De variëteit aan onderwerpen die op deze blog aan bod komen zijn uiteraard het product van mijn onverzadigbare interesse in de meest uiteenlopende schaakactiviteiten die meer dan 2 decennia overspannen. Zonder twijfel had ik deze blog 10 jaar geleden niet kunnen schrijven alhoewel ik toen ook wel al af en toe artikeltjes publiceerde voor de torrewachters. Echter van al mijn schaakactiviteiten blijft standaardschaak voor mij wel het belangrijkste.
Nergens anders kan ik dezelfde intensiteit waarnemen. De spanning bouwt zich vaak al vooraf op (zie het sadistische examen) en de emoties zinderen soms nog lang na de partij na (zie o.a. praktische eindspelen en euforie). Tijdens de partij tracht ik zo goed als mogelijk mij af te sluiten om mijn aandacht helemaal aan de partij te weiden. Ik zie dat sommige spelers hiervoor zelfs oordopjes gebruiken want zelden is het echt stil in de speelzaal maar dit heb ik zelf nog niet geprobeerd. Wel neem ik geregeld een legale dosis caffeine in de vorm van koffie om de concentratie optimaal te behouden.
Ik vind het bijgevolg niet verwonderlijk dat schakers tijdens de partij zowel creatief als technisch het beste spel kunnen bovenhalen. Dit maximaliseren van de eigen vaardigheden is uniek. Kibitzen, partijen becommentariëren, post-mortems of trainingen kunnen nooit hetzelfde stimuleren. Net daarom is het geregeld spelen van officiële partijen cruciaal in iemands ontwikkeling. Je moet het hout voelen (of vandaag ook vaak plastiek) zoals in the love for wood 1979 chess documentary.
In mijn artikel wantrouwen kwam deze documentaire als eens aan bod om over roken te praten maar deze keer wil ik het hebben over een specifiek fragment met Jan Timman waarbij hij het over huiswerk heeft. Hij vertelt dat schaakopeningen studeren belangrijk is voor professionals maar waarschuwt tezelfdertijd ook voor het klakkeloos toepassen van de kennis in een schaakpartij. Zo geeft hij aan dat hij niet zelden meemaakt dat hij achter het bord toch nog iets extra ziet dan wat thuis was voorbereid. De spanning van een officiële partij maakt dat je in paar minuten soms uren huiswerk kunt weerleggen. Uit mijn eigen praktijk kan ik 2 zulke gevallen herinneren.
In 2001 speelde ik in de Antwerpse Handel tegen Schepers een dubieus variantje van het Spaans waarin ik heel wat tijd had gestoken om het speelbaar te maken. Aan het bord verbeterde ik echter mijn eigen huisanalyses van 1996 op zet 12 door g5 i.p.v. c5 te spelen.
Onlangs kwam ik iets gelijkaardigs tegen in de eerste ronde van Open Leuven. Mijn tegenstander speelde een zonderlinge variant tegen mijn Spaans maar kwam van een kale reis thuis want ik had het al eens in 1997 op het bord gehad. Aanvankelijk volgde ik mijn oude analyses maar ik week af toen ik mij realiseerde dat het niet allemaal zo rooskleurig was als voorspeld.
Dat beide analyses dateren van 20 jaar geleden, speelt natuurlijk een belangrijke rol in dit verhaal. We waren toen wel al 20 jaar verder dan in de eerder vermelde documentaire maar in computeranalyses zaten nog heel veel gaten. Het was de tijd toen enkel een supercomputer Deep Blue erin slaagde om een wereldkampioen nipt te verslaan. Ik maakte mijn analyses met Fritz 4 wat nog enkele honderden punten zwakker was.
Vandaag is het speelterrein grondig gewijzigd. Ik geef toe dat ik recente analyses nooit meer aan het bord verbeter gewoon omdat de computerprogramma's veel sterker zijn geworden. In het boek My Great Predecessors part 4 geeft Kasparov trouwens toe dat het vandaag perfect mogelijk is geworden om met de computer zeer exacte en uitgebreide analyses te maken. De Amerikaanse topgrootmeester Hikaru Nakamura mocht recent ondervinden hoe sterk onze huidige topprogramma's zijn in een handicapmatch.
De wedloop met de machine is dus definitief voorbij. Computers kunnen ons vandaag in een nanoseconde vertellen hoe de vork aan de steel zit en "hout voelen" maakt echt geen verschil meer hierin. Desalniettemin blijven er wel talloze andere voordelen bestaan van "hout voelen". Enkele hiervan zijn het opbouwen van veerkracht en weerbaarheid, een veel betere absorptie van nieuwe kennis, plezier om zelf iets te ontdekken,... Kortom ons spelletje is veel meer dan correcte zetten spelen.
