maandag 30 januari 2023

Partijpublicaties deel 2

Iets meer dan een week geleden zat ik nog in Mariënbad. Het was mijn 8ste buitenlands internationaal klassiek schaaktornooi in 3 jaar: 2 keer Mariënbad (Tsjechië) 2022 en 2023, 2 keer Praag (Tsjechië) 2020 en 2021Münster (Duitsland) 2021Cappelle La Grande (Frankrijk) 2020Dieppe (Frankrijk) 2022 en Cap d'Agde (Frankrijk) 2022. Zulke staat van schaakactiviteit in het buitenland zullen weinig Belgen kunnen tonen.

Ja voor professionele schakers is dit wellicht een heel flauw programma maar ik ben wellicht de enige die dit combineert met een voltijdse job op kantoor en een gezin (aan de lezers om het tegendeel te bewijzen). Bovendien speel ik die tornooien zeker niet als toerist en dat was wel af en toe een verrassing voor mijn reisgenoten. Ik heb heel graag gezelschap tijdens de tornooien (zie o.a. het konijn) maar vraag mij niet om ter plaatse op excursie te gaan, aan de bar samen tot de late uurtjes te hangen of te koken (zoals bij Alti-Box Norway). Nee zelfs met blitzpartijtjes ben je bij mij aan het verkeerde adres tijdens die tornooien zoals een van mijn reisgenoten kon ervaren. Een 2de keer nam hij zijn schaakset niet meer mee.

Dus tijdens de tornooien neem ik eigenlijk heel weinig pauzes. Ik probeer dagelijks een kleine wandeling te maken om toch even een frisse neus op te halen (zie Brabo onder de sneeuw) en in Cap d'Agde had ik mijn zwembroek mee om ook even een plons te maken in het zwembad van het domein waar we zaten. Trouwens die zwembroek is in Cap d'Agde zelfs nooit uit mijn valies geraakt. Ik had zoveel werk met de partijvoorbereidingen dat ik altijd maar het zwembad bleef uitstellen tot we dus moesten terugkeren. Achteraf baalde ik toen ik ontdekte wat een mooi verwarmd zwembad ze op hun domein hadden.
Zwembad van het domein waar ik verbleef in Cap d'Agde
Zwembad van het domein waar ik verbleef in Cap d'Agde

Zelfs bij tegenstanders waarvan je denkt in eerste instantie dat er niets van terug te vinden is, slaag ik er vaak toch in soms na een paar uren intensief speurwerk een doorbraak te forceren. Mijn tegenstander van de 7de ronde in Cap d'Agde de Franse 36 jarige expert Makke Laurent was duidelijk verrast toen hij achteraf hoorde hoe ik zijn actief lichess-profiel had ontdekt: Dooz_Kawa. Nergens stond zijn naam erbij en in de megadatabase stonden van hem geen partijen gespeeld in de laatste 20 jaar dus de methode die ik had uitgelegd in Anoniem deel 2 was evenmin bruikbaar.

Het ontbreken van partijen in de publieke databases lijkt mij trouwens ook iets typisch voor de Fransen. In Frankrijk kan je blijkbaar een 2100 speler zijn en zelfs voorzitter van een schaakclub (Cercle Echecs Bois Colombes) maar 20 jaar uit de databases blijven. In mijn vorig artikel gaf ik ook al aan hoe vreemd ik het vond dat een speler die een IM-norm behaalt, geen enkele klassieke partij in een database heeft staan. Fransen zijn duidelijk veel meer protectionistisch ingesteld dan o.a. wij (domme?) Belgen.

Anderzijds dat aspect bracht mij op het idee dat Fransen misschien wel meer dan andere spelers hetzelfde repertoire blijven spelen. Als je eigen partijen niet gepubliceerd worden dan ben je veel minder geneigd om te variëren/ verrassen. Zou het kunnen dat Laurent na 20 jaar nog steeds dezelfde openingen online speelt? Bovendien verwacht ik dat een voorzitter van een schaakclub tijdens corona het voortouw neemt en online speelt. Mijn eerste stop is uiteraard de online lichess-versie van cebc (na mijn gesprek met Laurent offline gehaald). Wie heeft een rating tussen de 2200- 2500 want dat zou de rating moeten zijn van Laurent op lichess?

