donderdag 20 februari 2020

15. Ronald "Ronny" Weemaes

15. Ronald "Ronny" Weemaes

 (31 augustus 1955, België – 2 augustus 2018, Kruibeke)


Ronny Weemaes was één van de beste Belgen van midden jaren 70 tot circa 2010. Hij was een natuurtalent – het schaken “zat” in hem, en als junior was hij al Belgische top: in 1969 werd hij NK bij de kadetten in Bredene. Hij won daarna nog de volgende nationale kampioenstitels: kampioen bij de scholieren in Sint-Niklaas 1971, bij de juniors in Menen 1972, bij de juniors snelschaken van 1975. Bij de senioren won hij tussen 1974 en 1983 alle zes NK’s blitz die in die periode werden georganiseerd. Nationaal kampioen in Oostende 1977 en in Sint-Niklaas 1981 (ex-aequo met Meulders).

Daarnaast was hij ook éénmaal NK probleemoplossen en tweemaal NK doorgeefschaak met Eddy Vanderbeken. Vooral die laatste twee titels zorgen ervoor dat zijn repertoire qua “volledigheid” moeilijk geëvenaard zal worden.

Zijn IM-titel behaalde hij dankzij normen in drie zware tornooien: in Dubai 1986, het open tornooi van Luik in 1987, en Thessaloniki 1988, waar hij brons haalde op het vierde bord (+6, =2, -1). Hij speelde zeven olympiades mee tussen 1982 en 1996 en behaalde een goede +24, =27, -13 of 58,6%. In 1982 en 1984 had hij bord 1 en zelfs op dat zware bord behaalde hij telkens circa 55%. Zelf was hij ook trots op zijn prestatie in Moskou 1994, waar hij 50% scoorde tegen grootmeesters, waaronder een remise tegen Jonathan Speelman, die in die periode dicht tegen de wereldtop aan zat.

In 1982 speelde hij met de KGSRL mee in het EK Teams en behaalde ook daar een plusscore (2,5/4), maar het team werd uitgeschakeld in de achtste finales door Sporting Lissabon. Met de KGSRL zou hij zes keer interclubkampioen worden. Hij was trouwens de tweede winnaar van het open tornooi van Gent in 1979 (85 deelnemers). Daarnaast won hij de open tornooien van Rennes, Bethune en Leuven. Ook boekte hij een hele lijst aan ereplaatsen in andere open tornooien: Badalona, Biel, Le Touquet, Bar-Le-Duc, Val Thorens, Avoine, Sas Van Gent en de open van Gent zelf natuurlijk.
Buiten de landsgrenzen werd hij nog eens kampioen van Rotterdam snelschaken en vice-kampioen van Nederland. In Frankrijk lukte hem deze stunt eveneens, door tweede te eindigen in een open NK blitz.

Nog in 1993, 2006, 2008 en 2009 veroverde hij de beker in Deurne; in 2003 was hij verliezend finalist tegen Daniël Sadkwoski. Een overzicht van zijn schaakloopbaan gaf hij op zijn eigen website.
Hij werkte bij General Motors, maar een actieve pensioencarrière als schaker zat er niet in; zijn oude vader wou hem dichtbij hebben en hijzelf had toch niets meer te bewijzen. Jammer genoeg kon hij ook van dit leven niet te lang genieten: begin 2011 kreeg hij een zware hersenbloeding, waarna hij zes weken in coma lag. Daarna had hij veel van zijn fysieke en mentale mogelijkheden verloren en was zijn schaakcarrière, maar ook zijn sociale leven voorgoed voorbij. Zijn laatste jaren bracht hij door in het woonzorg-centrum Wissekerke in Kruibeke, waar hij in de zomer van 2018 overleed.



Bronnen:
·       http://www.swa-hoymans.be/Schaakclub/historiek.htm# Opel Belgium Schaakclub: onder historiek staan enkele biografische schetsen uit Ronny’s schaakleven (de site is tevens bron van de foto’s)

HK5000

dinsdag 11 februari 2020

De expert deel 3

In 2013 schreef ik al op deze blog dat het Hollands een dubieuze opening is omdat wit een heel ruime keuze heeft aan mogelijkheden om zwart het vuur aan de schenen te leggen zie een hollands gambietje deel 2. Ik bedoelde hiermee niet dat de opening theoretisch weerlegd is. Wit heeft enkel veel meer opties t.o.v. meer solide openingen om zwart serieus te testen waardoor de zwartspeler extra veel erg verschillende type stellingen moet studeren.

Echter vorige maand schreef Sim Maerevoet in ideeën deel 2 dat er meerdere systemen zijn tegen het Hollands die voordeel geven dus de opening echt wel weerleggen. Het is enkel een kwestie van studie om zwart in verlegenheid te kunnen brengen. Spijtig genoeg ben ik steeds meer overtuigd dat Sim gelijk heeft. De laatste maanden heb ik bijna niets anders gedaan dan gaten te repareren in het Hollands. Vooral sedert ik begonnen ben met het analyseren met de nieuwe engine lc0 zijn tal van nieuwe hardnekkige problemen opgedoken in het Hollands. Lc0 maakt voortdurend brandhout van mijn oude analyses die varianten als speelbaar beschouwden.

Het lijkt mij een kwestie van tijd dat ik de pijp aan maarten zal geven. Trouwens ondanks Sim vertelde dat hij nog niet Lc0 gebruikt, hoorde ik wel al dat vele andere sterke schakers op de trein zijn gesprongen. Computers worden autonoom is recent duidelijk in een hogere snelheid geraakt. Bij het Hollands staat dus het water aan de lippen. Andere openingen zijn er al erger aan toe en zijn ondertussen kopje onder gegaan. In de vorige interclubronde kloeg de Belgische FM Frederic Verduyn over het bankrupt van het schaken door de computers. Ik wil niet doemdenken maar we zullen moeten aanpassen of (veel) elo verliezen.

Dit kan betekenen andere openingen spelen maar ook simpel tornooien kiezen waarbij je voorbereidingen veel minder hoeft te vrezen. Bovendien merk ik op dat steeds vaker tornooien met standaardschaak kiezen om het aantal speeldagen te beperken en dus meerdere partijen per dag te laten spelen. De tijd die je krijgt om iets voor te bereiden wordt hierdoor tot een minimum gereduceerd. Zo werden de paringen van de beslissende laatste ronde van Open Leuven 2019 minder dan een half uur vooraf aangekondigd waardoor van een serieuze voorbereiding helemaal geen sprake was.