Brabo
Nergens anders kan ik dezelfde intensiteit waarnemen. De spanning bouwt zich vaak al vooraf op (zie het sadistische examen) en de emoties zinderen soms nog lang na de partij na (zie o.a. praktische eindspelen en euforie). Tijdens de partij tracht ik zo goed als mogelijk mij af te sluiten om mijn aandacht helemaal aan de partij te weiden. Ik zie dat sommige spelers hiervoor zelfs oordopjes gebruiken want zelden is het echt stil in de speelzaal maar dit heb ik zelf nog niet geprobeerd. Wel neem ik geregeld een legale dosis caffeine in de vorm van koffie om de concentratie optimaal te behouden.
Ik vind het bijgevolg niet verwonderlijk dat schakers tijdens de partij zowel creatief als technisch het beste spel kunnen bovenhalen. Dit maximaliseren van de eigen vaardigheden is uniek. Kibitzen, partijen becommentariëren, post-mortems of trainingen kunnen nooit hetzelfde stimuleren. Net daarom is het geregeld spelen van officiële partijen cruciaal in iemands ontwikkeling. Je moet het hout voelen (of vandaag ook vaak plastiek) zoals in the love for wood 1979 chess documentary.
In mijn artikel wantrouwen kwam deze documentaire als eens aan bod om over roken te praten maar deze keer wil ik het hebben over een specifiek fragment met Jan Timman waarbij hij het over huiswerk heeft. Hij vertelt dat schaakopeningen studeren belangrijk is voor professionals maar waarschuwt tezelfdertijd ook voor het klakkeloos toepassen van de kennis in een schaakpartij. Zo geeft hij aan dat hij niet zelden meemaakt dat hij achter het bord toch nog iets extra ziet dan wat thuis was voorbereid. De spanning van een officiële partij maakt dat je in paar minuten soms uren huiswerk kunt weerleggen. Uit mijn eigen praktijk kan ik 2 zulke gevallen herinneren.
In 2001 speelde ik in de Antwerpse Handel tegen Schepers een dubieus variantje van het Spaans waarin ik heel wat tijd had gestoken om het speelbaar te maken. Aan het bord verbeterde ik echter mijn eigen huisanalyses van 1996 op zet 12 door g5 i.p.v. c5 te spelen.
Vandaag is het speelterrein grondig gewijzigd. Ik geef toe dat ik recente analyses nooit meer aan het bord verbeter gewoon omdat de computerprogramma's veel sterker zijn geworden. In het boek My Great Predecessors part 4 geeft Kasparov trouwens toe dat het vandaag perfect mogelijk is geworden om met de computer zeer exacte en uitgebreide analyses te maken. De Amerikaanse topgrootmeester Hikaru Nakamura mocht recent ondervinden hoe sterk onze huidige topprogramma's zijn in een handicapmatch.
De wedloop met de machine is dus definitief voorbij. Computers kunnen ons vandaag in een nanoseconde vertellen hoe de vork aan de steel zit en "hout voelen" maakt echt geen verschil meer hierin. Desalniettemin blijven er wel talloze andere voordelen bestaan van "hout voelen". Enkele hiervan zijn het opbouwen van veerkracht en weerbaarheid, een veel betere absorptie van nieuwe kennis, plezier om zelf iets te ontdekken,... Kortom ons spelletje is veel meer dan correcte zetten spelen.
Brabo
Letterlijk hout voelen: blijkbaar vond Fischer de schaakset zoals gebruikt in Dubrovnik 1950 de beste ooit. Hij had zo'n set, maar raakte hem kwijt, toen de inboedel van de opslagruimte werd verkocht om zijn achterstallige huur te betalen.
BeantwoordenVerwijderenPuur toeval maar in mijn laatste interclubpartij had ik een kleine discussie over de schaakstukken wat zelfs in het verslag achteraf werd opgenomen, zie http://www.skdeurne.be/Interclub/ICRonde6.php#ets_later_dan_gewoonlijk,_de_partijtjes_en_een_verslagje_van_de_voorbije_zondag_in_de_interclubcompetitie
BeantwoordenVerwijderenPersoonlijk hou ik van een bord dat niet plakt of stinkt naar bier wat niet altijd makkelijk te verkrijgen is. Je moet duidelijk zien aan de stukken wie wit of zwart is want soms is het zwarte kleur al fel afgebleekt of zijn de witte stukken dringend toe aan een wasbeurt. Tenslotte hou ik niet van gemengde sets waarbij bijvoorbeeld de ene pion veel dikker is dan de andere.