De voorbije 2,5 jaar heb ik verscheidene malen mijn zoon (en) dochter begeleid tijdens meerdaagse-schaaktornooien. Ik speelde zelf niet mee soms omdat het niet toegelaten was maar vooral omdat ik bewust koos om voor hen ten allen tijde beschikbaar te zijn. Persoonlijk voelde ik dit aan als de juiste keuze voor mezelf maar ik zag ook ouders kiezen voor het tegenovergestelde dus zelf meespelen. Ik vind het wel vreemd om te zien hoe ouders blijkbaar het niet erg vinden dat hun eigen kind (soms niet ouder dan 8 jaar) uren in het cafetaria zit rond te dwalen omdat papa nog niet klaar is met zijn eigen partij. In het schaken lopen voldoende vreemde snuiters rond dat ik zoiets op zijn minst riskant beschouw.
Dus zoals ik al meerdere malen op deze blog over schreef, heb ik vele uren zitten wachten op mijn kinderen tijdens die tornooien. Met lezen en praten met andere ouders gaat de tijd toch nog vrij goed vooruit maar daarnaast neem ik ook nog steevast mijn portable mee om de analyses van mijn eigen partijen te kunnen verderzetten. Dit laatste trekt natuurlijk tijdens een schaaktornooi enkele nieuwsgierige schakers. Ik vermoed ook dat het argwaan schept bij sommige want met de huidige elektronica weet je maar nooit of het een poging is om vals te spelen. Zelfs een enkele keer kwam een scheidsrechter zich vergewissen om te zien of de stelling die ik aan het analyseren was, niet van een lopende partij afkomstig was.
Wanneer ik op de 2de dag nog steeds bezig ben met dezelfde partij te analyseren, krijg ik al de eerste verbaasde vragen van schakers. Hoe diep analyseer je wel je eigen partijen? Hoeveel tijd spendeer je aan het analyseren van de partijen? ... Echter als ik na de 4de dag nog steeds dezelfde partij aan het analyseren ben, dan haakt elke toeschouwer af. Dit soort analyses is misschien ok voor correspondentieschaak maar dit is niet het soort schaak waarin de tornooischaker geïnteresseerd is.
In deel 1 van Hoeveel tijd spendeer je aan het schaken? schreef ik dat een partij-analyse gemiddeld 4-5 uren van mijn persoonlijke tijd in beslag nam. Dit is een geschatte tijd en houdt bovendien geen rekening met de uren processing tijd die mijn computers hebben verbruikt. In hetzelfde artikel schreef ik dat de computer wellicht ongeveer een 5 keer meer tijd verbruikt. Als je dan weet dat ik de PC enkel laat analyseren overdag als ik in de buurt ben dan begrijp je al snel dat een analyse meerdere dagen kan duren.
Hoeveel dagen exact en waaraan de meeste analyses werden gemaakt, vond ik eens interessant om te ontleden. Ik wist dat ik de laatste tijd vooral werkte aan openingen en er grote verschillen waren van partij-analyse tot partij-analyse maar je hebt meetresultaten nodig om inzicht te krijgen hierin. Met een chronometer elke partij-analyse trachten te volgen gedurende meerdere maanden was voor mij onbegonnen werk maar er bestaat gelukkig wel een alternatief om gemakkelijk en snel alsnog betrouwbare resultaten te krijgen namelijk "Autosave.cbh".
Ik vermoed dat de meeste schakers het nu horen donderen in Keulen. Wat is "Autosave" en hoe zou dit een chronometer kunnen vervangen? De heel trouwe en aandachtige bloglezer zou moeten herinneren dat ik de term al vermeld heb in het artikel de partijvoorbereiding deel 2. Toen had ik het over de databases die deeluitmaken van de cockpit die ik gebruik bij het analyseren en 1 daarvan is "Autosave.cbh". Ik heb er toen niet dieper op ingegaan omdat het slechts bijkomstig was voor het artikel. Nu de naam "Autosave.cbh" verklaart zichzelf al deels. Het bestand bewaart iets automatisch.
Net zoals excel, word, ... zorgt Chessbase er ook voor dat op geregelde tijdstippen er bewaard wordt zodat je bij een crash van het systeem niet alles wat je de laatste uren gemaakt heb, verliest. Dit bestand wordt automatisch aangemaakt bij de installatie en kan je normaal vinden onder de directory Chessbase\MyWork zie hieronder voor een screenshot.
Dus heb je ooit een crash gehad dan kan je vaak toch nog de gemaakte partijnotatie + analyses terugvinden in "Autosave.cbh" en terugbrengen naar het bestand waar je het wenst te bewaren. Bovendien bewaart "Autosave.cbh" niet enkel de laatste versie maar ook alle eerdere versies waardoor je eventueel verwijderingen waarvan je spijt hebt, alsnog kunt rechtzetten. Of zoals voor dit artikel kan je dankzij "Autosave.cbh" ook nagaan hoeveel versies er over de opening, middenspel of eindspel bewaard zijn. 200 versies van een partij in "Autosave.cbh" bleken voor mij geen uitzondering te zijn. Een glimp hiervan toont onderstaande screenshot.