Dit aspect komt nog veel meer tot uiting in rapid of blitz-tornooien. Op een enkeling na bereidt niemand zich specifiek voor op een speler. Daar is het dus veel makkelijker om weg te komen met een dubieuze opening. Sim antwoordde mij laatst dat een voordeel van het Hollands is dat het makkelijk speelt voor zwart maar daar ben ik het helemaal niet eens mee. Ik heb in de eerste jaren met het Hollands meerdere miniatuurtjes (minder dan 20 zetten) verloren met zwart. Echter na 25 jaar onafgebroken Hollands spelen heb je natuurlijk een enorme berg ervaring opgebouwd. Dit viel mij ook op de voorbije 2 jaren in de rapidtornooien die ik meespeelde. In die tornooien speelde ik uitsluitend het Hollands als ik de kans kreeg. Ik verloor er slechts 1 keer mee en won er talloze partijen mee o.a. zelfs van IM Tom Piceu, FM Sim Maerevoet, FM Warre De Waele, FM Sterre Dauw (mijn leerling is me zonet op de fide-elolijst voorbij gegaan)....

In deel 1 en deel 2 toonde ik aan dat het vandaag praktisch onmogelijk is geworden om te wedijveren met voorbereidingen van spelers als je enkel specialiseert in 1 opening. In dit artikel wil ik eens de andere kant tonen en dat een openingsexpert zijn soms voordelen oplevert tot ver in het middenspel/ eindspel. De pionstructuur speelt hierbij een grote rol maar ook het kennen van bepaalde stukken-maneuvers is erg nuttig zoals Sim al in zijn meest recente artikel opmerkte. Onderstaande koningsaanval tegen de Draak is wellicht 1 van de meest bekende opening/middenspel-thema's maar toch kom je soms nog spelers tegen die elke ervaring missen.
Na de partij vond ik in de database terug dat exact dezelfde partij nog minstens 2 keer gespeeld werd. 

Aan de tegenovergestelde kant van bekende thema's is wellicht onderstaand voorbeeld dat ik ontdekte tijdens het analyseren van mijn partij tegen Jan Rogiers en die ik integraal al publiceerde op deze blog zie the hyper modern french.
In het rapidtornooi van Gent (24 november 2019) miste ik de kans niet om hetzelfde uiterst merkwaardig thema uit te voeren in een partij tegen Robert Decruyenaere. We spelen dezelfde opening maar een iets andere variant. Echter het thema komt zo laat in de partij en de posities zijn zo verschillend dat ik mij afvraag of het puur toeval is. Ik vermoed daarom dat het thema al ook met totaal andere openingen is voorgekomen. De lezers kunnen het in een reactie vertellen.
Ervaring in openingen bestaat dus in diverse vormen. Ik overdrijf zeker niet dat je na +25 jaar Hollands spelen veel meer weet dan enkel de openingszetjes in het Hollands. Net daarom vind ik het dan ook zo lastig om het Hollands over boord te gooien. Ik schreef eerder in dit artikel dat het een kwestie van tijd is maar na +25 jaar heb ik geen haast. Onze nationale jeugdleider Arben Dardha vertelt in een recent interview over zijn zoon Daniel dat tijd kostbaar is. De tijd tikt inderdaad heel snel voor onze jeugd en eenmaal ze volwassen zijn, wordt het veel moeilijker om nog grote sprongen voorwaarts te maken. Dit is voor mij als 43 jarige natuurlijk veel minder of helemaal niet van tel. Er zijn nog een aantal varianten in het Hollands die ik wens nader te bestuderen en pas daarna zal ik in het reine zijn om het dikke boek te sluiten.

Brabo

dinsdag 4 februari 2020

Vakantie deel 6

Als je enkele leuke kampen wilt versieren voor je kinderen deze zomer moet je er niet alleen erg vroeg bij zijn maar moet je ook nog heel snel zijn. Elk jaar kom je dezelfde titels tegen : zomerkamp boeken bijna net zo moeilijk als ticket voor tomorrowland dit is wat je moet weten voor stormloop dit weekend en al 3 op 4 kampen van kazou volzet. Dit zijn artikels die gepubliceerd werden begin januari.

Omdat we vorige jaren nooit zo vroeg onze vakantie planden, werden onze kinderen dan ook telkens in het verleden verplicht om een keuze te maken uit het resterende minder interessante aanbod van kampen. Kleine kinderen maken daar niet echt een probleem van maar kleine kinderen blijven niet klein. Nu ze tieners zijn, eisen ze terecht meer inspraak op de invulling van hun vrije tijd. Begin januari gaf ik hen dan ook de boodschap om niet te wachten met het maken van plannen voor deze zomer. Je moet nu al zoeken en informatie verzamelen.

Mijn zoon Hugo had onmiddellijk de knoop doorgehakt. Hij wou de grote vakantie alleen maar schaken. De laatste tijd heeft niet het coronavirus maar wel de schaakmicrobe hem opnieuw zo te pakken dat hij zelfs thuis herbegonnen is met te werken aan schaken. Hij had al eerder mij gezegd dat hij wou snel sterker worden als schaker maar tot voor kort dacht ik dat het bij loze woorden zou blijven. Echter op 1 januari besliste hij zelfstandig om dagelijks puzzels op chess.com te gaan oplossen en dat houdt hij ondertussen nog steeds vol. Daarnaast begon hij ook online te experimenteren met allerlei openingen. 2 weken geleden stelde hij plots ook voor om onze handicapwedstrijden te hervatten. In 2018 waren we gestopt bij 18 minuten tegen 1 minuut+15 seconden maar ik ondervond al snel dat dit niet meer werkte. Slechts bij de veel kleinere handicap van 10 tegen 2 minuten werd het opnieuw spannend. Zijn recente sprong naar +1700 elo was geen toeval en onze recente partijtjes doen vermoeden dat de rek er nog lang niet uit is.

Het is natuurlijk geweldig om te zien dat je eigen zoon vrijwillig kiest om dezelfde passie na te jagen. Het spreekt voor zich dat ik mezelf hiervoor graag wegcijfer maar ik bots hierbij spijtig tegen limieten. Ik had het nooit verwacht maar recent heb ik al enkele keren zijn uitnodigingen om thuis tegen hem te schaken geweigerd omdat ik ook andere taken heb zoals eten maken, boodschappen doen,... Ook voor deze zomer heb ik hem al duidelijk gemaakt dat ik niet in staat ben hem de hele zomer te laten deelnemen in schaaktornooien of schaakkampen.

