vrijdag 29 november 2019

Het initiatief

Oudere schakers zullen nog de tijd gekend hebben dat ze konden winnen van de beste schaakprogramma's die er bestonden. Zelf heb ik dit echter nooit kunnen meemaken. Alhoewel ik in de jaren 90 erg snel aan speelsterkte won, bleef ik achterop hinken. Vanaf 2000 waren het enkel nog topgrootmeesters die een uitdaging betekenden voor de computer maar rond 2006 was ook dat voorbij. Daarna bleef de progressie min of meer ongeremd verdergaan. Voor de amateur werd het steeds lastiger om met het blote oog nog de verschillen in speelsterkte te kunnen waarnemen. Vandaag zie ik dan ook dat vele schakers niet meer perse het laatste beste moeten hebben en al lang tevreden zijn met een programma waarvan ze weten dat het elke mens makkelijk kan verslaan.

Voor een blundercheck is het inderdaad onbelangrijk om het neusje van de zalm te gebruiken. Slechts enkelingen trachten ook met de computer de kleinere nuances in een partij te ontdekken. Tegenwoordig zijn de topprogramma's zo sterk geworden dat ze in de meest complexe stellingen al heel snel het juiste pad vinden en ook nog eens feilloos een initiatief niet alleen vasthouden maar ook methodisch uitbouwen. Zo had ik de voorbije zomer in Open Brasschaat meerdere gunstige posities op mijn bord waarvan ik geen flauw benul had waar ik op moest letten. Een eerste voorbeeldje is tegen de 15 jarige Marie Dgebuadze. Na een foutje van Marie heb ik een erg aangename stelling verkregen maar dan stokte mijn spel. De computer toont haarfijn aan dat ik veel te lang getalmd heb waarna Marie voldoende tijd kreeg om mijn initiatief te neutraliseren.

Meer dan remise zat er niet meer in voor mij. Echter in het tweede voorbeeld was het nog erger. Volgens elo had de 25 jarige Yago De Cuyper een hapklare brok moeten zijn voor mij maar van de +500-verschil was tijdens de partij weinig van te merken. Ook hier kreeg ik in het middenspel de bovenhand maar opnieuw aarzelde ik waardoor mijn tegenstander tot mijn grote verwondering compleet de bordjes kon verhangen. Achteraf met de computer is het bijzonder pijnlijk om te zien hoe slechts een paar zetjes nodig waren om een initiatief te converteren in een concreet voordeel.

Dat ik bovenstaande compleet verloren stelling nog won, was een mirakel maar is bijzaak voor dit artikel. Relevanter is of ik meer moest zoeken achter deze symptomatische defecten in mijn spel. Waarom laat ik het initiatief zo vaak ook tegen zwakkere spelers uit handen glippen?

Ik kreeg achteraf de vraag of ik misschien onvoldoende taktiek oefende. Ik miste inderdaad enkele verborgen tactische motieven waardoor ik bepaalde zetten niet eens overwoog. Anderzijds op chess.com onderhoud ik al enige tijd ongeveer een 3100 rating waarmee ik een van de hoogst gekwoteerde Belgische spelers ben. Ik geloof dus niet dat mijn taktiek ondermaats is t.o.v. mijn elo. Ook kreeg ik de opmerking of ik misschien mij meer moet verdiepen in standaard-combinaties in het Hollands. Met meer dan 20 jaar ervaring in het Hollands durf ik te stellen als expert dat er weinig standaard was aan bovenstaande voorbeelden.

Nee in beide voorbeelden aarzelde ik de pionnen op mijn koningsvleugel op te spelen omdat ik de risico's niet correct kon inschatten. Zoiets is natuurlijk nooit zonder gevaar. Er was geen druk dus verkoos ik om de kat uit de boom te kijken. Heel vaak valt de appel vanzelf van de boom of krijg je een betere gelegenheid. Echter deze keren gebeurde dit niet en liep het fout.

Ik zie trouwens dat ik bijlange niet de enige ben met dit probleem. Zo zat ik recent ook eens aan de andere kant van het bord. De Belgische FM Roel Hamblok kreeg in de interclub een winnend initiatief in onze onderlinge partij met een goed uitgekookte partijvoorbereiding maar de afwerking bleek minder evident. Wit aarzelde om materiaal te offeren en opteerde voor gewone ontwikkelingszetten waardoor ik de kans kreeg om mezelf terug in de partij te knokken.
In mijn artikel offeren heb ik eerder al gewaarschuwd van de gevaren van materiaal te offeren. Vaak blijf je met lege handen achter als een offer niet doorslaat. Ook correcte offers vergen meestal nog grote precisie om ze te verrechtvaardigen. Ik snap dus Roel perfect dat hij liever rustig opbouwde maar daardoor liet hij wel zijn initiatief verwateren.

Het vluchtige karakter van een initiatief laat slechts een beperkt venster open. Tussen 2300 en 2800 zit er nog een heel grote kloof in speelsterkte. Het initiatief speelt hierbij een zeer belangrijke rol. Sommige boeken leren spelers uit de box te denken en te kijken voorbij de risico's maar misschien heeft talent uiteindelijk het laatste woord.

Brabo

1 opmerking:

  1. Chesstactics oefenen via diagrammen ... meervoudige zetten en offers ... allemaal goed en wel maar een partij is toch nog iets anders dan een trefzekere combinatie. Daarbovenop speelt ook nog de tijdsfactor in een partij dus no way dat je 30 minuten vergooit om perse dit diagram op te lossen. Ik durf te stellen net zoals in uw betoog dat je verzaakt zelfs als je het stramien detecteert maar niet uit het rekenwerk wijzer wordt of simpelweg de tijd ontbreekt.

    BeantwoordenVerwijderen