Slechts een handvol spelers bleven over dus die checkte ik manueel elk afzonderlijk. Op een blad papier had ik de belangrijkste karakteristieken van het meer dan 20 jaar oude repertoire van Laurent uit de Chessbase-database genoteerd. Op lichess is het vervolgens kinderspel om een overzicht van het openingsrepertoire per geselecteerde speler te verkrijgen. Het resultaat overtrof ruimschoots mijn verwachtingen. Voor 1 speler klopte het plaatje perfect. Zie hieronder voor Laurents witte repertoire.
Ondanks slechts 15 witpartijen in de Chessbase-database, kreeg ik dus 21 overlappingen met lichess en voor zwart was het zeker even veel. Ik denk niet dat je veel meer bewijsmateriaal nodig hebt maar voor wie nog twijfelt kan altijd op zoek gaan naar de kleine varianten in een repertoire. De anti-dote tegen het Benko-gambiet (4.Pd2) lijkt mij hiervan een mooi voorbeeld.
Tenslotte kwam ik ook nog tot de ontdekking dat Dooz-Kawa een bestaande Franse rapper is maar vooral van dezelfde generatie als Laurent. M.a.w. dan is het slechts een kleine stap om een pseudoniem te kiezen van je favoriete muzikant.

100% zeker ben je nooit bij een anoniem-profiel maar ik was het minstens 99,..%. Om absoluut zeker te zijn, vroeg ik het Laurent zelf en hij bevestigde dus dat ik een goede speurder was geweest.

Over het rendement van al mijn voorbereidingswerk wil ik het in dit artikel niet hebben (Laurent speelde 1.Pf3 waar hij recent had mee zitten testen op lichess) maar ik wil wel nog eens terugkeren over de partijpublicaties. Het vermijden van partijpublicaties heeft ook een duidelijke keerzijde. Veel amateurs zijn uiteraard blij dat hun tegenstanders geen materiaal over zichzelf vinden maar dat maakt ook velen lui. Er is geen motivatie om iets nieuw te leren en sommigen blijven zelfs decennia exact dezelfde openingen spelen.

Zo las ik ooit een leuke anekdote hierover. Ik herinner mij de exacte details niet maar het was iets van een meester kwam een schaaklokaal binnen en zag enkele amateurschakers de Wagenbach-verdediging tegen het Koningsgambiet analyseren (1.e4 e5 2.f4 exf3 3.Pf3 h5). Hij zette zich erbij en ze hadden een hele namiddag fun. 20 jaar later kwam dezelfde meester hetzelfde lokaal binnen. Tot zijn grote verwondering was men nog steeds bezig met dezelfde vreemde opening. Daarop draaide de meester zich om en verdween voor altijd.

Brabo

dinsdag 24 januari 2023

Fidetitels

Ondanks best wel een mooie lijst van IM en GM scalpen heb ik nog nooit een norm gescoord. Ik ben er 2 keer dicht bij geweest in Cappelle La Grande toen ik een halfje tekort scoorde maar in de meeste tornooien bleef ik ver weg van de minimumgrens. Nu ik maak mij geen illusies. Mijn rating is veel te laag en ik ben al lang niet meer van de jongste.

Bovendien in de meeste open tornooien zie je sowieso zelden spelers normen scoren. Over alle jaren herinner ik mij slecht 1 keer dat 1 van mijn tegenstanders een norm scoorde. In 2005 verloor ik van de Russische IM Alexander Raetsky in eveneens Cappelle La Grande waardoor hij zijn laatste GM-norm scoorde en daarna de titel kon aanvragen. 

Dus keek ik laatst vreemd op toen ik hoorde in Cap d'Agde dat niet 1 maar zelfs 2 van mijn 9 tegenstanders een norm hadden gescoord. Wat was er aan de hand? Had ik brute pech gehad met de paringen? Uit het eindklassement van Cap d'Agde leidde ik af dat er 4 normen (IM-normen voor Augustin Droin, Tarhan Adar en Cassam-Chennai Antoine, WIM-norm voor Montpeurt Cyrielle) in het tornooi werden behaald. Het is meer dan 20 jaar geleden dat ik nog statistiek heb gedaan dus na enig opzoekwerk kwam ik tot onderstaande kansberekening (in de veronderstelling dat iedereen alle ronden meespeelde en de paringen puur willekeurig gebeurden):

Aantal spelers in het tornooi behalve ikzelf = 185
Aantal ronden gespeeld = 9
Aantal spelers die in het tornooi een norm behaalden = 4