Onbetaald verlof nemen is geen optie zeker in het huidige klimaat van werkonzekerheid en met schaken kan ik niet de rekeningen betalen. Hugo is zonet 11 jaar geworden en dat vind ik nog veel te jong om hem al belangrijke verantwoordelijkheid voor zichzelf te laten opnemen. Trouwens ik ben hierbij ook kieskeurig als het gaat om andere volwassenen te vertrouwen. Dit is geen overbodige luxe want schakers zijn vaak niet de meest sociale mensen. Zo kreeg ik vorig jaar net voor de start van een interclubronde een telefoontje dat er geen vervoer terug was voorzien voor mijn kinderen. Kan je inbeelden hoe ik mij voelde om te horen dat mijn kinderen van 10 en 12 jaar aan hun lot zouden worden overgelaten na een uitwedstrijd terwijl ik net zou beginnen te spelen meer dan 100 km verder? Je moet dan ook weten dat mijn echtgenote niet met de auto rijdt en openbaar vervoer op zondag bijzonder slecht is.

Ik ben overtuigd dat veel spelen cruciaal is voor de ontwikkeling zie o.a. hoeveel partijen moet ik spelen maar dat zal voorlopig onder strikte voorwaarden gebeuren. Dus als compromis vind ik Hugo de helft van de grote vakantie te laten schaken al een heel mooie uitdaging. Ook op vsf-bestuursniveau heeft men ondertussen begrepen dat veel spelen gestimuleerd moet worden. De participatie-reward is hierbij een leuk initiatief alhoewel het natuurlijk onmogelijk de gemaakte kosten recupereert.

Daarom ook dat ik meen dat dit geen spelers gemotiveerd heeft om extra tornooien te doen spelen. Voor 100 euro zal geen enkele ouder bereid zijn om meer tornooien te begeleiden. Dit betekent niet dat er geen groep jeugdspelers was die het afgelopen jaar een echte tour van tornooien hebben gespeeld. Nee zo beslisten een aantal tieners om er gewoon zonder ouders op uit te trekken. Ouders waren blij dat ze hun vrijheid hadden herwonnen. Tieners waren blij dat ze eindelijk konden doen wat ze zelf willen.  Ik zag dat ze geweldig veel fun hadden op de tornooien (getuige de plotse rage van de gekleurde kapsels).  Schaken met vrienden heb ik al eerder aangehaald als een succesformule.

Echter op sommige momenten moet plezier ook plaatsmaken voor verantwoordelijkheid en dat ging niet altijd van een leien dakje. Ik zag en hoorde dan ook meerdere schandaaltjes het voorbije jaar. Tijdens de meest recente open van Le Touquet maakten het sommigen zelfs zo bont dat we achteraf ons luidop de vraag stelden of dit misschien de reden was waarom voor volgend jaar de organisatie beslist had om het tornooi te laten doorgaan buiten de herfstvakantie. De Franse arbiters kregen het geweldig op hun heupen van het gekonkelfoes met elkaar tijdens de wedstrijden. Daarnaast leek het of vuilbakken onbekend zijn in België voor onze tieners.

Tijdens Open van Leuven sprak ik met enkele buitenlanders en ook zij waren hoogst verwonderd over hoe onze jeugd zich gedroeg tijdens het tornooi. Hun tieners worden altijd begeleid door hun ouders. Op hun tornooien zelfs met veel jeugdspelers is het steeds muisstil. Iedereen bereidt zich  voor op de wedstrijden en neemt zijn partijen 100% serieus. Kortom ik denk dat we best eens aandacht in de schaakles mogen schenken aan niet alleen het schaaktechnische maar ook aan normen en waarden.

Ja dit is typische praat voor iemand die een oude zak aan het worden is. Ik ben zeker aan het overdrijven want het is nog nooit zo goed gegaan met onze jeugd. Wel dan stel ik voor dat je eens het nieuwe huisreglement van het aankomende bjk leest op de officiële site van het bycoo. Ik heb daar niets mee te maken dus het werd volledig onafhankelijk geschreven. Trouwens ik vind het reglement zo absurd, grappig en tezelfdertijd droevig dat ik het integraal publiceer:

Houdhoudelijk reglement

versie: 15 december 2019
EEN SCHAKER DRAAGT ZELF ZIJN VERANTWOORDELIJKHEID!
  1. Dit reglement is van toepassing op het Belgisch Jeugdkampioenschap Schaken.
  2. In het algemeen geldt dat iedere speler – zoals in een schaakpartij – zelf verantwoordelijk is voor zijn handelingen; ingeval van een minderjarige is/zijn de ouders of zijn wettelijke vertegenwoordiger te allen tijde verantwoordelijk; zij dragen elke burgerlijke verantwoordelijkheid.
  3. Indien de ouders of wettelijke vertegenwoordiger die verantwoordelijkheid willen overdragen/delen aan een begeleider (van een club) betreft dit een overeenkomst tussen deze.
  4. Zoals het in een echte schaaktraditie past, wordt in geen enkel geval enige verantwoordelijkheid afgewenteld; zij wordt zeker niet overgedragen aan de organisator of één van diens vrijwilligers.
  5. Er wordt niet aanvaard dat een minderjarige zonder ouder, wettelijke vertegenwoordiger of begeleider aanwezig is of verblijft.
  6. De ouder(s), wettelijke vertegenwoordiger die in strijd met het bovenvermelde onder 5, de minderjarige achterlaat op dit kampioenschap, blijft verantwoordelijk.
  7. Er wordt door de organisatoren op voorhand te kennen gegeven dat er door hen op geen enkele manier toezicht uitgeoefend wordt op de minderjarigen uitgezonderd tijdens de duur van de effectief gespeelde schaakpartijen en nevenactiviteiten.
  8. Iedere ouder of wettelijke vertegenwoordiger wordt aangeraden duidelijke afspraken te maken met de (club)begeleider van het kind, indien hij/zij zelf niet aanwezig blijft om toezicht uit te oefenen op het kind.
  9. Verblijf: elke speler en zijn ouder(s), wettelijke vertegenwoordiger of begeleider is verantwoordelijk voor het logement; hij zal dit in goede staat onderhouden, zal zorg dragen voor de verblijfsaccommodatie en zal elke schade vergoeden die de verhuurder claimt, zonder daarin de organisatoren op welke manier dan ook te betrekken.
  10. Hetzelfde geldt voor de andere dan slaaplokalen, waaronder recreatieruimten, speellokalen, toernooizalen, enz...
  11. De begeleider van een speler wordt geacht actief het betrokken kind te begeleiden en preventief op te treden teneinde elk mogelijk schadegeval te vermijden; hij zal al het mogelijke doen om het kind nauwgezet te volgen en toezicht uit te oefenen.
De eerste keer dat ik de 11 puntjes had gelezen, viel ik bijna van mijn stoel. 11 punten die allemaal eigenlijk hetzelfde zeggen van hou je manieren. Komaan je klinkt echt wel wanhopig als organisator wanneer je zegt dat je verantwoordelijk bent als ouder/wettelijke vertegenwoordiger ook als je er niet bent terwijl er ook geëist wordt dat je er net wel altijd bent. Dat laat verstaan dat het vorig jaar totaal niet meer onder controle was en er ook dit jaar weer gevreesd wordt voor nieuwe schandalen.

