakt van het voorbije BK. Ik las achteraf op brugsemeesters.be maar ook in de meeste recente Vlaanderen Schaak Digitaal dat men erg blij was met eindelijk persbelangstelling voor het schaken maar dat is op zijn minst heel naïef. In de reportages draaide alles om corona en niet de schaakresultaten (vandaar ook dat men bij de start van het tornooi er was). M.a.w. het ging vooral om het ontdekken wie de zotten waren die hun leven op spel zetten (ondanks alle genomen maatregelen) voor een spelletje waarvan de computer toch al lang aangetoond heeft dat mensen er niets van bakken (opnieuw kwam de vergelijking met lopen/ auto er aan te pas).

Je moet echt wel zot zijn om en mondmaksers hele dagen te dragen, en bereid zijn om uren op je stoel vastgekluisterd te zitten en toelaten dat een scanner je lichaamstemperatuur meet en.... allemaal voor een spelletje waar er voor de meesten geen euro mee te verdienen valt. Volgend jaar verwacht ik die tv-ploegen niet meer. Anderzijds toont het ook aan wat voor fenomenale prestatie het was om uberhaupt het BK georganiseerd te krijgen. De Brugse ploeg mag dan ook heel terecht trots zijn op het fantastische werk dat men geleverd heeft. Dankbaarheid overheerste uiteraard bij de deelnemers om in deze uitzonderlijke tijden eindelijk nog eens te kunnen "normaal" schaken.

De vraag die ik dan ook regelmatig krijg is waarom ik als een van de grootste Belgische schaakzotten er niet aanwezig was. Iemand die al jaren een schaakblog onderhoudt en die dus zonder twijfel talloze uren aan het schaken spendeert, mag toch niet afwezig zijn op het (enige) tornooi van het jaar. Waarom speelde ik niet mee? Ik heb het zeker overwogen. Vooreerst wou ik niet toehappen omdat de website aangaf dat de regels op elk moment konden worden aangepast. Je kan dan natuurlijk gewoon inschrijven en op het laatste moment afhaken zoals blijkbaar heel wat spelers gedaan hebben (als ik vergelijk met de finale deelnemerslijst en de eerste versies) maar dat vind ik persoonlijk flauw. Ik ben wellicht ouderwets maar een gegeven woord is voor mij nog altijd belangrijk.

We weten ondertussen dat de regels diverse keren zijn aangepast. Aanvankelijk zou op 2 borden per partij worden gespeeld. Daarna werd dit veranderd naar 1 bord. Vervolgens kwamen mondmaskers erbij. De open werd gesplitst in 2 groepen met 2 verschillende starturen. Het maximum toegelaten aantal deelnemers veranderde meermaals. Enz... Ik snap best de noodzakelijkheid van dit alles maar ik snap ook dat weinigen hiermee konden akkoord gaan.  Uiteindelijk speelden slechts enkele % van de Belgische schakers mee ondanks er geen alternatieven zijn. Persoonlijk voor mij waren de mondmaskers de finale doodsteek. Ik heb al decennia last van huidproblemen waarvoor ik al meerdere dermatologen gecontacteerd heb en dan is voor mij het dragen van een mondmasker een hel (zonder te spreken van mijn brilglazen die steeds bedampen). Ik probeer dan ook de plaatsen tot een absoluut minimum te beperken waar een mondmasker verplicht is.

Ik kreeg achteraf ook nog de vraag of ik eens geprobeerd heb om te experimenteren met diverse mondmaskers om te zien of er 1 tussen zat die geen allergische huidreactie veroorzaakte bij mij. Jawel dat heb ik zeker gedaan. Ik heb er een heleboel getest en daarvoor zelfs speciaal online bestellingen gemaakt. Je mag jezelf niet te ernstig nemen dus jullie mogen allemaal eens goed lachen met onderstaande foto's. Elke foto werd genomen door mijn assistente Evelien tijdens of net na het spelen van enkele partijtjes (met tijdshandicap) tegen mijn zoon Hugo.
Links zien we een chirurgisch mondmasker. Het levert een zekere bescherming maar wordt niet gebruikt in het ziekenhuis bij coronapatienten daar het absoluut onvoldoende bescherming oplevert. Daarnaast is het zeker ook oncomfortabel om lange tijd te dragen.

Rechts zien we een meer comfortabele stofmasker. Deze verkies ik wanneer ik op plaatsen moet komen als een mondmasker verplicht is maar het levert minder bescherming dan de eerste. Na een uur dragen krijg ik ook bij dit masker huidirritaties.