Aantal combinaties van 2 spelers uit de 4 spelers die een norm behaalden = 4! / [(4-2)! *2!] = 6
Aantal combinaties van 7 spelers uit de 181 spelers die geen norm behaalden = 181! / [(181-7)! *7!] = 1.122.839.183.400
Aantal combinaties van 9 spelers uit het totaal aantal spelers van 185 = 185! / [(185-9)! *9!] = 574.045.578.063.035

Kans voor exact 2 uit 9 tegenstanders die een norm behaalden = Aantal combinaties van 2 spelers uit de 4 spelers die een norm behaalden x Aantal combinaties van 7 spelers uit de 181 spelers die geen norm behaalden / Aantal combinaties van 9 spelers uit het totaal aantal spelers van 185 = 6 * 1.122.839.183.400 / 574.045.578.063.035 = 1,17% of ongeveer 1 op 85. M.a.w. het is volstrekt normaal dat er minimum 1 speler in een tornooi met 186 spelers en 4 normen, gespeeld heeft tegen 2 spelers die een norm behaalden. Deze keer was ik dus een van "de gelukkige".

Anderzijds dit verklaart nog niet waarom er 4 normen werden behaald in Cap d'Adge. Dat leek mij erg veel maar misschien heeft een recente reglementswijziging door de fide hier iets mee te maken. Zo las ik op schaaksite dat fide vanaf 30 juni 2022 eist dat een titel op minstens 1 norm behaald in een zwitsers tornooi moet gebeuren. Vroeger werd het gros van de normen behaald in gesloten round robin-tornooien waarbij titelhouders werden uitgenodigd die niet te moeilijk deden. Dus nu zullen we sowieso meer normenjagers zien in open tornooien.

In elk geval geloof maar niet dat fide een stop wilt aan het aantal titels. De titels vormen een belangrijke inkomst voor de fide. Je moet wat zoeken maar uit het fidehandboek destilleer ik de volgende kosten voor de speler die verbonden zijn aan de officiele aanvraag van de titels.

Grandmaster

EUR 330

Woman Grandmaster

EUR 200

International Master

EUR 165

Woman International Master

EUR 100

FIDE Master

EUR 70

Woman FIDE Master

EUR 50

Candidate Master

EUR 50

Woman Candidate Master

EUR 30

International Arbiter

EUR 100

FIDE Arbiter

EUR 50

FIDE Senior Trainer

EUR 3001

FIDE Trainer

EUR 2001

FIDE Instructor

EUR 1001

National Instructor

EUR 501

Developmental Instructor

EUR 501

School Instructor

EUR 501

FIDE School Chess Leader

EUR 301

Early Years Skills Teacher

EUR 201

International Organizer

EUR 2002


Sponsors heeft fide niet of nauwelijks dus fide haalt zijn voornaamste inkomsten van de leden. Daarom werd ook de minimum-rating stapsgewijs verlaagd naar 1000 elo (zie o.a. Desinformatie van chessbase) en blijft fide nog steeds de CM- titel = Candidate Master promoten ondanks weinig interesse. Voor sommige titels moet je zelfs een wederkerende licentie betalen (zie prijzen waar 1 of 2 achter staan).

Het is ook de belangrijkste reden waarom fide weinig voelt om de vrouwelijke titels af te schaffen. Ik lees geregeld dat spelers dit denigrerend vinden t.o.v. vrouwen zie o.a. Belgium chess facebook maar zolang vrouwen zelf niet massaal protesteren (zie o.a. de video: Is Chess sexist) zal er niets veranderen.

In elk geval voor de Belgische bond lopen de kosten op terwijl de inkomsten niet volgen. In 2004 werd mijn FM-titel nog gesubsidieerd. Vandaag moet elk Belgisch lid zelf zijn titel bekostigen dus er zijn zeker rechthebbenden die daarom niet meer de moeite doen om een titel aan te vragen.
Om af te sluiten wil ik ook nog even terugkeren naar mijn tegenstanders die een norm behaalden en in het bijzonder de 12 jarige jongen waar ik van verloor in de 6de ronde. Antoine Cassam-Chenai scoorde een TPR van 2465 elo dus 440 elo boven zijn 2025 rating en won hierdoor 190 elo in slechts 9 partijen. Hij liet mij alle hoeken van het bord zien in onderstaande partij.
Geen enkele klassieke partij kan je terugvinden van Antoine in de databases. Anderzijds het is duidelijk dat Antoine heel hard werkt met een trainer aan het schaken want de variant die hij speelde is recent heel populair geworden (ik publiceerde zelf enkele analyses in 2020 zie De onzin van blitz deel 4). Er zijn weinig titels uitgedeeld tijdens de voorbije 2 jaren door de corona-lockdowns maar er is nu een duidelijke inhaalbeweging bezig.

