zaterdag 22 juli 2023

Schaakinterviews

Een van de leuke neveneffecten van deze blog voor mezelf is dat ik geregeld op o.a. open tornooien aangesproken wordt door zelfs totaal onbekende schakers. Zeker in België zijn er blijkbaar heel wat schakers die deze blog lezen en iedereen heeft wel een favoriet artikel waar ze een gesprek over willen aanknopen. Het voelt soms een beetje vreemd aan hoe iemand zoveel weet over jezelf terwijl ik omgekeerd in het duister tast. Ik vermoed dat ik door de blog bekender ben dan menig (veel) sterkere schaker dus misschien wel een BS (bekende schaker) ben geworden.

Ik deel graag verhalen en informatie dus is het niet verwonderlijk dat ik het ook erg leuk vind om van andere schakers gelijkaardige dingen te horen. Een interview in de krant of online zal ik daarom zelden versmaden. Een nieuw boek die 35 interviews verzamelt: My most memorable interviews: 35 Conversations with Chess Stars was een onweerstaanbare magneet voor mezelf.
Desondanks moet ik ook toegeven dat ik toch enkele maanden geaarzeld heb om het boek aan te schaffen. Het feit dat heel wat interviews ouder waren dan 20 jaar betekent dat ze eigenlijk nog heel weinig relevant zijn voor het modern schaken vandaag. Ik volg het schaken al meer dan 30 jaar dus historisch hoeft voor mij evenmin. Bovendien wat kan je verwachten van een interviewer zonder fiderating (zie profiel Gert Devreese).  Ik schreef het al in Amateurs deel 1 en deel 2 dat de gewone schaakleek geen flauw benul heeft wat topschaak behelst.

Jawel het boek bevestigt dit spijtig genoeg (Gert is een professional als journalist dus ik had vooraf stiekem gehoopt dat hij dit zou kunnen tegenspreken maar nee dus). Schaaktechnisch ga je nauwelijks of niets van leren uit de 35 geselecteerde interviews en dat is voor mezelf als fidemeester uiteraard een serieuze domper. De interviews zijn in de eerste plaats gericht naar het brede leespubliek inclusief de niet-schakers. Emo-interviews noem ik ze. Het is vaak licht verteerbare lectuur om te lezen maar Gert aarzelt ook niet om met scherpe vragen oude wonden te openen of nieuwe conflicten te creëren. Hieronder een kleine greep van dat soort vragen tijdens zijn interviews waar mijn tenen van krulden.
  • Zal je stoppen met schaken?
  • Jouw resultaten zijn niet wat het geweest zijn, wat is jouw antwoord daarop?
  • Hebben de Russen de wereldtitel gestolen?
  • Waarom heb je met opzet verloren?
  • Wat vind je van Kasparovs uitspraak dat je bij de Pepsi-generatie behoort?
  • Je moet Karpov enorm haten, niet?
  • Vind je ook dat jouw wereldtitel een ongelukje is zoals velen denken?
  • Hoe lang denk je te kunnen vasthouden aan de wereldtitel?
  • Welke matchen waren afgesproken op voorhand?
  • Waarom is Tigran Petrosian jouw vijand?
In de oudere interviews zie je dan ook geregeld hoe de geïnterviewden in de val trappen en zich laten verleiden tot een sterke uitspraak waar ze vaak later spijt van hebben. Meer dan eens is het de aanleiding van jarenlange vetes tussen spelers.
  • Ik heb nog niets menselijks ontdekt bij Karpov.
  • Een brullend beest hou je beter in een kooi.
  • Sommige dieren maken geluiden om hun concurrenten te imponeren.
  • Karpov is niets meer dan een karkas.
Nu je kan stellen dat Gert een sluwe interviewer is en je met brave vragen geen spannend interview kunt krijgen. Bovendien wordt niemand verplicht om te antwoorden. Ik vind in elk geval bovenstaande vragen niet ok maar dat is nog klein bier met wat er gebeurde in sommige interviews met vrouwen. Op bepaalde momenten viel ik van mijn stoel van verbazing en verontwaardiging.
  • Ben je zwanger?
  • Heb je plannen in die richting?
  • Heb je nog vriendinnen nu je schaakt?
  • Krijg je liefdesbrieven?
  • Vrouwen zijn emotioneler dus kunnen ze daarom niet zo goed schaken?
  • Wil je een fotomodel zijn?
  • Wat vind je van Alexander Kosteniuk die haar lichaam gebruikt om reclame te maken voor zichzelf?
  • Vind je ook dat vrouwen in de keuken moet blijven?
  • Vrouwen zullen nooit zo goed kunnen schaken als mannen, niet?
Gert kadert bovenstaande vragen zo in dat ze komen van een derde partij (bv. "Ik heb gehoord dat je zwanger bent, klopt dat?") om een direct conflict met de geïnterviewde te vermijden maar dat lukt niet altijd. In sommige antwoorden lees je ook duidelijk dat de topschaker geïrriteerd en zelfs kwaad wordt. Op de boekvoorstelling te Roeselare gaf Gert zelfs toe dat bepaalde interviews in zijn carrière abrupt zijn afgebroken door boze schakers.