Het zou uiteraard spijtig zijn dat we worden verdreven uit de toplokatie die we vandaag mogen gebruiken voor het bjk. Echter ik denk niet dat je met een goed verborgen huisreglement kunt garanderen dat het deze keer wel allemaal goed zal verlopen. In de eerste plaats moeten de ouders realiseren dat tieners over het algemeen nog onverantwoordelijk zijn om hen al alleen te laten meerdere dagen op verplaatsing. Ik heb makkelijk praten omdat ik zelf schaak en dus het begeleiden bijna automatisch gebeurt maar je kan nu eenmaal niet de verantwoordelijkheid doorschuiven aan een kind. Arbiters/ organisatoren spelen ook beter veel korter op de bal wanneer er wantoestanden ontstaan want anders worden de problemen alleen maar groter. Het is geen reclame voor een tornooi zoals op Open Brasschaat wanneer verantwoordelijke ouders eerst moeten klacht indienen vooraleer een arbiter gaat optreden.

Brabo

dinsdag 28 januari 2020

Ideeën deel 2

Ik had een maand geleden een artikel geschreven over welke partijen analyseren, omdat daar een paar positieve reacties op kwamen had ik wel zin om er nog 1 te schrijven. Veel mensen vroegen zich af wat ik juist bedoelde met openingsideeën maken waar ik naar verwees in het artikel welke partijen analyseren deel 3.

Dus in dit artikel ga ik mijn werkmethode en een paar geheime openingsideeën delen (stiekem toch niet geheim anders zou ik ze niet delen). Ik heb wel even getwijfeld of ik dit wel zou doen omdat brabo schreef in één van zijn artikels dat er veel geprepd wordt tegen hem met zijn blog. Daarom deel ik hieronder openingsideeën die ik zelf niet speel of die ik speelde maar ondertussen al niet meer. Ik maak een onderscheid tussen openingsideeën voor mezelf of openingsideeën als beginnende coach. 

Openingsideeën voor mezelf

Voor openingsideeën voor mezelf ben ik meestal op zoek naar een nieuw type soort stelling of toch een minder vaak gespeelde stelling door de tegenstander. Ik kijk hier dan vooral naar de pionnenstructuur maar soms ook als ze een ander stukken-manoeuvre moeten uitvoeren. Hieronder een voorbeeld om het duidelijk te maken. Ik heb het een beetje uitgewerkt zodat je het zou kunnen spelen mocht je geïnteresseerd zijn.  Het gaat dus over 6.Pd2 maar ik raad je aan om eerst de main line te bekijken om de opening een beetje te snappen. Zelf bekijk ik veel ruimer de main line dus misschien nog een tip om thuis te doen als je naar een manier zoekt om te verbeteren in de opening.
Zo een openingsidee komt niet zomaar uit de lucht vallen, vaak bekijk ik een ongeveer de 5de meest gespeelde zet op mijn chessbase 14.  Op de foto hieronder zie je hoe dit eruit ziet in Chessbase. In het linkerverster bovenaan krijg ik een lijst van de verschillende gespeelde zetten samen met populariteit en de score. Daaronder kan je onmiddellijk partijen van topgrootmeesters selecteren en die naspelen. In het bovenste rechtervenster krijg ik de engine-score van de 3 beste zetten.





Stellingen die ik leuk vind, bewaar ik om ze dieper te bekijken. Vaak begin ik mijn zoektocht zonder engine maar ik kijk het altijd na om te zien of het wel speelbaar is. Ik gebruik hierbij nog steeds stockfish 10 puur omdat ik leela nog niet gedownload heb. Het is soms 2 uur doorklikken voor ik een idee heb gevonden en dan moet ik het nog uitwerken. Soms bekijk ik gewoon partijen en kom ik zo ook iets interessants tegen. Belangrijk is wel dat als je zelf een heel repertoire gaat uitbouwen met uw eigen openingsideeën dat je let op de zetvolgorde en transposities naar andere openingen. Zo was ik niet altijd klaar om tegen de stonewall te spelen met verschillende soorten opstellingen. En moet je dus zien dat je tegen de verschillende zetvolgordes verschillende ideeën hebt of dat uw systeem stand houdt tegen de diverse zetvolgordes van de tegenstander. 1 van die slimme systemen is de triangel system waar zwart klaar is om de notenboom te spelen en als wit dit vermijdt kan kiezen voor de stonewall of de semi slav. Dit is natuurlijk uiterst lastig en bezorgt me extra werk. Ik zou natuurlijk kunnen ingaan op de notenboom maar dat is tegen mijn ideologie over openingen. Na wat zoeken ben ik op het volgende idee gekomen.

Openingsidee 2 gaat over 8. Db1 in de triangel, dit idee heb ik gevonden omdat ik zelf de triangel wou spelen en ik de noteboom structuur 1 van de meest interessante stellingen vind in het huidig schaken. Ik had me dan ook verdiept in zijvarianten vooral om de stelling beter te begrijpen. Mijn hoofdboek van de triangel gaf een heel lastige stelling voor zwart tegen 8.Db1 waarvan de engine ook niet goed wist wat er aan de hand was, dit vind ik enorm interessant omdat het maar een kleine zijlijn is.

Jammer genoeg heb ik met zwart niet genoeg speling om mijn openingsideeën prijs te geven. Maar als je op zoek bent naar goede openingsideeën voor zwart moet je zeker eens gaan kijken bij FM Arno Sterck deze meest underrated speler van België op dit moment is mede de reden waarom Brugge zo een succes is de laatste jaren. 1 van zijn recentste slachtoffers was tegen eurochess in een interclub game. Zeker eens een kijkje nemen!