Brabo

maandag 9 januari 2023

Transposities

Dankzij Elon Musk kunnen niet-gebruikers van twitter nu ook meelezen. Ik maak daar zelden gebruik van maar vorige week tijdens het surfen botste ik plots op een leuke meme over schaakopeningen. Sommige mensen hebben echt te veel vrije tijd.
Ik vond het op chessfeelspod. Het is een bewerkte versie van het Chess.com-origineel. Voor de lezers die graag nog meer van dit willen zien, heb je ook nog de Azgoum-versie.

De boodschap is uiteraard duidelijk. Veel schakers (vooral beginners) verdrinken in het moeras van openingen. Wat is er nu leuk aan eerst jaren openingen te studeren vooraleer te kunnen schaken?

Kortom ik vind het bijgevolg dan ook niet verwonderlijk dat velen op zoek gaan naar shortcuts. Zo is de stream van de Amerikaanse IM Eric Rosen een bijzonder populaire stopplaats voor veel amateurschakers om snel een simpele en agressieve opening aan te leren (verklaart dus de foto hier boven). Zo zorgde hij eigenhandig ervoor dat het obscure Stafford Gambit een van de meest gespeelde en succesvolle openingen online werd (zie o.a. The popularity of the Stafford Gambit has quadrupled on lichess since IM Eric Rosen started to make some videos about it).

Een eeuwig populaire shortcut blijft uiteraard de universele systemen. 1 openingsstrategie die wordt toegepast ongeacht wat de tegenstander doet. Het is de droom van elke luie schaker maar houdt natuurlijk serieuze beperkingen en risico's in. Op meesterniveau is dit kamikaze. 25 jaar dit doen op meesterniveau wel daar kan je alleen maar het label volledig gestoord op plakken. Dat doet geen enkele schaker met een greintje logica of toch?

In 2012 schreef ik dat ik met zwart elke partij probeerde te openen met de f pion. 11 jaar later ben ik iets voorzichtiger hiermee geworden maar heb ik die oude slechte gewoonte nog steeds niet opgegeven. Bovendien is het niet altijd kommer en kwel door op die wijze te spelen. Zo speelde ik onderstaande opening in de 5de ronde van Cap d'Agde.
Het was 1 van de zelden keren dat mijn idiote universele aanpak van openingen mij een voordeel opleverde want bovenstaande slotstelling was mij welbekend via een transpositie zie hieronder.
Tijdens de partij in Cap d'Agde bouwde ik hierdoor een groot tijdsvoordeel op en voelde ik mij als een vis in het water. De partij won ik net niet want mijn tegenstander verdedigde zich bijzonder hardnekkig. Ik was na het tornooi dan ook niet verrast dat zijn TPR bijna 300 elo hoger lag dan zijn rating.

Ik vermoed dat de meeste amateurs weinig enthousiast worden van transposities maar ik kan daar wel blij van worden. Sommige transposities ontstaan uit de meest uiteenlopende zettenvolgordes zoals onderstaand voorbeeld. Dit keer zijn het niet alleen 2 verschillende openingen maar wordt de intersectie bereikt met 3 zetten verschil.
Trouwens die 3 zetten verschil levert ook nog een probleempje op als je in Chessbase filtert op de stelling. Standaard zoekt de filter altijd tot 2 zetten vroeger of later in een partij naar een stelling. Dus alhoewel de bovenstaande stelling 2 keer voorkomt in de database, krijg je toch maar 1 partij als resultaat (zie hieronder).
Slechts 1 partij komt uit de filter.

Je kan de filter handmatig aanpassen maar tenzij je het helemaal open laat, is het gokken dat het resultaat alle partijen zal omvatten. Ook is het zo dat een filter heel traag wordt in grote databases wanneer je die helemaal open laat. Een betere oplossing is daarom het gebruiken van een (openings-)boek die alle stellingen stockeert (zie hiervoor groene zetten). Voor een kleine database zoals mijn blog is dit iets wat heel snel werkt zie hieronder.
1 keer werd Lg5 gespeeld maar 2 keer komt de stelling na Lg5 voor

Voor een grote database kan het creeren van een (openings-)boek gemakkelijk vele uren duren. Een ander nadeel is dat zulk boek geen rekening houdt met verwisselende kleuren of ander kleur aan zet (wat een filter dan wel weer doet). Ik maak die boeken dus slechts af en toe en zeker niet voor elke grote database. Het is ook geen ramp als ik eens een transpositie mis.