Links zien we het gezichtsscherm. Dit levert bij mij geen problemen op voor de huid maar wordt op veel plaatsen niet aanvaard als alternatief voor het mondmasker. O.a. op school bij mijn dochter wordt dit geweigerd. In Duitsland zag ik dan wel dat het als een volwaardig alternatief beschouwd wordt. Tenslotte wil ik ook opmerken dat de zichtbaarheid door dit scherm niet ideaal is. Het is alsof je plots een bril nodig hebt want je ziet niet meer scherp. Ik heb niet gevraagd aan de Brugse organisatie of dit voor hen aanvaardbaar zou zijn maar ik vrees van niet.

Rechts zien we een FFP2-mondmasker en degene die officieel wordt gebruikt in ziekenhuizen met coronapatienten. Deze levert de beste bescherming van de 4 maar je mag niet vergeten dat in ziekenhuizen men dit nog combineert met o.a. het gezichtsscherm, handschoenen,.... Het is dus een utopie om te denken dat je als je alleen dit draagt niet besmet kunt geraken wanneer je een lange partij over meerdere uren speelt op 1 bord met een persoon die al geïnfecteerd is door corona. Ik beschouw het masker tenslotte ook minder comfortabel daar het iets harder drukt op de huid.

Ik heb er nog enkele andere getest maar jullie hebben genoeg gelachen. Veel verschillen waren er soms ook niet tussen de mondmaskers alhoewel ik op foto's van het BK enkele heel originele exemplaren zag. In elk geval ik heb beslist voor mezelf dat ik niet zou spelen met mondmasker. Het is te irritant waardoor het mijn spelplezier vergalt. Ik vermoed trouwens ook dat het mijn spelniveau niet ten goede zou komen. Ik kan mij bovendien niet van de indruk ontdoen dat er op het BK wel meerdere last hadden hiervan want sommige fouten vond ik voor sommige spelers onverklaarbaar.

Veel deelnemers hadden maanden niet meer gespeeld en inactiviteit is sowieso nefast voor het spelniveau. Dit werd o.a. toevallig aangekaart in de laatste VSD door de Belgische FM Arno Sterck die als laagst gekwoteerde speler beslag nam op zowel de 2de plaats in het eindklassement als een tweede internationaal meester norm behaalde. Hij was een van de enige die relatief actief was gebleven door online de schaarse tornooien mee te spelen met een langzame tijdscontrole. Anderzijds sommige blunders blijven zeer vreemd en dan zou ik toch eerder kijken naar het effect van de mondmaskers.

Uiteindelijk won de hoogst gekwoteerde speler de Belgische grootmeester Alexander Dgebuadze verdiend zijn 5de (?) Belgische titel. Voor mij springt zijn overwinning op de Belgische IM Steven Geirnaert het meest er uit. Met het heel rustige 4.a3 verlaat Alexander heel snel de theoretische paden wat zeker verstandig is tegen Steven maar dat betekent niet dat je daarom een rustige partij krijgt. Net als in eerdere partijen offert Alexander (24.e6). Het is objectief niet altijd het beste maar praktisch erg lastig om aan het bord correct te pareren.
De toekomst ziet er mager uit. Interclub, Open Leuven,... zijn allemaal al afgeschaft. Sommigen hopen dat het model van Brugge gekopieerd kan worden maar ik acht heel weinig clubs in staat om dit huzarenstukje klaar te krijgen. Hiervoor ontbreekt bij de meeste clubs financiële middelen en vrijwilligers. Een Belgisch jeugdkampioenschap lijkt alleen nog online een mogelijkheid. Ik zie nog op lokaal vlak enkele kleine initiatieven zoals aangepaste klubkampioenschappen maar ik betwijfel sterk of daarvoor goedkeuring is gekregen van de overheid. Soms is het ook best om bepaalde zaken niet te vertellen of er gebeurt niets meer.

Tenslotte is het mij onduidelijk of er vandaag nu een mondmaskerplicht geldt voor schaken in België of niet. De Bond geeft het als richtlijn mee maar verplicht men de clubs nu om dit toe te passen? Ik zie dat clubs voor 2 snelheden kiezen. Met ratingverwerking zie ik meer en meer clubs kiezen om een mondmasker te verplichten want die partijen vallen onder de jurisdictie van de bond. Echter zonder ratingverwerking dus bijvoorbeeld losse blitzpartijtjes worden beschouwd buiten de jurisdictie van de bond waardoor mondmaskers veelal niet worden gedragen. Opnieuw wat niet gezien wordt, kan niet worden aangeklaagd. In elk geval lijkt het erop dat de kans klein is dat ik in de nabije toekomst nog in België (fysiek aan een bord) zal schaken.

Brabo