Openingsideeën voor mijn studenten

Ik heb nog geen vaste studenten maar ik geef af en toe les aan verschillende jeugdspelers meestal tussen 1500-1900 elo. Op tornooien waar ik zelf ook ben geef ik meestal voorbereidingen aan ongeveer 3-tal personen (voor het Belgisch jeugdkampioenschap ben ik nog op zoek naar 2-tal leerlingen dus als iemand interesse heeft mag die me altijd contacteren). Mijn openingsideeën zijn nu ook anders opgesteld. Bij deze openingsideeën staat het centraal om gemakkelijk spel te creëren, weten wat je aan het doen bent is namelijk voor elk niveau belangrijk. Ik heb deze gedachtegang van een zeer ervaren en uitstekende schaakcoach, FM Roel Hamblok. Dit is dus tegenstrijdig met wat mijn eigen schaakcoach Bruno Luyckx (de meest gemotiveerde schaakcoach die ik ken en eigenlijk recht heeft op een artikel dat enkel over hem gaat) tegen mij vertelde. Hij was van mening dat je alles altijd zo ingewikkeld mogelijk moet maken. Hoewel ik Bruno in bijna alles volg, zet ik begrijpen toch op plaats 1. Liefst van al bekijk ik dus een opening of openingsidee met zo weinig mogelijk verschillende pionnenstructuren. Voor mij liggen pionstructuren trouwens aan de basis van elke opening en eigenlijk aan de basis van het hele schaakspel. Hieronder vind je een openingsidee (zelfstandig gevonden op chessbase) tegen de caro-kan voor wit, het is niks speciaals maar ik vind het zeer simpel spelen langs de witte kant. Ideaal dus!
Als conclusie zou ik zeggen dat openingen niet het enige is waar je u mee kan bezig houden maar het wordt in deze computertijd wel redelijk makkelijk om expert te worden in openingen en op veel verschillende manieren vragen te stellen aan de tegenstander. Een idee moet dus geen weerlegging zijn. Het belangrijkste is dat het je tegenstander uit zijn comfortzone brengt vaak door een non-standaard pionnenstructuur op te zoeken waarvan je vrij zeker bent dat ze nog niet in detail werd bekeken.

Sim Maerevoet

woensdag 22 januari 2020

Ratings deel 2

Na 30 jaar beslissen ze eindelijk in Leuven om hun tornooi te laten meetellen voor elo. Een verdubbeling van het aantal deelnemers is het logische gevolg. Dit was de intro van het verslag over de meest recente Open Leuven op de schaakwebsite van Westerlo.

Vorig jaar in Open Gent hoorde ik dat enkele Amerikanen onaangenaam verrast waren toen ze midden het tornooi ontdekten dat hun zuurverdiende punten niet zouden worden doorgegeven voor eloverwerking. Ze begrepen niet dat er vandaag uberhaupt nog zulke open tornooien met standaardtempo georganiseerd worden. In Amerika ligt het inschrijvingsgeld ook vaak vele malen hoger dan in Europa dus langzame partijen worden altijd met een serieuze inzet gespeeld. Vrijblijvend schaak is niet meer van deze tijd en trouwens dat kan je altijd thuis op het internet vanuit de luie zetel doen.

Daar valt zeker iets voor te zeggen. Behalve het aantal deelnemers zag ik nog andere belangrijke verschillen in Open Leuven t.o.v. vorige jaren. Zo werd beduidend minder alcohol geconsumeerd tijdens het tornooi. Pas na de laatste ronde zag ik de vertrouwde bierglazen overal opduiken. In aanwezigheid van de vele jeugdspelers en de steeds groeiende kritiek op het overmatig alcoholgebruik in de maatschappij, kunnen we dit alleen maar toejuichen.

Daarnaast zag ik ook in tegenstelling met vorige edities dat ik bijlange niet meer de enige was die zich voorbereidde op de partijen. Met 2 ronden per dag zag ik veel deelnemers kamperen voor de plaatsen waar de paringen worden getoond. Van zodra ze beschikbaar waren, kwamen de laptops en smartphones naar boven om een crash-voorbereiding te maken. Ik herinner mij in het verleden dat iedereen gewoon ging eten of absoluut niets deed aan het schaken tussen de ronden.

Kortom alhoewel veel spelers nooit zullen toegeven dat rating belangrijk is voor hen, zien we in hun gedrag dat ze wel graag een zo hoog mogelijke rating willen bereiken/ vasthouden. Misschien het duidelijkste voorbeeld hiervan is de elospreiding op lichess. Het is absoluut geen toeval dat we net op de hondertallen een duidelijke afwijking zien van de Gauscurve.


Een speler met een stabiele speelsterkte heeft altijd een elo die fluctueert tussen een laagste en een hoogste punt. De meeste spelers weten van zichzelf met welk honderdtal hun hoogste punt overeenkomt en dan is het een koud kunstje om een sessie van blitzpartijen te rekken tot je weer bij dat honderdtal bent van je hoogste punt. Ik geef grif toe dat ik mezelf daar ook schuldig aan maak. Het voelt gewoon veel prettiger om op een hoge noot af te sluiten.

Deze knikjes zien we niet in de gauscurve van het bordschaak gewoon omdat het onmogelijk is om een speelsessie te verlengen/ verkorten. Het is te zeggen de effecten van de weinige bewuste forfaits is minimaal hierop. Anderzijds is het zeker ook zo dat veel spelers hun tornooien uitkiezen in functie waarin ze zich het best zien scoren. Zelf schreef ik een paar maanden geleden al op deze blog zie uit schaken met het gezin dat ik liever slechts 1 partij speel per dag i.p.v. 2 en daarom Brasschaat voorrang gaf op Brugse Meesters. Ik sta hiermee zeker niet alleen. Zo last ik vorig jaar in een verslag over Bethune van de Nederlandse IM Herman Grooten dat ook hij 2 partijen per dag zwaar begon te vinden.

In het begin van dit artikel gaf ik aan dat het aantal deelnemers aan Leuven verdubbeld was t.o.v. de vorige editie. Echter tijdens het tornooi viel het mij ook al op dat ik veel vertrouwde gezichten van vorige jaren niet meer terugzag. Daarom vond ik het wel eens interessant om eens te kijken hoeveel spelers beide laatste edities hebben meegespeeld en dat bleek toch wel een tegenvaller te zijn.
Deelnemers in 2 laatste edities van Open Leuven
45% van de deelnemers in 2018 (39/86) beslisten om niet te spelen in 2019. Ik beweer niet dat het allemaal omwille van de ratingverwerking gebeurde maar zonder twijfel zal het een rol gespeeld hebben. Ik heb zelf ook even getwijfeld maar ik dacht met een bye in de eerste ronde moet ik 3 dagen toch kunnen overleven en ik schaak ook veel te graag om aan de zijlijn te blijven staan.