Tenslotte wil ik afronden met dat transposities vaak onvoldoende in studiemateriaal over openingen worden besproken. Men wil de lezers met deze details niet lastig vallen om de aandacht op de tabias te behouden maar het is net daar dat de sterkere schakers hun stempel zullen zetten. In de bespreking van mijn partij in Cap d'Agde zie je ook hoe ik tracht te achterhalen welke zettenvolgordes nu precies wel en niet werken. Daar kruipt vaak veel tijd in en is niet echt prettig werk. De buitenstaander herkent vaak een transpositie in een meesterpartij maar beseft zelden hoe ingenieus een bepaalde zettenvolgorde precies werkt. Dat wordt ook zelden door de meester zelf vrijgegeven want die houdt dit soort belangrijke info liever voor zichzelf.

Brabo

dinsdag 3 januari 2023

Extra tijd

Veruit mijn slechtste tornooi ooit is nog steeds het gesloten meestertornooi dat ik speelde in Brugge begin 2006. Ik scoorde er slechts 2,5 uit 9 en mocht van geluk spreken dat we toen nog de kleinere K-factor 15 gebruikten ipv 20 vandaag. Zo beleef het eloverlies beperkt tot 27 elo. Vandaag zou hetzelfde grapje mij 35 elo kosten.

Het slechte resultaat was een combinatie van factoren : net mijn toekomstige echtgenote leren kennen 😀 , slechte gebrekkige technische voorbereiding van de partijen, elke dag andere plaats waar ik sliep, mijn tegenstanders die mij goed kenden en een nieuw speeltempo waar ik nog geen enkele ervaring mee had. Het was de eerste keer dat ik met het tempo 90 minuten + 30 seconden increment speelde (dus zonder extra tijd na zet 40). Een van de conclusies die ik achteraf dan ook trok, was dat ik dit tempo ten allen tijde in de toekomst zou vermijden.

Echter de increment werd al snel de standaard overal. Vervolgens verdwenen de laatste tornooien waar je nog 120 minuten kreeg voor 40 zetten. De meeste klokken hadden een standaardinstelling voor 90 minuten + 30 seconden en het manueel aanpassen naar 100 minuten + 30 seconden is een gedoe waar de meeste organisatoren tegenop zagen. 10 minuten minder op de klok daar gaat niemand over klagen en dat was op een paar uitzonderingen na ook het geval.

Ik moest volgen of het was stoppen met schaken maar die extra tijd daar zou ik niet op toegeven. Het is te zeggen tot heel recent. Meer en meer tornooien kiezen ervoor om de extra tijd af te schaffen. Open Gent, Open Leuven, Brugse meesters, Zilveren toren, Open Luik zijn allemaal zonder extra tijd. Ook in het buitenland zie ik die trend en dan begint het natuurlijk wel lastig te worden als je geregeld nog wilt schaken. Er zijn nog tornooien met extra tijd zoals Open Charleroi en Wachtebeke Winter Round Robin maar ze worden steeds schaarser. Dus hakte ik eind vorig jaar de knoop door om het toch weer eens te proberen zonder extra tijd. Ik zou voor het eerst in meer dan 16 jaar weer eens een groot tornooi voor rating over 9 ronden spelen zonder extra tijd: de Open van Cap d'Agde (Frankrijk).

Ik heb geen spijt van deze beslissing maar kreeg wel op het bord waarvoor ik had gevreesd en erger (zie verder in deze blog). Eenmaal je op increment speelt, blijf je op increment spelen. In de derde ronde had ik het al vlaggen. 50 zetten lang speelde ik op increment. Je kan dat duidelijk zien aan mijn notatieformulier. Vanaf zet 35 toont mijn geschrift de pure stress/ paniek die ik ervaar door het gebrek aan tijd.
Achteraf had ik alle moeite van de wereld om de zetten te ontcijferen die er gespeeld waren. Ik had minstens een half uur nodig om de partij in de database te kunnen steken en zelfs dan was ik niet 100% zeker. In ronde 7 deed ik het slimmer want toen nam ik "per ongeluk" het notatieformulier mee van mijn tegenstander. Ondanks de Franse notatie kon ik in luttele minuten de partij in mijn database steken.  Mijn Franse tegenstander kon minder lachen want smeekte de volgende ronde om zijn notatieformulier terug te geven want hij had niets kunnen lezen van mijn gekrabbel.