Nu ik moet ook een kanttekening maken dat veel interviews afspelen in een andere tijdsgeest. Het verleden kunnen we niet meer veranderen en seksisme voor MeToo was overal en alom tegenwoordig in het dagelijks leven (de Britse The Benny Hill Show was mega-populair maar zou nu gemarkeerd worden als totaal onaanvaardbaar). Je ziet dit ook heel duidelijk in de recente interviews hoe schakers veel voorzichtiger en liever zijn in hun antwoorden.
  • We komen goed overeen. Er is geen enkele spanning tussen ons.
  • Ik heb een kans op de wereldtitel net als de andere topspelers.
  • Ik heb niet de behoefte om andere schakers aan de schandpaal te plaatsen.
  • Ik wil daar niets over vertellen.
Kortom voor de journalisten is het tegenwoordig veel moeilijker geworden om sensatie te vinden in het schaken alhoewel ze zeker nog proberen. Sergey Tiviakov vertelt ook in het boek dat hij geen interviews meer geeft aan de gewone pers omdat ze enkel uit zijn op ruzie. Anish Giri liet dan weer recent optekenen in een Chessbase-interview dat de pers geen flauw benul heeft wat topschaak inhoudt en dus pure nonsens vragen stelt.

De meest recente interviews in Gerts boek zijn sowieso de meer interessante. Ze leunen dichter aan bij het schaken vandaag en hij slaagt er veel minder in om de sensatie op te zoeken waardoor het ook aangenamer wordt om te lezen. Zo gaf het boek mij toch nog enigszins het gevoel dat het niet compleet weggegooid geld was. Dus het had veel beter gekund en vooral het schaaktechnische vind ik een absoluut gemis. 

Wat je zelf doet, doe je beter dus ik heb mij voorgenomen om eens een interview van iemand zelf af te nemen. Ik heb al een persoon in mijn hoofd maar ik moet het goed voorbereiden als ik het wil krijgen zoals ik ervan verwacht. Het zal niet voor direct zijn want ik ben nog met diverse andere projecten bezig. Nu de persoon is nog erg jong dus haast is niet nodig.

Brabo

2 opmerkingen:

  1. Dat wordt dus een interview met je zoon.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Nee, ik wil iemand interviewen die ondanks zijn zeer jonge leeftijd al heel veel heeft meegemaakt in het schaken en ik vermoed ook veel interessants technisch kan vertellen. Je moet het niet te ver zoeken.

      Er zijn heel wat schakers die ik de moeite vind om te interviewen maar dat kan ik sowieso niet alleen. Ik zie hier een groot potentieel.

      Verwijderen