Ik merkte ook op dat een aantal deelnemers geen fide-id hadden in 2018 en dus hoogstwaarschijnlijk hierdoor uit de boot vielen in 2019. Ik herinner mij dat enige tijd (jaren?) geleden fide de verplichting gecreëerd heeft om alle deelnemers te laten aansluiten bij de fide om een tornooi te laten meetellen voor fide-elo. In het verleden zag je wel eens organisatoren die creatief hiermee omsprongen maar dat wordt nu dus strikt gecontroleerd. In mijn beginjaren heb ik zelf meerdere tornooien gespeeld zonder dat ik aangesloten was maar dat wordt dus vandaag steeds moeilijker met het verdwijnen van de laatste tornooien zonder ratingverwerking. De drempel om te beginnen met schaken wordt hierdoor weer iets hoger.

Als organisator maak je natuurlijk een afweging. Fide betekent ook extra reclame voor je tornooi want fide publiceert zijn tornooien mooi op zijn website calendar en dit wordt dan weer opgepikt door andere zoals chess-calendar.eu. We zagen dan ook in de editie van 2019 een mooie toename van het aantal buitenlanders en dat op zich is ook zeker een aanwinst.

Open standaard-tornooien zonder ratingverwerking verdwijnen dus langzaam. Ik ken er nog 2 in Belgie: Geraardsbergen en Gent. Vooral Gent heeft wellicht meer te verliezen dan te winnen wanneer men op ratingverwerking zou overschakelen omdat heel veel deelnemers het tornooi combineren met dagelijks nachtelijke uitspattingen op de Gentse feesten.

Tenslotte had ik nog 1 laatste opmerking in verband met de verdubbeling van het aantal deelnemers in Leuven. Voor het tornooi had men het prijzengeld gelinkt aan minstens 100 deelnemers. Bij minder deelnemers zou een lager prijzengeld worden uitgekeerd. Achteraf waren dan ook heel wat deelnemers een beetje teleurgesteld om te zien dat het prijzengeld niet verhoogd was. Er wordt snel gezegd dat geld is net als rating onbelangrijk in het schaken maar als puntje bij paaltje komt dan hoor je plots andere geluiden.

Brabo

maandag 13 januari 2020

Papua New Guinea

Het is een vanzelfsprekendheid voor een millennial  maar de oudere generaties hebben nog de tijd meegemaakt dat er helemaal geen internet was. Zelf kwam ik er pas mee in contact op 22 jarige leeftijd in 1998. Het was het jaar waarin ik begon te werken enkele maanden nadat ik mijn studies had afgerond. Zo kreeg ik voor het eerst een emailadres want van mijn werkgever moest ik in staat zijn om files en andere informatie te ontvangen/ versturen.

In de maanden daarna ontdekten enkele collega's dat je via de mailserver ook berichten van en naar nieuwsgroepen kon sturen. Groot was mijn verwondering om daar schaken tussen te vinden. Het was voor mij de start om het internet te gebruiken voor het schaken. De nieuwsgroepen rec.games.chess.miscrec.games.chess.analysis en rec.games.chess.computer gaven mij talloze uren lees en schrijfplezier (tijdens de vele dode momenten op het werk). In die vroege dagen van het internet waren die nieuwsgroepen erg actief. Je kan ze vandaag nog steeds raadplegen en het is zelfs nog mogelijk om berichten van mezelf uit 1999-2003 terug te vinden (toen gebruikte ik nog geen pseudoniem).

Ik herinner mij niet meer het exacte tijdstip maar ik vermoed nog in 1999 dat we als werknemer toegang kregen tot het www (wereldwijd_web) en we dus de mogelijkheid kregen om te surfen. Echter omdat het allemaal vrij nieuw was en men niet goed wist wat de gevolgen zouden zijn voor de prestaties op het werk, werd elk surfgedrag toen nauwlettend gemonitord. Elke maand werden de werknemers die het meest gesurfd hadden op het matje geroepen en gewaarschuwd voor sancties wanneer de bezochte websites niet gerelateerd waren tot het dagelijkse werk. Online schaken was toen zeker geen optie voor mij alhoewel er al sites waren die het mogelijk maakten.

Het was pas toen mijn ouders een modem aanschaften dat ik rond mijn 25ste voor het eerst kennismaakte met online schaken. Yahoo bood een ruim gamma aan van online spelen waaronder het schaken. Veel heb ik er echter nooit gespeeld ook al omdat het enkel kon wanneer ik bij mijn ouders was (ik woonde op meer dan 100km afstand). Bovendien was internet vrij duur want je betaalde per gebruikte minuut bij gebrek aan een internetabonnement. Desalniettemin online schaken bleef mij sindsdien intrigeren.

Yahoo was 1 van de allereerste spelers op de markt. Het was een heel eenvoudig platform om te schaken en bovendien gratis maar dat trok ook heel wat ongure types aan. Langzaam kwamen steeds nieuwe en betere alternatieven beschikbaar waardoor Yahoo steeds minder relevant werd. In 2016 werd dan ook beslist om definitief de stekker uit te trekken. Daarnaast had je ook al heel vroeg premium-platformen zoals ICC waar je tegen betaling een veel betere service verkreeg maar zelf heb ik altijd geweigerd om te betalen om online partijtjes te spelen.

Pas in 2007 nam ik een internetaansluiting thuis na aandringen van mijn kersverse echtgenote. Al snel besefte ik wat ik allemaal in de voorbije jaren gemist had.  Het was voor mij de start van een heel actieve online schaakcarriere. Ik ontdekte Playchess en alhoewel het een betalend platform is, slaagde ik er toch in vele tienduizenden partijen de volgende jaren gratis op te spelen. Playchess laat toe om een beperkte tijd als nieuwkomer het platform te testen maar na het verlopen van een testperiode, maakte ik doodleuk weer een nieuwe account aan. Later werd Playchess bewust van deze taktiek en blokkeerde voor bepaalde periodes mijn IP-adres maar dat vond ik niet erg want een break vond ik af en toe heel nuttig.