Timestamps heb ik spijtig niet gevonden bij de versies maar het lijkt mij ok om te veronderstellen dat elke versie ongeveer eenzelfde analyse-tijd overspant. Dit kwam trouwens ook tot uiting wanneer ik 2 tornooien vergeleek door het aantal analyse-dagen te delen door het aantal versies. De afwijking was 11% dus voldoende om conclusies te kunnen maken. De 2 tornooien die ik in rekening bracht, waren Open Gent en Open Brasschaat gespeeld voorbije zomer. De partijanalyses van Open Gent beëindigde ik op 28 augustus en dat komt overeen met 27 analyse-dagen (tijdens Open Brasschaat werkte ik er niet aan). De partijanalyses van Open Brasschaat beëindigde ik op 17 oktober en dat komt dan overeen met 47 analyse-dagen (tijdens interclub en clubkampioenschap werkte ik er niet aan). Uiteindelijk kon ik in een uurtje een vrij gedetailleerde analyse maken van het aantal dagen dat er gespendeerd werd aan het analyseren van mijn 18 partijen.
Gemiddeld hebben we dus iets meer dan 4 analyse-dagen per partij maar er zijn grote verschillen tussen de partijen. Zo spendeer ik minder dan 1 dag aan mijn 4de ronde Open Gent terwijl ik aan de 1ste ronde van Open Brasschaat meer dan 11 dagen bezig was.
In tegenstelling tot wat er wellicht verwacht wordt, zie ik dat elo van de tegenstander noch resultaat van de partij invloed hebben op het aantal analyse-dagen. De grootste dominator blijkt de opening te zijn. 80% van de tijd gaat daar naar toe en dat lijkt mij normaal gezien ik de wetenschappelijke aanpak hanteer. Je kan nu eenmaal niet telkens succesvol dezelfde opening spelen zonder grondige studie.
We zien dan ook dat ik veel tijd spendeer aan partijen met openingen waarvan ik nog niet eerder een uitgebreide openingsanalyse gemaakt heb. Echter dit betekent evenmin dat ik de andere fasen van een partij verwaarloos. Slechts 5% spenderen aan eindspelen lijkt ondermaats maar ik denk dat er weinig schakers kunnen zeggen dat ze de afgelopen 2,5 maand meer dan 4 dagen bezig zijn geweest met serieus eindspelen te analyseren.
Ja ik geloof dat ik met dit artikel nogmaals heb aangetoond dat ik niet zomaar de gemiddelde schaker ben die zijn partijtjes speelt en daarna maximum enkele minuutjes achteraf kijkt naar de fouten. Trouwens het intensief analyseren van mijn partijen doe ik al meer dan 20 jaar. Over de jaren heen heb ik de analyse-methodes wel verfijnd en heb ik veel meer klemtoon gelegd op de opening.
Verscheidene internationaal meesters hebben mij al gezegd dat ze zelf hun partijen nooit zo uitgebreid analyseren. In elk geval is het zo dat ik dit soort analyses nooit verlang van mijn leerlingen. Dit doe je enkel wanneer je er zelf zin in hebt. In een volgend artikel wil ik het daarom eens hebben over hoe zinvol zoiets is voor je eigen ontwikkeling. Is er meer dan enkel plezier?
Brabo
In tegenstelling tot wat er wellicht verwacht wordt, zie ik dat elo van de tegenstander noch resultaat van de partij invloed hebben op het aantal analyse-dagen. De grootste dominator blijkt de opening te zijn. 80% van de tijd gaat daar naar toe en dat lijkt mij normaal gezien ik de wetenschappelijke aanpak hanteer. Je kan nu eenmaal niet telkens succesvol dezelfde opening spelen zonder grondige studie.
We zien dan ook dat ik veel tijd spendeer aan partijen met openingen waarvan ik nog niet eerder een uitgebreide openingsanalyse gemaakt heb. Echter dit betekent evenmin dat ik de andere fasen van een partij verwaarloos. Slechts 5% spenderen aan eindspelen lijkt ondermaats maar ik denk dat er weinig schakers kunnen zeggen dat ze de afgelopen 2,5 maand meer dan 4 dagen bezig zijn geweest met serieus eindspelen te analyseren.
Ja ik geloof dat ik met dit artikel nogmaals heb aangetoond dat ik niet zomaar de gemiddelde schaker ben die zijn partijtjes speelt en daarna maximum enkele minuutjes achteraf kijkt naar de fouten. Trouwens het intensief analyseren van mijn partijen doe ik al meer dan 20 jaar. Over de jaren heen heb ik de analyse-methodes wel verfijnd en heb ik veel meer klemtoon gelegd op de opening.
Verscheidene internationaal meesters hebben mij al gezegd dat ze zelf hun partijen nooit zo uitgebreid analyseren. In elk geval is het zo dat ik dit soort analyses nooit verlang van mijn leerlingen. Dit doe je enkel wanneer je er zelf zin in hebt. In een volgend artikel wil ik het daarom eens hebben over hoe zinvol zoiets is voor je eigen ontwikkeling. Is er meer dan enkel plezier?
Brabo