Tja en de partij zelf was uiteraard ook een geklungel van jewelste. Het kostte mij bloed, zweet en tranen om het gewonnen eindspel effectief te winnen. Af en toe probeerde ik gewoon wat tijd te sparen door een zetherhaling maar de weinige seconden die ik hiermee won, waren volstrekt onvoldoende om een plan te maken. Ik won uiteindelijk maar trots was ik allerminst.
Ik snap echt niet dat zonder extra tijd zo populair is voor klassieke partijen maar ik vermoed dat er een link is met mijn vorig blogartikel. Voor velen is het eindspel gewoon een verplicht nummertje waarvoor weinig of geen interesse is. Jammer want een eindspel spelen zoals ik laatst speelde in Dieppe vind ik bijzonder interessant en bevredigend.
Dankzij de extra tijd durfde ik mijn tegenstander 2 verboden vrijpionnen te geven en offerde ik er nog een pion bovenop. Dat had ik zeer waarschijnlijk nooit gedurfd puur op increment spelend. Ik snap daarom ook niet waarom zelfs een wereldkampioenschap voor de jeugd kiest om zonder extra tijd te spelen zelfs bij een speelschema van slechts 1 partij per dag. Ik verdenk daarom de organisatie dat ze geen moer geven om het schaken en enkel denken aan de financiële opbrengsten.

Nu iets gelijkaardigs dacht ik achteraf ook van Cap d'Agde. Na het beëindigen van die lange partij in de 3de ronde overkwam mij iets waarna ik ook vraagtekens stelde bij de organisatie. Dat is op zich een apart en grappig verhaal die enig uitleg vergt. Zo moet je weten dat ik nooit eerder zo een hoge security had meegemaakt voor een open tornooi zoals in Cap d'Agde (duidelijk geen overbodige luxe meer zie o.a. Stefan Docx expelled from Benidorm open). Voor het eerst in een open tornooi moest elke deelnemer een speciale badge dragen zie o.a. foto.
Daarnaast was het hele domein omringd met een hoog hek en bijhorende poort. Aan de poort stonden permanent 2 security-mensen die iedereen controleerden. Het is te zeggen tot 20 uur. Daarna was hun shift gedaan, deden ze de poort hermetisch op slot en gingen ze naar huis. En jawel ik was de allerlaatste die derde ronde (enige dag met dubbele ronde) en kwam daar aangelopen omstreeks 20u 30. Ik had het zitten, opgesloten op het domein en ik had nog 30 minuten de tijd om mijn (reeds betaald) avondeten op te halen. Wat nu?
Ik had mijn GSM niet mee (die liet ik liggen in het hotel op 10 minuten wandelen om problemen zoals Stefan te vermijden). Er stond een apparaat naast de poort waar je een code moest ingeven dus probeerde ik "1234" en "2022" maar zo stom waren ze blijkbaar niet. Ik durfde geen andere combinaties meer want sommigen sturen politie na x-aantal foute codes. Ik ben te oud om over zulke poort te klimmen want dat houdt serieuze risico's in. Dus er bleven slechts 2 opties over. Ofwel terugkeren en zoeken op het domein wie mij kon helpen ofwel wachten tot er iemand toevallig de poort zou openen. Ik koos voor het laatste. Er was een grote parking en ik vermoedde dat het niet te lang zou duren dat er iemand zou komen want het is bovendien etenstijd. Dat was een goede gok want een dikke 5 minuten later kwam er inderdaad een auto aan en kon ik door de open poort glippen. Buiten adem kwam ik nog net op tijd aan om mijn avondeten binnen te schrokken.

De organisatie van Cap d'Agde had duidelijk geen rekening gehouden met het feit dat een speler de partij zo lang zou rekken dat de poort zou gesloten zijn. Ik ben dus geen fan geworden van zonder extra tijd te spelen. Ik vermoed ook dat ik een halfje extra verloren ben in ronde 4 door het ontbreken van de extra tijd. Nee als ik kan kiezen dan zal ik zeker tornooien spelen met extra tijd.

Brabo