Een decennium ging voorbij met Playchess waarbij alles min of meer hetzelfde bleef maar vanaf 2017 begon ik veranderingen waar te nemen. Steeds langer moest ik wachten om een tegenstander te ontmoeten die dezelfde of een hogere rating had dan ikzelf en dat was niet omdat ik beter schaakte. Ook de Belgische (sub-)toppers zag ik steeds minder vaak online en vandaag is het zelfs heel uitzonderlijk om er nog iemand te ontmoeten. Ik snap dat velen minder tijd hebben om online te schaken maar waar is de jeugd (zie onderstaande screenshot genomen op 13 januari om 8 uur 's avonds)?
Piekuur op Playchess met slechts 9 Belgen, slechts 1200 spelers in de hoofdkamer
en slechts 4 hoger gekwoteerde spelers aangelogd.
De verklaring is uiteraard dat Playchess zijn dominante positie van weleer heeft verloren aan alternatieven die gratis zijn en die functioneel nauwelijks of niet inferieur zijn. Gratis wint altijd van betalen. Vandaag zie ik dan ook dat de populairste online sites zoals lichess en chess.com respectievelijk 10x en 5x actiever zijn dan Playchess. Dit zijn niet toevallig ook de sites waarop nog recent onze huidige wereldkampioen Magnus Carlsen speelde. Jonge schakers kijken op naar Magnus en volgen hem massaal.

Het is een gouden tijd voor het online schaken met het ruime aanbod van gratis en goed werkende platformen maar ik zie ook enkele belangrijke nadelen. Lichess, chess.com, chess24, Fide Online Arenagameknot zijn slechts een greep uit de vele mogelijkheden en dus zien we een diaspora van de spelers. Een platform zoals chess.com zou heel graag online kampioenen creëren die dezelfde status en publiciteit uitstralen als in bordschaak maar dit lukt nooit met deze verdeelde wereld. Voor de amateurspeler is de kans ook veel kleiner geworden dat je toevallig een bevriende bordschaker online ontmoet tenzij iedereen zich op meerdere sites tezelfdertijd abonneert zoals theunknownone op chess24theunknownonex op chess.com en TheUnknownOnex op lichess.

Echter voor mij is het grootste nadeel van bovenstaande sites dat je gespeelde partijen online blijven staan in tegenstelling met Playchess. Ik heb het hierbij niet zozeer over de relatief kleine extra inspanning die je moet doen om de eigen gespeelde partijen down te loaden maar wel dat andere spelers ten allen tijde die ook kunnen bekijken. Dus dit kan makkelijk worden gebruikt als partijvoorbereiding tegen jezelf. Eerder schreef ik al in een artikel van 2017 dat het loont om anoniem op Playchess te spelen terwijl dat toen enkel de partijen betrof die je onderling had gespeeld. Het spreekt voor zich dat dit hier nog 100x meer van tel is.

Desondanks vorig jaar in Open Brasschaat had ik weinig moeite om van 5 van mijn 9 tegenstanders honderden tot soms duizenden van hun gespeelde online partijen terug te vinden. Ongelooflijk is het niet en dat terwijl we vandaag allemaal zoveel mogelijk trachten te vermijden dat onze partijen openbaar gepubliceerd worden (zie bv. paswoord). Hoe is dit mogelijk wat trouwens 1 van de betrokken 5 spelers mij ook persoonlijk vroeg na onze onderlinge partij?

Net als de anderen had hij een online account met een pseudoniem. Dit zou normaal moeten volstaan om de anonimiteit te verzekeren. Echter vandaag zie ik dat de meeste spelers geen rekening houden met een veiligheidslek die veroorzaakt wordt door de vriendschapsverzoeken. Eenmaal je 1 speler in de vriendenkring kent, is het vaak een koud kunstje om de anderen te ontmaskeren. 1 hilarisch voorbeeldje hiervan wil ik delen omdat het niet elke dag is dat je een Belg ziet spelen onder de vlag van Papua New Guinea (vandaar de titel !).

In de 4de ronde van de meest recente Open Leuven speelde ik tegen de Belgische expert William Boudry waarvoor ik enkele uurtjes had om mij voor te bereiden. Het eerste wat ik dan doe is een google search op chess.com & voornaam/naam. Bij de slechtst beschermde profielen heb ik dan al een hit en dat was hier al het geval zie jr-boetje maar ik kwam van een kale reis thuis want de laatste activiteit op het profiel dateerde al van 2012 dus volstrekt onbruikbaar. Vervolgens ga ik dan naar lichess waar 1 van mijn favoriete startprofielen die van FM Warre De Waele is omdat hij met 44 volgers 1 van de betere netwerken heeft in schakend Vlaanderen zie warredw/followers. 1 van zijn vrienden viel mij onmiddellijk op omwille van zijn merkwaardig pseudoniem en het feit dat hij van Papua New Guinea is: WBoe3.
Dankzij de televisieserie W817 die liep rond het jaar 2000 was ik bekend met het schrijven van woorden met een combinatie van letters en cijfers. Dus W817 = W-acht een-s even of iets vrijer genomen WBoe3 = William Boudry. Een check van de gespeelde lichess partijen met de meest recente partijen van William uit de megadatabase bevestigden mijn vermoeden. Ik had zo goed als zeker het juiste online profiel gevonden waarmee ik uiteraard aan de slag ging in de partijvoorbereiding.

Honderden of zelfs duizenden partijen vinden van iemand is leuk maar creëert ook stress want in enkele uurtjes kan je onmogelijk alles in detail bekijken. Ik concentreerde op de partijtjes gespeeld in de weken net voor het tornooi en dat bleek een correcte beslissing. Hierbij was onderstaande partij van William cruciaal, gespeeld net voor Open Leuven.
Dezelfde opening kwam al eens aan bod op mijn blog zie the hyper modern french maar in onze partij mocht ik ondervinden dat de theorie in de laatste 2 jaar weeral enorm geëvolueerd was. In elk geval de sub-variant die op het bord kwam, had ik nog nooit bestudeerd en dus koos ik logischer wijze evenmin voor de meest kritieke voortzetting.
Een halfje scoren was geen succes maar gezien de slotstelling zeker het maximaal haalbare. Hiermee is ook de relatieve waarde aangetoond van de online partijen. Het is twijfelachtig of het nuttig is om (veel) tijd te spenderen aan het opzoeken en bekijken van online partijen van een tegenstander. Het is ook twijfelachtig of het de moeite waard is om vrienden online te vermijden en dus eenzaam als anonieme schaker te schaken. In elk geval na dit artikel is iedereen gewaarschuwd.

Brabo

maandag 6 januari 2020

Jeugdtornooien deel 2

2019 was een mooi gevuld schaakjaar en 2020 belooft nog drukker voor mij te worden. Om het overzicht te bewaren maar ook om alles georganiseerd te krijgen, maakte ik een kalender waarop alle schaak-activiteiten gepland staan waaraan ik zal deelnemen. Als iemand dan mij vraagt om een afspraak te maken dan stuur ik gewoon de volledige kalender door zodat ze zelf een van de resterende vrije dagen kunnen kiezen. Echter zelfs dan blijkt het soms nog niet te lukken.

