Kinderen groeien snel. Vorige maand kocht ik al voor mijn beide kinderen hun 3de nieuwe fiets. Gek genoeg heb ik voor mijzelf nog nooit een nieuwe fiets gekocht. Vandaag gebruik ik de stadsfiets van mijn overleden moeder en daarvoor heb ik 20 jaar gereden met een afgedankte van mijn pa. Ondanks het ontbreken van luxe heb ik altijd vrij veel gefietst. Van zodra het weer warmer wordt, rijd ik dagelijks met de fiets naar het werk wat heen en terug toch een dik uur / 22 km fietsen is.
20 jaar jonger deed ik met de stadsfiets zelfs flinke ritten. Zo herinner ik mij dat ik meermaals van Roeselare naar Brugge en terug ben gereden waarbij we toch spreken van 70 km. In Brugge sprong ik dan binnen in de schaakclub die toen nog in het centrum (Beenhouwerstraat ?) lag. Ik ontmoette er voor het eerst een piepjonge Steven Geirnaert die les volgde bij Walter Kardinaal. Daarnaast bezocht ik bijna ook steeds de Brugse problemist Sylvain Kellner die toen nog in het centrum woonde. Ik componeerde in die tijd zelf werkjes (zie bv. schaakcompositities) en hij had altijd wel iets leuks te delen.
Met Sylvain heb ik vele jaren maandelijks gecorrespondeerd op basis van de ladderwedstrijd in de probleemrubriek van het Brugse clubblad. Spijtig heb ik dit contact niet kunnen onderhouden. Vooreerst verhuisde hij uit het centrum naar het nabij gelegen Assebroek maar het contact werd helemaal verbroken toen het Brugs bestuur besloot om niet-clubleden te verbieden een abonnement te nemen op het clubblad. Inmiddels was ik al interclub aan het spelen voor Deurne en dus vond men het niet kunnen dat een concurrent voor de eerste ploeg hun clubblad kon meelezen. Kortom dit was een paswoord avant la lettre (zie dit blogartikel).
Ik weet niet of Sylvain nog leeft want ik schat anders dat hij al in de 90 moet zijn (weet iemand meer?) maar zijn indrukwekkende collectie merkwaardige problemen, is mij het best bijgebleven. Hij noemde het zelf zijn rariteitenkabinet. Ik heb een sterk vermoeden dat bepaalde werkjes die op deze blog aan bod kwamen zoals bv excelsior ook daarin terug te vinden zijn.
Vandaag ben ik bijna uitsluitend een bordspeler maar mijn appreciatie voor rariteiten heb ik nooit verloren. Zo botste ik toevallig een paar maanden geleden op het absurde thema zelf-vorken. Mijn tegenstander Frederic Decoster (jawel spelend voor Brugge) ontkurkte een fantastisch idee in onze onderlinge partij te Leuven waarbij zelfs enkele omstaanders bleven stilstaan.
Na de partij ging ik op zoek of er nog gelijkaardige voorbeelden uit de bordpraktijk bestaan. Zo kwam ik te weten dat er diverse soorten zelf-vorken bestaan. Frederics zelf-vork is er eentje waarbij je de vork uitlokt maar het kan ook dat je zelf in een vork gaat staan. Sommige lezers zullen zeker de volgende toppartij herkennen van een paar jaar geleden die de wereld rondging.
Minder bekend maar zeker even leuk vind ik de partij gespeeld in pokerstars isle of man international schaaktornooi 2015 al is het maar omdat er hier zeker geen voorbereiding/ openingskennis aan te pas kwam.
Een leuke collectie van allerlei zelf-vorken uit de bordpraktijk kan je vinden op de site I fork myself, or let the the fork happen.
Telkens is het de pion die tevergeefs de vork uitvoert. Ik stel mijzelf nu de vraag of dit thema ook met andere stukken kan. Behalve voor paarden praten we dan wel eerder over dubbele aanvallen i.p.v. vorken.
Brabo