Zo speel ik in 3 doorlopende competities mee: het klubkampioenschap van Deurne, de Belgische interclub en de Nederlandse interclub. Daarnaast zal ik mijn kinderen begeleiden op het Vlaams jeugdkampioenschap, het Belgisch jeugdkampioenschap en het Open Nederlands jeugdkampioenschap. Het Vlaams jeugdschaakcriterium met zijn 10 tornooien staat ook op het verlanglijstje. Tenslotte wil ik ook een aantal open tornooien aan deelnemen. Voorlopig zijn de grootste kanshebbers Cappelle La Grande (krokusvakantie) en Brasschaat (begin juli en zal eveneens gelden als het Belgisch kampioenschap) maar dat kan nog zeker wijzigen. Ik mik op 4 open tornooien dit jaar (om samen te spelen met de kinderen). Wel is al zeker dat Le Touquet afvalt daar het dit jaar niet in de herfstvakantie zal doorgaan.

Onvermijdelijk zijn er met zoveel schaakactiviteiten ook overlappingen. Zo heb ik de afspraak gemaakt met KMSK dat ik en mijn kinderen niet naar de schaakles gaan wanneer er op dezelfde dag partijen gespeeld worden. CLG (Cappelle La Grande) overlapt met het jeugdschaakcriterium in Geel. Mijn zoon is niet gelukkig met mijn keuze voor CLG, wetende dat je in Geel rijkgevulde snoepzakken elk jaar krijgt maar beseft dat CLG op schaakvlak toch veel interessanter is. Ook het klubkampioenschap van Deurne clasht met CLG maar daar laat het tornooireglement toe om een datum te verschuiven. Tenslotte vind ik de overlappingen van het Vlaams jeugdkampioenschap en het Belgisch jeugdkampioenschap met de Nederlandse interclub pijnlijker. Een kampioenschap is altijd iets speciaals maar daarentegen rekent de club/ ploeg (Axel Landau) op ons zeker nu de meisjes Morote gestopt zijn met schaken.

Uiteindelijk liet ik de keuze aan mijn kinderen en zij kozen begrijpelijk zonder aarzelen voor de jeugdkampioenschappen. Zij vinden het veel leuker om met de leeftijdsgenoten te kunnen spelen. Trouwens het is een wederkerend probleem bij veel clubs dat er geen jeugdspelers meespelen in de interclub. Dit is nu zo bij Axel Landau maar ook bij Deurne waarvoor ik interclub speel. Het is niet aantrekkelijk om als 10 jarige samen te spelen met/ tegen uitsluitend volwassenen (vaak zelfs ouder dan je eigen ouders). Bovendien zijn jeugdkampioenschappen ook een heel goede leerschool. In tegenstelling tot andere partijen kom je al eens spelers tegen die voorbereid zijn (zie mijn artikel coaches). In het recente Antwerps Jeugdkampioenschap werd Hugo opnieuw slachtoffer van een uitgekookte voorbereiding gemaakt door de Belgische FM Jelle Sarrau die hiermee Oscar Smolders in polepositie bracht voor de titel.
Ik was er niet bij toen het gebeurde want ik speelde parallel de Open Leuven maar ik hoorde wel achteraf dat deze nederlaag heel hard aankwam. Je zou verwachten dat een + 1600 zoiets al moet kunnen vermijden maar in de database vond ik meerdere sterkere slachtoffers van hetzelfde valletje. Dit was bovendien een rapidpartijtje en dan is een ongeluk nog sneller gebeurd.

Mijn kinderen kiezen dus voor de jeugdkampioenschappen maar ik zie dat velen de andere keuze maken al dan niet onder invloed van hun begeleiders (ouders, coach,...) Zo speelde Matei Govoreanu niet mee in het Antwerps Jeugdkampioenschap waar hij normaal moest uitkomen in de groep van mijn zoon Hugo. In plaats daarvan koos hij om de Open Leuven te spelen. Echter ik vermoed dat hij nog lang deze keuze zal herinneren want zo kreeg hij niet Brabo junior maar de veel sterkere (voorlopig toch nog) Brabo senior voorgeschoteld. Ik en Matei hadden in ronde 1 een bye genomen en dan kan je al eens door een speling van het lot aan elkaar gepaard worden.
Ik moest dus gaan tot op het tandvlees om de partij te winnen. Pas bij het uitvluggeren (partijen werden gespeeld met slechts 90 minuten + 30 seconden) kon ik het verschil maken. Ik weet dat Matei veel harder werkt dan mijn zoon aan het schaken dus als hij in België kan blijven spelen dan verwacht ik dat het een kwestie van tijd is dat hij voorbij mijn zoon zal gaan.

Ik vermoed dat het met gemengde gevoelens was dat Matei het Antwerps jeugdkampioenschap liet links liggen. 

Anderzijds zie ik ook dat de organisatoren van de diverse jeugdkampioenschappen vaak weinig doen om de betere spelers aan te trekken. Het Antwerps en Vlaams jeugdkampioenschap worden beslist door rapidpartijen en dat is een doekje voor het bloeden. Een oplossing is niet eenvoudig met de reeds zeer drukke agenda en het gebrek aan vrijwilligers om meer tijd hieraan te spenderen. De hoofdprijzen bestaan voornamelijk uit kleine cadeaubonnen waarmee men schaakmateriaal kan aankopen maar daar is zeer weinig belangstelling voor bij onze jeugd. Het helpt ook niet om te weten dat de partijen gespeeld op het Vlaams jeugdkampioenschap gepubliceerd  worden waardoor andere spelers veel makkelijker kunnen voorbereiden op jou. Enkel omwille van deze reden haken al vele toppers af en dit is geen drogreden zoals vorige week nog werd opgemerkt door de Nederlandse IM Herman Grooten in zijn verslag over Bethune op schaaksite: "een verademing: geen liveborden en er worden ook geen partijen ingevoerd (voor zover ik weet)". Tenslotte getuigt het helemaal van een gebrek aan zelfrespect voor het Belgisch jeugdkampioenschap wanneer je zelf als organisatie beslist om de beste spelers uit het kampioenschap te halen om parallel een ander tornooi te spelen.

Het is een oud zeer maar ik denk dat het toch goed is om het af en toe eens te herhalen vooral omdat de meeste spelers weinig of niets weten van wat er allemaal afspeelt bij de jeugd. Er zijn zeker aanpassingen mogelijk die relatief makkelijk en snel kunnen gebeuren waardoor de jeugdkampioenschappen weer meer glans krijgen. Voorlopig blijven mijn kinderen er aan deelnemen.

Brabo